Wat is er terecht gekomen van de e-learning trends van weleer?

Binnenkort mag ik weer een gastcollege verzorgen over trends op het gebied van technology enhanced learning. Dat is voor mij bepaalt niet de eerste keer. Ter voorbereiding heb ik eens teruggekeken naar mijn eerdere presentaties over dit onderwerp. Wat valt mij daarbij op?

Eén van mijn oudste presentaties over trends is uit 2006.

Didactische ontwikkelingen

Ik ga daarin in op leren als een sociaal proces, waarbij actief leren, betekenisvol leren op basis van realistische taken en aansluiten op bestaande voorkennis o.a. belangrijk zijn. Competentiegericht leren speelt een nadrukkelijke rol (waarbij ik wel kennis als noodzakelijk te verwerven basis beschouw), net als leren van en aan elkaar (in netwerken). Ik kom zelfs Sugata Mitra tegen die toen benadrukte dat het belangrijk is om de juiste snaar bij lerenden te raken.

Verder ga ik in deze presentatie in op een verschuiving van formeel leren naar ook informeel leren. Ik benadruk daarbij wel dat leren op vier aspecten meer en minder formeel kan zijn. Ook benadruk ik het belang om meer rekening te houden met de individuele lerende (o.a. hoe deze leert).

Mijn terugblik

Ik benadruk nu met name het faciliteren van leren als een cognitief en sociaal proces (Illeris). Over competentiegericht leren spreken we in Nederland eigenlijk nauwelijks meer, en ik ook niet. Ik benadruk nu veel meer dat je leren moet vormgeven afhankelijk van context en doelen die je wilt bereiken. Maak van formeel en informeel leren geen tweestrijd. Dat lerenden een bepaalde voorkeur voor leeractiviteiten hebben, is mooi. Maar kijk vooral naar wat wanneer werkt. De ene keer is dat een kwalitatief goede training of workshop, de andere keer is dat leren door met collega’s aan een complex project te werken (met ondersteuning door performance support en communicatietools). Actief en betekenisvol leren zijn nog steeds van groot belang.

Technologische ontwikkelingen

Internet is alomtegenwoordig, mede dankzij mobiele technologie. Daarbij doel ik in 2006 NIET op wifi. Laptops horen in die tijd tot mobiele technologie. Ik voorzie dat we applicaties steeds meer via een stick gebruiken, evenals e-readers, Google Docs en andere online opslagtools. We staan aan de vooravond van cloud computing, evenals Software as a Service. Ik voorspel in 20116 al vrij snel dat Second Life een hype is, maar dat het wereldwijde web wel 3D zal worden. Verder heb ik hoge verwachtingen van ‘social software’.

Ik geef ook aan dat gedrag kan veranderen als gevolg van het gebruik van nieuwe technologieën. Daarbij geef ik aan dat de verhalen over de ‘net-generation’ schromelijk overdreven zijn, maar dat er wel ‘wat’ aan de hand is. Ik wijs daarbij onder meer op het media en op het ‘feit’ dat jongeren kunnen multitasken (ahum).

Ik benadruk ook dat het gebruik van nieuwe technologieën negatieve kanten heeft. Wie herinnert zich nog ‘happy slapping’? Maar ook: huftergedrag en privacy. Er zou naar mijn mening meer aandacht moeten zijn voor o.a. mediawijsheid.

Mijn terugblik

Wat heeft technologie in 12,5 jaar tijd een enorme ontwikkeling doorgemaakt! Mobiele technologie is sterk doorgebroken, maar met name dankzij wifi, smartphones en tablets. Applicaties gebruiken we vooral via de cloud. Want cloud computing is ook sterk doorgebroken. Het wereldwijde web is niet 3D geworden, wel beschikken we over meer 3D toepassingen (virtual reality, bijvoorbeeld). Second Life bleek inderdaad een hype te zijn. De term ‘social software’ gebruiken we niet meer, maar het fenomeen is massaal omarmt (niet alle toepassingen even massaal).

De negatieve aspecten zijn helaas ook pregnant geworden. Het fenomeen ‘net-generation’ bleek niet alleen schromelijk overdreven, maar ronduit een mythe te zijn. Dat mensen aan multitasking doen, betekent nog niet dat ze het ook kunnen.

Leren met ICT versterken

In het derde deel van de presentatie uit 2006 geef ik vooral voorbeelden van ICT-toepassingen die je kunt gebruiken voor leren, opleiden en onderwijs:

  • Verzamelsites met bronnen (zoals Kennisnet).
  • Animaties.
  • Online beeldmateriaal.
  • Webquests.
  • Google Earth/Maps.
  • Presentatiesoftware (om webinars etc mee te verzorgen).
  • Games en simulaties.
  • Mobile learning (locatiegebaseerd via de mobiele telefoon, via de laptop).
  • Google Apps.
  • Windows Live@Edu (voorloper van OneDrive).
  • Elektronische leeromgeving (ondanks dat in die tijd werd voorspeld dat de ELO zijn langste tijd zou hebben gehad; ik voorspelde toen dat de ELO 3D zou worden).
  • Social software (zouden tot gewin, gemak en genot leiden). Ik ben ingegaan op online video zoals YouTube, weblogs (Twitter is dan volgens mij een vorm van microbloggen), wiki’s, social bookmarking, podcasting, social networking services (Hyves, Facebook), RSS.

Ik ben uitgebreid ingegaan op deze laatste toepassingen omdat ze naar mijn mening in 20016 leren als een sociaal en actief proces kunnen faciliteren. Tegelijkertijd ben ik in 2006 ook ingegaan op beperkingen van verschillende tools. Ik typeer deze tools ook als redelijk ‘onvolwassen’. Verder geef ik aan dat jongeren vaak niet willen dat het onderwijs deze tools inzet (horen tot het privédomein).

Mijn terugblik

Al deze ICT-toepassingen worden inderdaad gebruikt voor leren. We gebruiken dikwijls wel andere ‘merken’ (Hyves, Bloglines, Live@Edu etc zijn verdwenen). De elektronische leeromgeving heet nu digitale leeromgeving en is niet 3D geworden. 3D zie je wel terug in virtual reality. Deze technologie is meer toegankelijk geworden, ook op het gebied van leren, opleiden en onderwijs.

Microbloggen heet twitteren. Mobile learning is ‘business as usual’, al gebruiken we er andere technologieën voor. Podcasting is inmiddels zelfs terug van weggeweest (ook op het gebied van leren?). Online video, zoals YouTube, wordt veel voor leren gebruikt, ook binnen het onderwijs. Andere social software wordt naar mijn mening vooral gebruikt voor informeel leren. Applicaties voor het verzorgen van webinars hebben zich sterk doorontwikkeld. Games en simulaties worden op dit moment ook nog steeds als ‘trending’ beschouwd.

Huidige trends

Anno 2019 hebben we voor een groot deel te maken met heel andere trends (leer hier en hier, pdf). Er is veel aandacht voor personalisering, werkplekleren, ‘seamless’ learning, ‘social learning’, microlearning, microcredentialling, het vastleggen van diverse leeractiviteiten (xAPI) en het waarderen van performance in plaats van leren.

Learning analytics (en data science), virtual reality, augmented reality, mixed reality, artificiële oftewel kunstmatige intelligentie, learning experience platforms: deze (grotendeels technologische) ontwikkelingen staan nu in het brandpunt van de belangstelling. Sommige, zoals learning analytics, al een jaar of tien. Learning experience platforms zijn van recentere datum. Dit illustreert dat trends zich over een langere periode voltrekken.

Ik ben er nog niet zeker van of blockchain-technologie de impact op leren, opleiden en onderwijs zal hebben, die sommigen ervan verwachten.

Massive open online courses zijn inmiddels geen trend meer. Ze lijken over het hoogtepunt heen, al verwacht ik dat MOOCs nooit zullen verdwijnen. Onderschat ook niet de invloed die ze hebben gehad op andere vormen van online leren (zoals SPOCs). Hetzelfde geldt voor ‘open education’ in het algemeen.

Het leermanagement systeem en digitale leeromgeving zijn nog steeds ten dode opgeschreven 😉

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *