Welke gevolgen hebben open educational resources voor onderwijsleerprocessen? Die vraag verkent Jenny Mackness. Zij gaat hierbij echter voorbij aan een belangrijk element van didactiek.
Jenny Mackness geeft een impressie van een presentatie van Dave White over open educational resources (OER) en didactiek. White maakt een onderscheid in:
- Zichtbare OER, met een duidelijke licentie, gemaakt door een organisatie (vaak voor marketingdoelen).
- Onzichtbare OER, waarbij een licentie niet belangrijk is, gemaakt door individuen. Deze OER zijn het meest toegankelijk, en gemakkelijk te hergebruiken.
Wellicht kun je beter spreken over formele en informele OER.
De vraag is ook wat de gevolgen zijn van beide typen OER voor didactiek, voor de onderwijsleerprocessen. OER hebben immers alleen betrekking op content. Mackness onderscheidt de volgende gevolgen:
- OER bevrijden docenten van de tirannie van content. In een andere blogpost licht zij dit toe, waarbij zij onder meer benadrukt dat docenten een belangrijke filterfunctie krijgen om lerenden wegwijs te maken in kwalitatieve OER.
- OER bevorderen creativiteit doordat gebruikers de bronnen opnieuw kunnen combineren, hergebruiken en -voordat ze materiaal delen- meer aandacht besteden aan kwaliteit (feed forward).
- OER knagen aan de status quo van de officiële content (tot stand gekomen via peer review en redacties).
- OER prikkelen tot meer kritisch denken en het formuleren van kritisch relevante vragen over de kwaliteit van bronnen.
- OER zullen leiden tot andere manieren van beoordelen waarbij lerenden antwoorden niet eenvoudig kunnen vinden en overnemen uit de vele beschikbare vrij toegankelijke bronnen.
Wat mij uit dit overzicht opvalt, is dat niets geschreven wordt over de invloed van OER op interacties en dialoog. Mijn stelling is dat OER het mogelijk maken om tijdens online en face-to-face bijeenkomsten meer aandacht te besteden aan vragen, discussies en andere interacties over de content. OER stellen je in staat om het concept van de flipped classroom vorm te geven. Dat geldt vooral voor de formele OER. Daarbij gaat het immers om samenhangende gehelen, en niet om losse artefacten die m.i. kenmerkend zijn voor de meer informele OER.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Een reactie