Er is al regelmatig geschreven over hoe het onderwijs zich op termijn, mede als gevolg van technologische trends, zal ontwikkelen. Envisioning the Future of Educational Technology probeert de toekomst van leertechnologie te verbeelden.
Justin Marquis besteedt terecht aandacht aan de visualisatie Envisioning the Future of Educational Technology. Deze infographic van de onderzoeksgroep van Michell Zappa brengt de ontwikkeling van het onderwijs in beeld, als gevolg van technologische trends.
Zappa cs durven zelfs tot 2040 voorspellingen te doen. Ik zou dat zelf niet durven (wie heeft in 1984 bij benadering juist voorspeld hoe technologie heden ten dagen gebruikt wordt?). Desalniettemin bevat Envisioning the Future of Educational Technology herkenbare ontwikkelingen, op basis van een uitgebreide analyse:
- ICT is op dit moment binnen scholen vaak gecentraliseerd en ‘vast’ aanwezig. Bijvoorbeeld in een computerlokaal of via vaste computers in de klas. Mobiele en draadloze technologie (o.a. tablets) zorgen echter voor een verdere digitalisering van het onderwijs. ICT wordt alomtegenwoordig. Dat zie je al terug in leeromgevingen, studio’s, waar lerenden samen met elkaar leren en waar een docent een faciliterende rol speelt.
- Gamification wordt momenteel gebruikt voor just in time feedback en voor het waarderen van leerprestaties (o.a. via badges).
- Informatie is op dit moment alomtegenwoordig en beschikbaar voor leerdoeleinden. Scholen hebben niet meer monopolie op leermaterialen, o.a. dankzij open courseware en vrij beschikbare videolessen. Dit leidt ook tot andere manieren van onderwijs, zoals het concept van de flipped classroom.
- In 2020 maakt technologie het mogelijk dat lerenden wereldwijd kunnen samen leren met anderen. Digitale klaslokalen met o.a. wall-sized schermen faciliteren deze manier van leren. In feite transformeren klaslokalen in leerstudio’s. Docenten geven nog steeds onderwijs, maar artificiële intelligentie (denk aan leerstof die op basis van algoritmes wordt aangeboden) en mobiele technologie maken gepersonaliseerd leren mogelijk.
- Rond 2030 is ICT ingebed in de fysieke omgeving (het internet der dingen), en is connectivity een belangrijk uitgangspunt voor leren. Mensen interacteren met materialen, dus ook met leerstof. Traditionele manieren van beoordelen hebben plaats gemaakt voor portfoliogebaseerde beoordelingsmethoden. Leren is een continue, “interconnected“, bezigheid waardoor lerenden veranderingen in hun omgeving hanteerbaar kunnen maken. Tegen 2040 is geen sprake meer van een kloof tussen online en offline, mede dankzij hologramtechnologie en “immersive virtual reality“.
Justin Marquis schrijft o.a. over dit initiatief:
What is ultimately most fascinating about this model for the future of educational technology is the plethora of very specific tools and developments that it includes.
Hij zoomt dieper in op een aantal van die specifieke ontwikkelingen. Zoals die van neuro-informatica. Informatie wordt dan geupload naar het brein.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Een reactie