Vanmiddag heeft Robert Schuwer zijn lectorale reden als lector Open Educational Resources (OER) bij Fontys Hogeschool ICT uitgesproken. Gaat het HBO naar een open curriculum? En wat betekent dat voor docenten?
Na een welkomstwoord van directeur Ad Vissers en CvB-er Hans Nederlof mocht Robert zijn intrede-rede uitspreken.
Waarom moet het HBO ‘opener’ worden, en wat betekent dit voor docenten? Dit was de centrale vraag van zijn bijdrage.
Waar gaat het over?
Robert stelde onder meer dat onderwijs open kan zijn in tijd, plaats, tempo, inhoud (flexibel programma), en toegang (geen voorleiding). Daarnaast kan open onderwijs gratis zijn, met het recht om materiaal te hergebruiken. Daarbij haalde hij het framework van Mulder en Janssen aan.
Open educational resources zijn vrij verkrijgbare leermaterialen die de gebruiker onder voorwaarden kan gebruiken (de 5R’s van David Wiley). Deze bronnen kunnen tal van formats hebben. MOOCs zijn cursussen die tenminste gratis zijn, online en waarbij er geen limiet is aan het aantal deelnemers. Er is veel verwarring over de terminologie van MOOCs.
Waarom zijn onderwijsinstellingen bezig met open education?
Robert Schuwer gaf aan dat het aantal aangeboden MOOC’s in 1 jaar tijd met 74% is toegenomen. Initiatieven voor OER bevatten tienduizenden bronnen. Verder ging hij in op een groot aantal argumenten voor OER.
Volgens hem zouden met publieke gelden ontwikkelde middelen principieel vrij beschikbaar moeten zijn. Daarnaast kan onderwijs er goedkoper door worden (meer toegankelijk), kunnen aankomende studenten betere studiekeuzes maken en worden innovatie en kwaliteitsverbetering gestimuleerd. Dit zijn overigens niet de enige redenen die Robert noemde. Hij haalde onder meer ook ervaringen uit een SURF-project aan waaruit een grotere flexibilisering van het onderwijs dankzij open education genoemd werd.
Fontys Hogeschool ICT zou uit onder andere uit efficiëncy-overwegingen OER moeten toepassen en door gebruik van OER sneller het onderwijs te innoveren, en de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren.
Wat zijn vraagstukken en praktische bezwaren?
Robert vergelijkt invoering van OER met een hordenloop. Zo is OER niet altijd goed vindbaar, is de kwaliteit niet duidelijk en is niet duidelijk onder welke voorwaarden OER mag worden gebruikt. Ook heb je te maken met menselijke factoren, zoals het ‘not invented here‘-syndroom.
Hij pleitte ook voor een mix tussen open en ‘closed’ onderwijs.
Hoe kunnen die praktische bezwaren weggenomen?
Robert’s lectoraat wil zich focussen op hergebruik en op het wegnemen van hindernissen die docenten ervaren. Docenten moeten daarbij ‘ontzorgd’ worden. Zo zullen docenten over hulpmiddelen moeten beschikken die hen bijvoorbeeld kunnen ondersteunen bij het aanpakken van juridische kwesties rond OER.
Daar komt bij dat je meer inzicht moet krijgen in hoe OER bij kan dragen aan een betere kwaliteit van het onderwijs. Robert wil daar met zijn lectoraat aan bijdragen. Verder zullen organisatorische maatregelen getroffen moeten worden om OER-gebruik te bevorderen. Welke maatregelen dat zijn, is nog onderwerp van onderzoek van het lectoraat. Tenslotte zal een OER informatiecentrum voor docenten, dat Robert mede gaat oprichten, bijdragen moeten leveren bij het wegnemen van belemmeringen.
Update 13 juni 2015: check ook Robert’s blog post waarin hij onder meer verwijst naar de opname van zijn reden en de publicatie van zijn reden.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
3 reacties