Door gebruik te maken van projectmatig leren en teamvorming zou uitval bij al dan niet grootschalige open online cursussen gereduceerd kunnen worden, en kan de motivatie van lerenden worden bevorderd. Bij grootschalige cursussen zou dit echter automatisch gefaciliteerd moeten worden, omdat dit anders onbeheersbaar wordt. Howard Spoelstra, Peter van Rosmalen en Peter Sloep hebben hier een model voor ontwikkeld.
Mijn collega’s Howard Spoelstra, Peter van Rosmalen en Peter Sloep van het Welten-instituut (OU) hebben onlangs in een MOOC-special een artikel geschreven over projectmatig leren en teamvorming binnen zogenaamde ‘open leeromgevingen’ (toegankelijke online leeromgevingen, waarbij lerenden geografisch verspreid zijn). Zij stellen onder meer dat lerenden binnen open leeromgevingen in staat moeten zijn om hun leerbehoeften te identificeren, en ook de bronnen in kaart moeten kunnen brengenwaarmee zij in deze behoeften kunnen voorzien. Bovendien hebben zij strategieën voor leren en beoordelen nodig om voortgang in hun leren te boeken.
In tegenstelling tot open leeromgevingen zouden open online cursussen hierin kunnen voorzien, onder meer door zelftoetsen. Verder zouden ideeën over sociale leernetwerken, waarbij communityvorming een belangrijke rol speelt, een antwoord kunnen geven op motivatieproblemen en uitval helpen voorkomen.
Het ontwerp van open online cursussen zou dan wel gericht moeten zijn op het versterken van coherentie tussen lerenden en op de motivatie van lerenden. Dat betekent bijvoorbeeld dat lerenden aanbevelingen zouden moeten kunnen doen, en de mogelijkheid moeten hebben elkaar te ondersteunen. Ook zouden zij zich aan elkaar moeten kunnen voorstellen om vertrouwen te krijgen. Binnen MOOCs is hiervoor tot dusver nauwelijks expliciete aandacht.
Bij projectmatig leren wordt volgens Howard cs hier wel rekening mee gehouden. Bovendien kan projectmatig leren meer rekening houden met de werkcontext van lerenden, en kunnen via samenwerkend leren tot betere leerresultaten worden behaald. Projectmatig leren krijgt binnen formeel onderwijs overigens op een andere manier vorm dan binnen open leeromgevingen.
Binnen een grootschalige open leeromgeving is een docent bijvoorbeeld niet in staat om groepjes te vormen. Maar binnen deze omgeving beschik je wel over veel data die gebruikt kan worden voor teamvorming. De auteurs menen daarom dat een geautomatiseerde support service voor projectmatig leren en teamvorming ontwikkeld zou moeten worden. Deze service zou lerenden in staat moeten stellen projecten te starten, los van strak gedefinieerde curricula, en waarbij teams automatisch worden samengesteld op basis van de achtergronden en voorkeuren van lerenden (en niet op basis van zelfselectie waar verschillende bezwaren aan kleven).
In hun bijdrage ontwikkelen Spoelstra, Van Rosmalen en Sloep onder meer een procesmodel voor projectmatig leren en teamvorming. Daarbij wordt onder meer rekening gehouden met kennisgerelateerde data, persoonsgerelateerde data en data met betrekking tot voorkeuren (zoals taal of tijdszone). Het model start dan met het definiëren van een project binnen een bepaald kennisdomein. Verder worden onder meer de kennis, de persoonskenmerken en de voorkeuren via een assessment in kaart gebracht. Deze uitkomsten worden gekoppeld aan de eisen van het project, waarna suggesties worden gedaan voor projectteams.
Via een beperkt veldonderzoek hebben zij gekeken in hoeverre dit model op bijval kan rekenen. Daaruit blijkt dat de respondenten minder belang hechten aan selectie mede op basis van persoonskenmerken (kennis en voorkeuren werden wel van belang gevonden). Howard Spoelstra cs vinden dit opvallend omdat in de literatuur persoonskenmerken als belangrijke factor voor teamvorming wordt beschouwd.
Kennis werd daarbij bovendien belangrijker gevonden dan voorkeuren (mogelijk omdat respondenten uit het onderwijs afkomstig zijn). Respondenten menen ook dat projectmatig werken een bijdrage kan leveren aan beter leren, het versterken van creativiteit en een verbeterde productiviteit. Bij het accepteren van automatisch gegenereerde suggesties voor teamvorming zijn respondenten deels terughoudend.
Ik vind dit een relevante bijdrage. Binnen de MOOC, die ik heb ontwikkeld en begeleid, wilde ik eigenlijk ook werken met teams. Het platform, waarin de MOOC werd verzorgd, biedt echter geen mogelijkheden voor automatische teamvorming. Ik heb daarom niet gewerkt met teams.
Howard Spoelstra cs hebben op dit moment overigens alleen een procesmodel ontwikkeld. Volgens mij is dit model in geen enkel operationeel platform gerealiseerd.
Ik vind het overigens ook opvallend dat zij er zonder meer van uit lijken te gaan dat projectmatig leren tot goede leerresultaten leidt. Dat is namelijk lang niet altijd het geval. Volgens mij is John Hattie daar minder optimistisch over. Daarnaast is de groep respondenten in de survey betrekkelijkk beperkt van omvang, en nogal eenzijdig samengesteld (alleen werkzaam binnen het universitaire onderwijs). Toetsing van het model in een breder verband lijkt mij wenselijk.
Waar de auteurs overigens weinig aandacht aan besteden is aan de leervoorkeuren van lerenden. Zij veronderstellen dat lerenden via geautomatiseerd samengestelde teams willen leren. Maar is dat ook zo? Wellicht beschouwen deelnemers aan een MOOC deze vooral als zelf te bestuderen leermaterialen, en heeft men geen belangstelling om in teams aan projecten te werken?
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie