Zijn online cursussen slecht voor lerenden die de meeste hulp nodig hebben?

Online leren kan op papier de toegankelijkheid van onderwijs en opleiden verbeteren. In de praktijk blijken lerenden uit lage inkomensgroepen echter relatief vaak uit te vallen. Hoe komt dat en wat is daar aan te doen?

Via Stephen Downes ben ik terecht gekomen op het artikel Online Courses Are Harming the Students Who Need the Most Help van Susan Dynarski in de New York Times. Dynarski is hoogleraar aan de Universiteit van Michigan.

Zij stelt dat je bij online leren grote groepen lerenden kunt bereiken. Dit heeft grote efficiencyvoordelen voor onderwijsorganisaties. Deze aanpak is echter schadelijk voor de meest ‘kritische groep’:

the less proficient students who are precisely those most in need of skilled classroom teachers.

Volgens de auteur betreft het daarbij niet zozeer blended modellen, maar volledig online leren. Volledig online leren stelt namelijk hoge eisen aan zelfmotivatie, zelfregulering en het kunnen organiseren van je leren. Veel studenten uit lagere inkomensgroepen hebben deze bekwaamheden echter onvoldoende ‘van huis uit meegekregen’.

Soms lijken online cursussen voor uitvallers uit het regulier onderwijs succesvol. Dat komt volgens Dynarski echter doordat men dan minder hoge eisen stelt binnen de online ‘recovery courses‘. De deelnemers scoren vervolgens slechter op vervolgtests. Volgens haar wijzen onderzoeken erop dat face-to-face ‘recovery courses’ tot betere resultaten leiden dan vergelijkbare online cursussen.

Online cursussen zijn volgens haar vooral geschikt voor ‘high achievers’ die bijvoorbeeld daarmee toegang krijgen tot specialistische cursussen die anders minder toegankelijk waren geweest (in verband met reizen).

Professor Susan Dynarski maakt zich daarom zorgen over de snelle opmars van online leren binnen colleges waar nu vooral ‘low-income students‘ naar toegaan. Zij zijn onvoldoende voorbereid op deze manier van leren en zullen op grote schaal uitvallen. Recent onderzoek laat dat ook zien:

The weakest students are hurt most by the online format.

Lerenden met goede academische vaardigheden behalen volgens Dynarski echter verbazingwekkend goede resultaten. Dat laat een initiatief van het MIT zien. Lerenden moeten in een uitdagend programma laten zien dat zij volhouders zijn. Daarna kunnen zij toegang krijgen tot een face-to-face masterprogramma.

Stephen Downes is niet zo te spreken over deze bijdrage. Volgens mij heeft hij het artikel echter niet goed gelezen. Hij wijst op verschillende tekortkomingen die lerenden uit lage inkomensgroepen ervaren zoals slechte voeding, een tekort aan aandacht of ‘family issues‘. Online leren is echter niet bedoeld om deze problemen te adresseren, meent hij:

So pretending it should solve these issues is irresponsible.

Dat is echter niet waar Susan Dynarski op doelt. Zij wijst m.i. terecht op het belang van ‘academische vaardigheden’ voor succesvol online leren waarbij lerenden over een grote mate van zelfverantwoordelijkheid beschikken, en op het feit dat bepaalde groepen lerenden in onvoldoende mate hierover beschikken.

Je verbetert de toegankelijkheid van online leren door juist daar ook aandacht aan te besteden. Dat vraagt wel om investeringen in een aanpassingen van het ‘learning design’ en de didactiek.

Wat je Dynarski wel kunt verwijten, is dat zij een eenzijdig beeld schetst van volledig online leren.
Bij online leren kun je lerenden ook online begeleiden, structuur bieden (onder meer via live online sessies) en afnemende sturing toepassen. Deze vormen worden ook al toegepast. Deze vormen zijn voor onderwijsinstellingen wel duurder dan online leren waarbij het accent ligt op zelfsturing (en docenten een zeer geringe rol spelen bij het begeleiden van lerenden). Als je daarmee uitval kunt terugdringen en als het leidt tot betere leerresultaten, dan zijn deze veranderingen de investering wel waard.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *