Van LMS naar leertechnologisch ecosysteem

Gisteren heb ik in het kader van de Learning Accelerator van 227learning.nl een masterclass verzorgd over leertechnologie.

Na de opening ben ik eerst -mede aan de hand van vragen- ingegaan op het fenomeen leertechnologie. Het TPACK-model geeft o.a. aan over welke expertise een docent/opleider moet beschikken om online en blended leren te kunnen ontwerpen, ontwikkelen en toepassen. Expertise op het gebied van technologie en het didactisch kunnen inzetten van leertechnologie is daar een belangrijk onderdeel van.

Leertechnologie betreft dan technologie die speciaal ontwikkeld is voor leren, ontwikkelen, opleiden en onderwijs (zoals een LMS) of leertechnologie die hier niet speciaal voor ontwikkeld is, maar ervoor wel kan worden gebruikt (mijn weblog is mijn favoriete leertechnologie).

Vervolgens ben ik ingegaan op verschillende categorieën van leertechnologieën, en heb ik deelnemers aan laten geven wat hun favoriete leertechnologie is.

Daarna ben ik ingegaan op de functie van een leermanagement systeem (LMS) en heb ik kort de ontwikkeling geschetst van leermanagement systeem tot digitale leeromgeving (een leertechnologisch ecosysteem van met elkaar samenhangende en geïntegreerde applicaties).

Al meer dan tien jaar wordt gesteld dat een LMS ‘dood’ is. De verhalen over de dood van een LMS zijn echter schromelijk overdreven.

Vervolgens heb ik de aanwezigen in groepjes informatie laten verzamelen en verwerken over andere leertechnologieën die samen met het LMS dankzij standaarden en specificaties (zoals LTI) een digitale leeromgeving kunnen vormen. Verschillende LMS-en beschikken bijvoorbeeld over app-stores die het mogelijk maken andere applicaties te integreren met het LMS.

Verder kun je ook allerlei applicaties aansluiten op een ‘datalake’ zodat je learning analytics-tools kunt voeden met data uit verschillende systemen.

Als huiswerkopdracht had ik aanwezigen onder meer gevraagd om te beschrijven welke digitale leeromgeving zij gebruiken. Daarbij is een scala aan toepassingen genoemd. Integratie van applicaties blijkt voor verbetering vatbaar.

Ik heb hen tijdens de masterclass ook na laten denken over de sterke en zwakke kanten van de eigen DLO.

Daarna zijn we ingegaan op aandachtspunten bij de selectie van leertechnologie:

• Denk kritisch na over de vraag voor welk probleem de leertechnologie een oplossing is.
• Focus je op belangrijke technologieën. Voorkom een overdaad aan applicaties. Dat leidt vooral tot cognitieve overbelasting.
• Kijk vooral naar de applicaties die je al in huis hebt. Wat ligt er in je magazijn?
• Zoek bij het selecteren de balans tussen veel en weinig specifieke eisen. Geen enkel LMS zal voldoen aan heel veel specifieke eisen. Als je weinig specifieke eisen formuleert krijg je weer niet wat je wilt.
• Realiseer je dat al je wensen en eisen niet gerealiseerd kunnen worden.
• Selecteer en gebruik leertechnologie niet voor zaken waar de leertechnologie niet voor is bedoeld. Een LMS wordt bijvoorbeeld vaak als archief gebruikt.
• Hecht veel waarde aan de gebruikersvriendelijkheid. Je kunt vaak beter toegeven op functionele eisen. Aan de hand van een opdracht zijn we ingegaan op gebruikersvriendelijkheid.
• Let op de wisselwerking tussen didactiek en leertechnologie. Kijk niet alleen hoe applicaties bepaalde leeractiviteiten kunnen ondersteunen. Kijk ook welke nieuwe leeractiviteiten je kunt organiseren, dankzij nieuwe technologie.
• Voldoet de leertechnologie aan de AVG? Let daar vooral bij ‘gratis’ leertechnologie op.

Tenslotte heb ik enkele hulpmiddelen besproken die je kunt gebruiken bij de selectie van leertechnologie. Deelnemers konden na afloop een checklist invullen die je kunt gebruiken bij de selectie van leertechnologie.

Hieronder vind je mijn slides.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.