In de micromodule Activeren in online onderwijs van de Open Universiteit wordt onder meer verwezen naar de publicatie ‘Activerende werkvormen. Een praktische gids voor je onderwijs’ van het Universitair Medisch Centrum Utrecht. Deze uitgave bevat 21 activerende werkvormen. Daarin wordt echter amper aangegeven hoe deze werkvormen gefaciliteerd kunnen worden via leertechnologie. Dat wil ik in deze bijdrage doen.
Voor een uitgebreide beschrijving van de werkvormen, verwijs ik naar de publicatie zelf (pdf). Nota bene: ik geef in het onderstaande voorbeelden van het gebruik van ICT hierbij. Er zijn andere varianten mogelijk, inclusief varianten in combinatie met face-to-face werken.
Actuele dilemma’s (verschillende standpunten/hypothesen over een dilemma aan de hand van een aantal artikelen inventariseren).
Hoe online? Maak twee groepen. Ontsluit artikelen over het dilemma via je digitale leeromgeving. Laat lerenden samen aan een document werken waarin ze hun standpunt onderbouwen (bijvoorbeeld via een wiki). Laat de definitieve versie in een blogpost plaatsen. Laat studenten op elkaars blogposts reageren.
Buzz-groep (lerenden werken in twee- of drietallen in korte tijd aan antwoorden of oplossingen voor een vraagstuk).
Hoe online? Formeer groepjes. Plaats in de digitale leeromgeving de vraag, opdracht of stelling. Laat lerenden via een synchrone online tool kort met elkaar discussiëren. Laat hen de antwoorden/oplossingen online publiceren (als reactie op de gepubliceerde vraag/opdracht/stelling). Bespreek de reacties na via een online live sessie. Hanteer duidelijk mijlpalen (wat moet wanneer klaar zijn?).
Discussie over een stelling.
Hoe online? Plaats in een online forum een stelling met een duidelijke instructie. Verdeel de lerenden in voor- en tegenstanders. Geef lerenden de opdracht om eerst informatie over de stelling te verzamelen. Vraag hen om verwijzingen op te nemen als zij reageren. Gebruik eventueel een aanvullende peiling om de groep, na discussie, te laten stemmen.
Elevator pitch (lerende presenteert summier essentie van een onderzoek, college, artikel, enzovoorts).
Hoe online? Lerenden maken een podcast of online video waarin zij de inhoud samenvatten. Daarna kun je lerenden laten reageren op elkaars producten (in elk geval kwalitatief).
Estafettedebat (discussie over een onderwerp waarbij discussianten steeds wisselen).
Hoe online? Biedt via de digitale leeromgeving artikelen/video’s ter voorbereiding aan. Gebruik een synchrone online omgeving. Wijs drie discussianten aan. Als een discussiant geen nieuwe argumenten heeft, dan wordt deze vervangen door een andere lerende. Hanteer spelregels zoals hand opsteken en even wachten voordat je het woord neemt.
Ghostwriting (een speech schrijven voor een ander).
Hoe online? Lerenden bereiden in groepjes een speech voor, in een document waarvan zij samen auteur zijn. De speech zelf kunnen zij opnemen in de vorm van een podcast. Deze delen zij online. Via een synchrone online omgeving worden speeches besproken.
Intermezzo in het veld (lerenden maken kennis met de praktijk waaraan theorie gespiegeld wordt).
Hoe online? Via de digitale leeromgeving bestuderen lerenden theorieën of modellen. Zij gaan hiermee in de praktijk aan de slag, en reflecteren door te bloggen of te vloggen op de relatie tussen theorie en praktijk.
Jig-saw methode (lerenden bestuderen deel van de stof, leggen de essentie ervan uit aan groepsleden en maken gezamenlijk een samenvatting).
Hoe online? Ontsluit de leerstof in delen via de digitale leeromgeving. Laat lerenden in groepen een deel van de leerstof bestuderen. Laat lerenden individueel het onderdeel samenvatten. Laat lerenden die hetzelfde deel hebben bestudeerd de samenvattingen bij elkaar plaatsen (gezamenlijk document). Laat hen via een synchrone online omgeving overleggen over de overeenkomsten en verschillen. Zij maken een gezamenlijke bijdrage die zij samenvoegen met de bijdragen van de andere groepen.
Krantenartikel (lerenden schrijven populair-wetenschappelijk artikel over een of meer wetenschappelijke artikelen).
Hoe online? Laat lerenden een blogpost schrijven of een krantenartikel als instuuropdracht. Ontsluit een voorbeeld-krantenartikel via de digitale leeromgeving.
Mindmap (voor het activeren van (voor)kennis).
Hoe online? Er zijn verschillende online mindmap-tools beschikbaar (bijv. Mindmeister).
One-minute paper (lerenden schrijven in één minuut de essentie van een bijeenkomst op, aan de hand van vragen).
Hoe online? Daar kan via een instuuropdracht, twitter, Padlet, Answer Garden, een chatapplicatie (bij een beperkte groep lerenden) of online forum.
Persconferentie (presentatie van een paper waarbij andere lerenden kritische vragen stellen)
Hoe online? Lerenden schrijven een persbericht over hun paper of videoproductie. Referenten lezen het paper kritisch. Via een synchrone online omgeving presenteren zij het paper en stellen de anderen vragen. Je kunt dit ook via bloggen en reageren vormgeven. Maar dan lijkt het niet meer echt op een persconferentie.
Posterparade (bevindingen uit (literatuur)onderzoek worden via een poster gepresenteerd, waarbij toelichting wordt gegeven.
Hoe online? Met behulp van verschillende tools kun je een online poster maken. Deze kunnen worden gedeeld via de digitale leeromgeving. Binnen een synchrone online sessie kan e.e.a. worden toegelicht en besproken. Een alternatief is het maken van een screencast van de posterpresentatie, met asynchrone online discussie binnen de digitale leeromgeving.
Prioriteitenspel (lerenden beoordelen elkaars projectaanvragen en geven aan welke zij zouden honoreren).
Hoe online? Projectaanvragen worden via de digitale leeromgeving gedeeld. Het beargumenteren vindt plaats via een online forum, chat of synchrone online omgeving. Gebruik daarna een poll-tool of online formulier om prioriteiten te stellen. De applicatie Mentimeter heeft bijvoorbeeld de optie om 100 punten over opties te verdelen.
Quiz (lerenden maken korte quiz).
Hoe online? Digitale leeromgevingen hebben dikwijls aparte functionaliteiten voor een quiz. Daarnaast zijn er ook aparte quiz-tools. Via Peerwise kunnen lerenden zelf quiz-vragen maken.
Rampenplan (op basis van een probleem stellen lerenden rampenplannen voor een bepaald scenario op).
Hoe online? Een probleem wordt via de digitale leeromgeving gepresenteerd. Lerenden schrijven samen aan een document. Digitale leeromgevingen hebben hier samenwerkingstools voor. Omgevingen als Office 365 maken dit ook mogelijk. Lerenden leveren het eindresultaat als instuuropdracht in. Tijdens een live online sessie geeft de docent feedback.
Review (lerenden beoordelen een artikel van andere lerenden op basis van criteria).
Hoe online? Ontsluit artikelen, criteria en voorbeeld-reviews via de digitale leeromgeving. Laat lerenden in groepjes (bijvoorbeeld via een synchrone online omgeving) of individueel een review maken. Dat kan bijvoorbeeld via een blogpost. Deze reviews kunnen weer becommentarieerd worden. Tijdens een live online sessie kan ingegaan worden op de rode draad van de commentaren.
Rollenspel (lerenden nemen binnen een bepaalde situatie en vanuit een bepaalde rol beslissingen).
Hoe online? In de beschrijving van de activerende werkvorm speelt observatie een belangrijk rol. Dit maakt een volledig online versie complex omdat observeren binnen een digitale leeromgeving of synchrone online omgeving niet eenvoudig is. Lerenden kunnen wel inhoudelijk vanuit een bepaalde rol op elkaar reageren. Reflecteren kan ook online plaatsvinden, bijvoorbeeld via een vlog of podcast. Het is verder ook mogelijk om een rollenspel via een 360 graden camera op te nemen, en lerenden via een VR-bril de observatie te laten uitvoeren.
Stellingen (lerenden formuleren stellingen over literatuur).
Hoe online? Lerenden leveren stellingen bijvoorbeeld via een applicatie als Padlet in. De stellingen worden geordend en via een online forum bediscussieerd.
Tentamen met overleg (lerenden maken een deeltentamen en overleggen over vragen en mogelijke antwoorden; zij beslissen zelf over de antwoorden).
Hoe online? Deel de vragen via de digitale leeromgeving. Laat lerenden via een synchrone online omgeving overleggen. Gebruik een online applicatie voor toetsen met open vragen, waarbij lerenden de antwoorden individueel invullen.
Van tekst naar schema (op basis van een artikel maken lerenden een schema van het artikel).
Hoe online? Lerenden maken via een tekstverwerker of een tool waarmee diagrammen gemaakt kunnen worden een schema, op basis van een tekst. Zij leveren de uitwerking in en krijgen dan het originele schema te zien.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie