De geschiedenis herhaalt zich. Eind jaren negentig kwam de term ‘net generatie’ op. Jongeren die opgroeiden met internet zouden bepaalde eigenschappen bezitten, waarover generaties voor hen niet beschikten. Onderzoek liet zien dat sprake was van een simplificering. Nu zou mobiele technologie een nieuwe generatie voortbrengen.
Mark Bullen ergert zich aan auteurs die, meer dan tien jaar na de inmiddels via onderzoek ontkrachte mythe van de ‘net generatie’, wederom op de proppen komen met een nieuwe generatie: de mobiele generatie of de ‘C-generatie’.
Aan deze generatie worden weer bekwaamheden toegedicht, waarvan het de vraag is of deze jongeren er over beschikken. Bullen stelt terecht:
It is too easy to look at statistics on use and make all sorts of inferences but what good research has shown is that using a computer, tablet or smart phone for one task doesn’t necessarily translate to others, doesn’t make the user a sophisticated user of the technology and doesn’t necessarily have any impact on other skills and traits.
Jongeren gebruiken inderdaad massaal mobiele technologie. Dat heeft gevolgen voor de manier waarop zij communiceren. Dat geldt echter ook voor ouderen die op grote schaal overgaan op smartphones en tablet PC’s. En het zegt inderdaad nog niets over de bekwaamheid waarmee we mobiele technologie gebruiken, of over de impact op onze bekwaamheden. Laten we dus niet met open ogen in de val van ‘mythe 2.0’ trappen.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie