De MBO Raad heeft een zogenaamde benchmark laten uitvoeren waarbij onder andere is gekeken naar hoeveel deelnemers met een diploma de school verlaten.
Van de studenten op het hoogste niveau van het mbo, niveau 4, haalt 70 procent een diploma. Van de studenten op niveau 3 haalt 68 procent een diploma en van de studenten op niveau 2 47 procent. Aan deze drie niveaus neemt in totaal 95 procent van de mbo’ers deel. Voor de studenten op niveau 1 is het succespercentage 37 procent.
Er zij echter behoorlijke verschillen tussen de regionale opleidingencentra. Ik weet niet precies of de MBO Raad dezelfde systematiek heeft gehanteerd als mijn werkgever, Gilde Opleidingen. Maar als dat het geval is scoort Gilde Opleidingen beter in vergelijking met collega scholen:
– Niveau 1: 68% rendement
– Niveau 2: 52% rendement
– Niveau 3: 66% rendement
– Niveau 4: 83% rendement
Bron: Ambities waarmaken, jaarverslag 2005.
Schooluitval is overigens een complexe materie, zoals ook blijkt uit het persbericht van de MBO Raad:
Het gaat dan om oorzaken als verhuizing, ziekte, leervermogen, psychische stoornissen, ernstige problemen in de thuissituatie en de situatie op de arbeidsmarkt. In bijna een kwart van de gevallen gaat het om redenen die de school zelf of met anderen kan beïnvloeden, zoals problemen met de inhoud van de opleiding of een verkeerde studie-, of beroepskeuze.
In tegenstelling tot de MTS van vroeger kennen ROC’s een drempelloze instroom. Dat betekent dat in feite iedereen wordt toegelaten, bijvoorbeeld ook deelnemers zonder VMBO-diploma of deelnemers met aanzienlijke leer- en opvoedingsproblemen. Het hoger onderwijs selecteert aan de poort, het middelbaar beroepsonderwijs doet dat niet. Dat vertaalt zich in een hogere uitval.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie