Wat het onderwijs kan leren van de voetballerij? #cviov

Foppe de Haan behoeft natuurlijk geen introductie. Hij mocht het CvI-congres afsluiten.

Hij noemde zichzelf een veredelde onderrwijzer. Hij probeert voetballers beter te laten worden. Als jonge trainer was hij zeer fanatiek en meer vermoeid dan de spelers. Je moet echter meer naar de natuur kijken. Als het in mei regent, regent het zachter en gaan de bloemen open. Bij onderwijs werkt dat net zo. Overvoer jongeren niet, dan overlaad je hen.

Aan de hand van interviews met voetballers en anekdotes illustreerde hij het belang van

  • Zelfregulatie (veel vragen stellen, eigen doelen stellen op korte en lange termijn, ontwikkeling in eigen hand nemen)
  • Bij talentontwiikkeling gaat het ook om het herkennen van talenten. En daar op inspelen.
  • De lerende moet zelf om hulp vragen.
  • Goed observeren naar experts.
  • Geef elke lerende aandacht. Elk kind is er een.
  • Maak elke bijeenkomst het doel duidelijk, bespreek wat je verwacht en blijk terug op het proces.
  • Prestatie is relatie. Je moet als docent een goede relatie hebben met je lerenden. Dat is voorwaarde voor leren.
  • Je drive moet zijn lerenden beter te laten worden.
  • De voetballerij is veel te gesloten geweest. Voetballers die trainer worden. Ze houden op met met leren als ze diploma Betaald Voetbal hebben. Je moet echter een leven lang leren.
  • Je moet met elkaar juichen, maar veel voetballers juichen voor zichzelf. Plezier is heel belangrijk.

Het mooie was dat veel van die anekdotes hem zichtbaar ontroerden.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *