Recent heeft Euro-commissaris Nelie Kroes de digitale agenda voor Europa gepresenteerd (er is ook een samenvatting van tien pagina's beschikbaar).
The objective of this Agenda is to chart a course to maximise the social and economic potential of ICT, most notably the internet, a vital medium of economic and societal activity: for doing business, working, playing, communicating and expressing ourselves freely.
Het rapport probeert een evenwicht te vinden tussen kansen benutten en risico's verkleinen.
Zeker. Er staan behartenswaardige woorden in over het vergroten van de toegankelijkheid van content, bescherming van consumentenrechten en privacy, het bevorderen van standaarden (interoperabiliteit), investeren in breedband, werken aan digitale geletterdheid, bijdragen aan een beter milieu of de inzet van technologie voor innovatie. Ook maakt het rapport helder dat Europa als geheel behoorlijk achterloopt als het gaat om het benutten van de mogelijkheden van internet. Let wel: binnen Europa zijn er zeer grote verschillen.
Veel acties doen echter nogal liberaal aan, wat niet vreemd is met VVD-coryfee Kroes aan de top: veel faciliteren, zelf-regulatie en coördinatie.
Wat me echt tegen valt is de geringe aandacht voor (t)e-learning. De publicatie besteedt -zoals gezegd- aandacht aan de ontwikkeling van digitale geletterdheid en aan het belang van ICT-opleidingen. Verder wil men een bepaalde e-learning module laten ontwikkelen:
Develop in 2011 an online consumer education tool on new media
technologies (e.g. consumer rights on the internet, eCommerce, data
protection, media literacy, social networks etc.).
Ook ziet men een rol weggelegd voor e-learning om de participatie van vrouwen in ICT-banen te vergroten. Maar dat was het dan ook wel. Beleid ten aanzien van e-learning laat het rapport over aan de individuele lidstaten (zie paragraaf 2.6). De bijdrage van (t)e-learning aan innovatief en sociaal beleid vindt ik niet terug.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie