Wat kan opleiden en onderwijs leren van de professionele sport?

Hockey, American Football, basketbal, schaatsen. Binnen deze en andere sporten worden data-analyses gebruikt om verbeteringen te realiseren. Opleidingen en het onderwijs kunnen van deze aanpak leren. Maar we moeten ook oog hebben voor de beperkingen.

surfen
Foto: josebgarcia, Pixabay

Binnen de professionele sport wordt het analyseren van data al veel langer gebruikt om prestaties te verbeteren. Marc Lammers vertelde hier bijvoorbeeld over tijdens het E-learning Event van 2012. Jordan Fladell illustreert hoe de professionele sport de laatste dertig aan de slag is gegaan met technologie -zoals video- om het niveau van bijvoorbeeld honkbal te verhogen. Volgens Jordan Fladell past de sportwereld de laatste jaren zelfs ‘microlearning’ toe.

Fladell meent dat data en technologie op het gebied van opleiden en onderwijs niet zo’n grote rol spelen. Hij wijt dit aan een onvermogen om te veranderen. Fladell wijst op het afronden van cursussen als meeteenheid en aan het ontbreken van correlaties tussen cijfers of testscores en werkprestaties.

Simply put, it is time for the test score to only be a measure of comprehension not a measure of understanding. It is also time to bury completion as a measure that matters and alternately make it just a small component of the overall journey towards subject mastery.

Als lerenden een cursus hebben afgerond begint het pas, meent Jordan Fladell. Daarom heeft zijn bedrijf een datagedreven microlearning platform ontwikkeld ten behoeve van werkplek leren en presteren op de werkplek. Atleten maken immers ook geen theorie-examen voordat men de sport gaat toepassen, schrijft hij.

Dankzij microlearning kunnen werknemers dan vaker leren hoe zij bepaalde kleine stukjes kennis moeten toepassen, vlak voor het moment dat zij die kennis moeten toepassen. Daarbij gaat het om vaak oefenen en feedback krijgen zodat de prestaties worden verbeterd en zij voorbereid zijn als het erop aan komt. Data -op een fraaie manier visueel zichtbaar gemaakt- geven dan zich wat een lerende nog niet beheerst.

Deze aanpak past inderdaad bij het ontwikkelen van bepaalde bekwaamheden en bij het invullen van een deel van de kwalificerende functie van opleiden en onderwijs. Bovendien wijst de auteur -die uiteraard commercieel belang heeft bij deze benadering- terecht op het belang van veel oefenen en feedback.

We moeten uiteraard ook oog hebben voor andere functies van opleiden en onderwijs (persoonlijke ontwikkeling, socialisering) en bekwaamheden die minder goed of niet op deze manier geleerd kunnen worden (zoals ambitie en houding, en persoonlijke stevigheid).

Nota bene: tijdens de eerste en meest recente OEB MidSummit was ‘micro’ volgens Bert de Coutere één van de vier belangrijke centrale thema’s. Hopelijk wordt daarbij ook erkend dat ‘microlearning’ maar een van de vele vormen van leren is.  Niet al het leren is immers te vergelijken met het nemen van vrije trappen of het ontwikkelen van een looptechniek om de 1500 meter mee te winnen.

 

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *