De Khan Academy is een populair platform met educatieve video's. Ray Schleck illustreert dat het erg belangrijk is goed na te denken over de didactiek, als je dit platform in gaat zetten.
Schleck en zijn school wilden de Khan Academy gebruiken om leerlingen wiskunde te laten leren. Dat is in vijf rondes gebeurd:
- Leerlingen gingen eerst zelfstandig aan de slag. Zij maakten eerst de makkelijkste oefeningen, en behaalden veel badges. Volgens gingen zij moeilijke opdrachten maken, en raakten gefrustreerd.
- Docenten selecteerden opdrachten, en selecteerden eerst gemakkelijke opdrachten. Met hetzelfde effect als ronde 1.
- Docenten selecteerden opdrachten, en selecteerden moeilijke opdrachten. Met gefrustreerde leerlingen als gevolg.
- Docenten bepaalden leerdoelen, en wisselden makkelijke en moeilijke opdrachten als in een interval af. Dat werkte aanvankelijk goed, maar op een gegeven moment haakten lerenden bij moeilijke opdrachten af.
- Elke leerling kreeg vijf verschillende sets van doelen, die in moeilijkheidsgraad opliepen. Op de eerste twee niveaus had men geen hulp van de docent nodig, daarna steeds meer (maar nog steeds relatief beperkt). Daarbij werd expliciet rekening gehouden met de individuele lerende. Lerenden konden zelf doelen kiezen, en werden pas beloond als zij op een hoger niveau terecht kwamen. Als lerenden vastliepen was het efficiënter als een docent hielp dan als zij de video nogmaals gingen bekijken.
Schleck laat weer eens zien hoe belangrijk het is om goed na te denken over de didactische inbedding, en hoe belangrijk een docent is. Ook onderstreept hij het belang om rekening te houden met de zone van naaste ontwikkeling. Opvallend is dat hij niet begint met veel begeleiding, om deze vervolgens af te bouwen ('scaffolding'). In combinatie met een oplopende moeilijkheidsgraad van de instructievideo's is in feite sprake van 'reverse scaffolding'.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie