Vanochtend heb ik een presentatie mogen verzorgen over waarom ICT binnen het hoger onderwijs wordt ingezet, en hoe ICT kan worden gebruikt voor leren. De doelgroep van deze presentatie was wel een ‘bijzondere’: het ging om medewerkers van de IT-afdeling van Fontys.
De dienst IT van Fontys organiseert onder de noemer “Onderwijsheid’ namelijk een aantal bijeenkomsten over ontwikkelingen op het gebied van onderwijs voor ICT-ers. Ik vind dat een goede zaak. Je moet als docent en onderwijsontwikkelaar mogelijkheden van technologie kennen. Net zo goed zal een ICT-er moeten weten wat de betekenis is van zijn/haar werk voor het primaire proces binnen een onderwijsinstelling.
Normaliter bestaat ‘mijn’ publiek uit docenten, onderwijsontwikkelaars, adviseurs, beleidsmedewerkers en leidinggevenden. Dit keer was de doelgroep dus een andere, wat uiteraard gevolgen had voor inhoud en terminologie.
Ik heb de aanwezigen eerst enkele vragen voorgelegd. De laatste vraag was de vraag waarom ik deze vragen heb voorgelegd (voorkennis activeren).
Daarna ben ik ingegaan op wat aanvankelijk de redenen waren om ICT in het onderwijs in te zetten:
- Het realiseren van meer aantrekkelijk onderwijs.
- Flexibilisering. One size does not fit all.
- Je kunt de muren van de onderwijsinstelling doorbreken, de leeromgeving groter maken (meerdere perspectieven betrekken).
- De hoop was dat je effectief onderwijs kunt verzorgen, dat beter betaalbaar is.
- Je kunt meer zicht krijgen op de voortgang van lerenden. Je ziet beter wat lerenden hebben gedaan.
Toen leren met ICT als gevolg van de opkomst van internettechnologie een impuls kreeg, werd ICT aanvankelijk echter bepaald niet effectief ingezet (denk aan de zogenaamde page turners). In feite waren we bezig een ‘koets zonder paarden’ te creëren, met onder andere ‘verveelde lerenden’ als gevolg. In 2009 stelde John Hattie bijvoorbeeld dat we bij web-based leren de fundamenten van onderwijsontwerp vaak negeren.
Als reactie hierop is het onderwijs gaan kijken of het beste van beide werelden, blended learning, niet tot effectiever gebruik van ICT voor leren kon leiden. Waarbij ICT idealiter toegevoegde waarde zou moeten hebben voor docent en studenten (in termen van effectiviteit, efficiëntie en aantrekkelijkheid).
Maar weten we wat werkt en waarom? Deels wel. Zo weten we dat actief leren erg belangrijk is. “Dat is een open deur”, krijg ik wel eens te horen. “Waarom komt ‘passief leren’ dan nog zo vaak voor”, vraag ik dan.
Het gebruik van realistische problemen (waarbij je bijvoorbeeld de hele taak moet laten zien) werkt ook effectief. Het activeren van voorkennis is belangrijk voor leren, net als bijvoorbeeld het demonstreren van nieuwe kennis. Belangrijk daarbij zijn Mayer’s multimedia principes. Samenwerkend leren blijkt ook onder bepaalde condities effectief te zijn (mede afhankelijk van de taak). Een interessant terrein is ook gamification waarbij lerenden bijvoorbeeld gemotiveerd kunnen worden met een leaderboard of badges (kleine beloningen).
Ik ben tenslotte ook ingegaan op een aantal aandachtspunten. Bijvoorbeeld op het belang van een dialoog tussen ICT en onderwijs. Beiden hebben verschillende belangen. Daar moet je het gesprek over voeren.
Hieronder vind je mijn slides:
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie