Wat een docent moet weten over leertechnologie?

11 Things New Teachers Need To Know About Education Technology bevat een lijstje met deels voor de hand liggende zaken. Toch zitten er enkele aardige tips bij.

Multi-screen usageDe dingen die je volgens auteur Terry Freedman zou moeten weten zijn deels schoolgebonden, maar voor een deel ook generiek van aard. Ik zal de volledige lijst presenteren en waar nodig aanvullen.

Jij bent de baas.
Jij bent als docent verantwoordelijk voor een fysiek en psychologisch veilige omgeving. Volgens Freedman impliceert dit dat jij de baas bent. Lerenden kunnen niet zelf bepalen wat zij willen leren. Jij bepaalt ook hoe technologie wordt gebruikt. De auteur chargeert hier hopelijk. Toch zit er een kern van waarheid in. Lerenden moeten vaak nog zelfverantwoordelijkheid leren nemen voor hun leren. Ook weten zij niet altijd hoe zij technologie op een slimme manier kunnen gebruiken. Uiteraard kun je de dialoog aangaan over deze onderwerpen. Sterker, dat bevordert eigenaarschap bij lerenden. Maar uiteindelijk is de docent inderdaad ‘de baas’.

Geloof niet in de mythe van de digital native.
En ook niet in andere mythes (zoals het veronderstelde vermogen om te kunnen multitasken). Dit impliceert m.i. een kritische houding, en het je willen verdiepen in kritische literatuur.

Wat wil je bereiken?
En hoe kan technologie daar een bijdrage aan leveren? Start inderdaad met de doelen. Dit impliceert m.i. ook dat je bereid en in staat bent leertechnologieën te verkennen met een didactische bril. Denk daarbij niet alleen aan welke doelen leertechnologie kan helpen realiseren, maar ook aan de didactische mogelijkheden die je eerder niet had, maar nu wel. Bijvoorbeeld aan het genereren van meer betrokkenheid dankzij virtual reality. Weten wat je wilt bereiken vereist expertise op het gebied van didactiek en leertechnologie (technological pedagogical knowledge). Verder hoort hier m.i. biuj dat je de visie van je school op dit thema kent (voor zover aanwezig).

Wie is verantwoordelijk voor technologie?
De auteur doelt hierbij op de collega die binnen jouw school verantwoordelijk is voor ICT. Inderdaad handig om te weten. Als het goed is, ligt besluitvorming over leertechnologie niet bij één persoon. En vindt besluitvorming ook plaats op basis van onderwijskuindige argumenten (voortvloeiend uit een bepaalde visie).

Over welke hardware en software beschikt de school?
Ik ben voorstander van het zo veel mogelijk gebruiken van reeds aanwezige software en hardware. Het is wel mogelijk om webbased applicaties te gebruiken, mits daarbij rekening wordt gehouden met wetgeving rond privacy en dataveiligheid.

Welke mogelijkheden zijn er binnen de school voor professionalisering op dit terrein?
Nieuwe medewerkers krijgen hopelijk een introductie.

Welk beleid hanteert de school ten aanzien van bring your own device?
Moeten lerenden bijvoorbeeld op een bepaalde manier online gaan (bijvoorbeeld via wifi en niet via hun mobiele data verbinding waarmee filters van scholen omzeild kunnen worden).
Hiermee hangt uiteraard ook het gebruik van mobiele apparaten in de klas samen. Hopelijk is het toegestaan deze selectief te gebruiken, maar beschik je ook over een telefoontas of -kast waar lerenden hun devices kunnen opbergen als deze niet worden gebruikt.

Welke procedures gebruikt de school als het gaat om e-veiligheid?
De auteur doelt hierbij op pornografie, cyberpesten en ander oneigenlijk gebruik. Wat uiteraard ook steeds belangrijker wordt -zeker in ons land- is bescherming van persoonsgegevens en het voorkomen en tegengaan van datalekken. Zie bijvoorbeeld informatie over de Algemene Verordening Gegevensbescherming. Als docent zulk je hier ook bewust van moeten zijn, en bijvoorbeeld kritisch zijn in de applicaties die je gebruikt.

Hoe leen en reserveer je apparatuur?

Wat moet je doen als iets verkeerd gaat?
Waare rapporteer je bugs, technische problemen en andere issues? Als het goed is, is er een servicedesk (afhankelijk van de schoolgrootte wordt deze bemenst door één of meer collega’s).

Waar kun je kwalitatief goede en bruikbare informatie vinden?
Het gepresenteerde lijstje bevat Amerikaanse bronnen.

Ontbreken nu nog zaken?

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

6 reacties

  1. Mooie opsomming, maar wat me opvalt is dat er niets gezegd wordt over een (al dan niet aanwezige) te-learning omgeving!
    En dat is toch juist jouw stokpaardje? 😉

  2. `Ik ken geen school die voldoende heeft aan Blackboard (of aan een ander ’traditioneel’ leermanagementsysteem). Een digitale leeromgeving bestaat eigenlijk altijd uit meerdere applicaties.

  3. Een docent is uiteraard in staat ook buiten de eigen lessen om applicaties te gebruiken (web based, cloud computing). Hoe de docent dit doet, is mede afhankelijk van het model van blended learning dat wordt toegepast. Er kan bijvoorbeeld voor een vorm gekozen worden waarin lerenden op school vooral interacteren, oefenen en kennis verdiepen, terwijl men thuis online instructies bestudeert. De digitale leeromgeving van een school faciliteert dit in veel gevallen. Applicaties als Google Drive kunnen daar onderdeel van vormen. Wetgeving stelt wel steeds strengere eisen aan data opslag.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *