Nadat we ruim een jaar geleden massaal gebruik zijn gaan maken van live online communiceren, klaagden gebruikers al snel over stress en vermoeidheid (‘Zoom Fatigue‘). Dankzij onderzoek weten we inmiddels steeds meer over dit fenomeen.
Andrew Bennet heeft met collega-onderzoekers onderzoek gedaan naar de aard van videoconferentievermoeidheid, naar wanneer dit verschijnsel zich voordoet, en welke kenmerken van videoconferenties in verband worden gebracht met deze vorm van vermoeidheid. Deze onderzoekers definiëren videoconferentievermoeidheid als volgt:
the degree to which people feel exhausted, tired, or worn out attributed to engaging in a videoconference.
Videoconferencing heeft veel voordelen (meer efficiënt en productief). Deze voordelen worden echter beperkt door videoconferentievermoeidheid.
Videoconferenctievermoeidheid treedt vaker aan het eind van de dag op. Wel kan videoconferencing helpen de ‘after lunch dip‘ te bestrijden.
Bennet cs concluderen onder meer dat
higher levels of group belongingness are the most consistent protective factor against videoconference fatigue.
Deelnemers voelen zich minder vermoeid als zij een groter gevoel van saamhorigheid ervaren of als zij manieren vinden die minder aandacht vergen (zoals het geluid dempen).
In hun bijdrage presenteren zij een tabel met zeven aanbevelingen om videoconferenctievermoeidheid tegen te gaan. Elke aanbeveling gaat gepaard met een mogelijke verklaring, de huidige status van het bewijs en suggesties voor verder onderzoek. Vertaald luiden de aanbevelingen:
- Houd vergaderingen op een tijdstip dat deze het minst vermoeiend zijn voor zoveel mogelijk deelnemers. Waarschijnlijk is dat vroeger op de dag.
- Vergroot de perceptie van groepssamenhorigheid. Bijvoorbeeld door ruimte te bieden voor informele gesprekken.
- Zet de microfoon uit, tenzij jij aan het woord bent. Door de microfoon uit te zetten vermijd je afleidingen zoals achtergrondlawaai. Daardoor hoeven deelnemers zich minder in te spannen om te luisteren. Er is sprake van een rustiger sfeer.
- Doseer het gebruik van de webcam. Het gebruik van video vergroot een gevoel van saamhorigheid. Tegelijkertijd draagt het gebruik ervan bij aan vermoeidheid, onder meer vanwege ‘hyper gaze‘.
- Overweeg het gebruik van de “verberg jezelf”-weergave. Je hebt daardoor niet het gevoel de hele tijd in een spiegel te kijken.
- Neem pauzes tijdens videoconferenties (bv. wegkijken van het scherm, opstaan en rondlopen) en tussen videoconferenties.
Genderstresskloof
De New York Times besteedt aandacht aan onderzoek waaruit blijkt dat vrouwen meer last hebben van ‘Zoom Burnout’ dan mannen. Vrouwen schijnen consequent meer stress en stressgerelateerde gezondheidsproblemen te rapporteren dan mannen. Videogesprekken versterken deze ‘genderstresskloof’.
Er zijn vijf typen vermoeidheid waar je volgens de onderzoekers bij videoconferencing mee te maken hebt:
- Algemene vermoeidheid.
- Sociaal (alleen willen zijn).
- Emotioneel (overweldigd zijn en “opgebruikt”).
- Visueel (symptomen van vermoeidheid aan de ogen).
- Motivationeel (geen zin hebben om nieuwe activiteiten te beginnen).
De volgende factoren veroorzaken deze vermoeidheid waarschijnlijk:
- Je hebt het gevoel de hele tijd in een spiegel te kijken (‘mirror anxiety‘). Je bent je de hele tijd bewust van jezelf.
- Je voelt je fysiek opgesloten.
- Deelnemers staren elkaar noodgedwongen de hele tijd van een korte afstand aan (‘hyper gaze‘).
- Je ervaart een grote cognitieve belasting omdat je non-verbale signalen expliciet moet produceren.
- Je ervaart een grote cognitieve belasting omdat je non-verbale signalen moet interpreteren.
Vrouwen maken significant vaker melding van de vormen van vermoeidheid dan mannen. Zij hebben meer last van de genoemde factoren dan mannen. We weten echter niet welke variabelen van invloed zijn op de correlaties.
Kortere sessies en op gezette tijden je video uitzetten worden als remedie genoemd.
Bennett, A. A., Campion, E. D., Keeler, K. R., & Keener, S. K. (2021). Videoconference fatigue? Exploring changes in fatigue after videoconference meetings during COVID-19. Journal of Applied Psychology, 106(3), 330-344. http://dx.doi.org/10.1037/apl0000906
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie