De toegankelijkheid van online video is de afgelopen jaren sterk toegenomen. Je ziet dan ook steeds vaker dat docenten en opleiders zelf kennisclips of screencasts maken. FrankWatching besteedt vandaag aandacht aan trends op het gebied van marketing. Ik probeer de vertaalslag te maken naar leren, opleiden en onderwijs.
De betreffende trends zijn dan:
- Virtual reality. Denk daarbij aan video’s gemaakt met een 360 graden-camera. De kijker kan daarbij zelf bepalen waar hij of zij naar kan gaan kijken. Deze video’s kunnen dan gebruikt worden als content voor de betreffende headsets waarbij de kijker om zich heen kan kijken. Volgens Frankwatching wordt deze vorm van VR laagdrempelig, ook door het gebruik van de cardboard.
Mijn opmerking: de authenticiteit wordt inderdaad groter. Dat is winst. Deze video’s worden echter leerzamer als we meer interactiemogelijkheden aan deze video’s toe kunnen voegen (in de vorm van vragen met antwoorden en feedback, of in de vorm van opdrachten; je moet bij voorkeur nog wat kunnen doen). - De lengte van video’s nemen weer toe. Het is nog zoeken naar de juiste lengte van de video, schrijft FrankWatching. Onderzoek laat daarbij zien dat advertenties tussen de 60 en 120 seconden het beter doen dan advertenties van 30 seconden. Een goede opbouw kost immers tijd. Relevantie blijft belangrijk. Geef kijkers daarbij ook keuzemogelijkheden bij het kijken.
Mijn opmerking: voor educatieve video’s, zoals kennisclips, geldt dan m.i. al helemaal. Als de opbouw goed is, en de inhoud betekenisvol, dan hoeft de omvang niet super kort te zijn. Waak er echter ook voor om video’s van een kwartier te maken. En wissel fragmenten bijvoorbeeld af met vragen. - Storytelling. Neem kijkers mee in een verhaal. Dat kunnen persoonlijke verhalen zijn, maar het mogen ook fictieve verhalen zijn. Het raken van een emotionele snaar laat vaak een onuitwisbare indruk achter. Volgens FrankWatching is ook sprake met een toenemende kwaliteit van storytelling.
Mijn opmerking: het vertellen van verhalen is één van de principes uit de plakfactor. Het is geen eenvoudig te realiseren principe, maar inderdaad zeer leerzaam. - Livestreaming. Volgens FrankWatching laten cijfers van Facebook zien dat er drie keer langer naar live content wordt gekeken dan naar videoclips. Het wordt nu ook veel makkelijker om live video te integreren in bestaande kanalen, en op mobiele apparaten. Reactiemogelijkheden en feedback zijn dan ook belangrijk.
Mijn opmerking: ik kan me voorstellen dat je livestreaming gebruikt om beroepshandelingen te demonstreren, met name als deze in een unieke context worden uitgevoerd. Denk daarbij aan een demonstratie van een chef kok. Verder zie ik vooral heil in live webinars en online masterclasses waarbij je live uitzendt, maar wel met professionele apparatuur. Interactiemogelijkheden zijn daarbij inderdaad van groot belang. - Beelden zeggen meer dan woorden. Daarom worden schriftelijke bijdragen deels vervangen door video’s. Bijvoorbeeld video’s binnen emails. Videoberichten zijn korter van stof, maar bevatten meer informatie.
Mijn opmerking: je kunt bijvoorbeeld video gebruiken om feedback te geven. Lerenden lijken beter naar feedback te luisteren, dan dat zij feedback lezen. Aan de andere kant zijn lerenden vaak beter in staat geschreven tekst in plaats van video’s te scannen. Ik vind geschreven tekst vaak ook geschikter voor verdieping, reflectie en dialoog. De keuze voor een medium hangt uiteraard af van het doel dat je wilt bereiken.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie