Ontwerp leeractiviteit kan uitval bestrijden

Het ‘learning design’ van massive open online courses is van invloed op de mate waarin lerenden voortijdig stoppen met een MOOC. Deze conclusie kun je m.i. doortrekken naar online leren in het algemeen. Maar welke elementen beïnvloeden de “sticking power”?

Persistence
Foto: symphony of love, Flickr

Donald Clark vat een onderzoek samen waarin de universiteit van Derby beschrijft wat maakt dat lerenden deelname aan een MOOC langer volhouden. Het onderzoek heeft overigens op één MOOC betrekking.

  1. Binnen het ontwerp wordt rekening gehouden met de grote verschillen aan drijfveren van lerenden om deel te nemen aan een MOOC, en met de diverse leerbehoeften. MOOC-deelnemers zijn volwassen, en moeten in staat worden gesteld deelname aan een MOOC te combineren met een drukke baan en -dikwijls- een gezinsleven.
  2. Stel lerenden in staat op een heel flexibele manier te leren, zodat zij heel verschillende routes kunnen kiezen. Maak daarom alle leermaterialen vanaf de start toegankelijk zodat lerenden vanaf het begin in eigen tijd en tempo kunnen leren.
  3. Kies niet voor een lineaire opbouw van -bijvoorbeeld- colleges, maar kies voor een modulaire opbouw waarbij lerenden veel beter naar behoefte kunnen leren. Een alternatief is volgens Clark het gebruik van adaptieve technologie waarbij de leerinhouden worden aangepast op basis van condities en leeractiviteiten door lerenden. Sommige lerenden bestuderen MOOCs in één dag, anderen kiezen selectief, terwijl weer anderen de modules in de bedachte volgorde bestuderen.
  4. Kies voor een kortere doorlooptijd. Of stel deelnemers in elk geval in staat de MOOC in korte tijd af te ronden. Het is aan hen om in korte tijd voor een zware studielast te kiezen. Volgens Clark moeten we ons realiseren dat deelnemers aan MOOC niet studeren zoals campus-studenten dat doen.
  5. Stel mensen in staat om zowel gestructureerd als ongestructureerd te studeren. Lerenden leren vaak intensiever in periodes waarin minder ondersteuning beschikbaar is. Er nemen zowel mensen deel die behoefte hebben aan veel structuur, zoals synchrone sessies, als deelnemers die volledig in eigen tijd en tempo willen leren.
  6. Veel lerenden hebben geen belangstelling voor sociale contacten of lidmaatschap van een groep. Volgens Clark is het een mythe dat sociale participatie een voorwaarde is voor leren. Sociale componenten zijn volgens hem wenselijk, maar niet noodzakelijk.
  7. Zorg er voor dat de leerinhouden zowel inhoudelijk als wat betreft “voice and tone” volwassen zijn. Vermijd dus specifieke leerinhouden zoals promotieonderzoek, maar presenteer belangrijke ontwikkelingen en bevindingen. Deelnemers zijn niet geïnteresseerd in wat jouw universiteit doet, maar in het onderwerp waarover de MOOC gaat.
  8. Kies voor beloningen op deelaspecten (bijvoorbeeld via badges), in plaats van één afrondend certificaat. Als je kijkt naar het aantal badges, dan zie je dat volwassen lerenden vaak kiezen voor het afronden van onderdelen, en niet voor het geheel.

Volgens Donald Clark moet je er dus voor waken dat MOOCs te veel lijken op reguliere universitaire cursussen. Een “certain amount of chaos” is noodzakelijk.

Ik heb ook gemerkt dat het ‘learning design’ van een MOOC van invloed is op de mate waarin lerenden deelname ‘volharden’. De doorlooptijd van een MOOC en het kunnen maken van keuzes zijn waarschijnlijk relevante variabelen. Het is overigens niet eenvoudig om exact te bepalen welke kenmerken van een MOOC van invloed zijn op het volharden.

Veel van Clark’s kenmerken van een MOOC komen ook overeen met wat we weten van online leren van volwassenen. Tegelijkertijd weten we dat veel lerenden moeite hebben met kenmerken als weinig structuur en een hoge mate van flexibiliteit. De Open Universiteit heeft bijvoorbeeld ervaren dat lerenden deze kenmerken erg waarderen, maar dat dit ook leidt tot een gering rendement. Deze manier past dus inderdaad niet goed bij regulier hoger onderwijs, zoals Donald Clark ook bevestigd. Je moet erg intrinsiek gemotiveerd zijn en over veel zelfdiscipline beschikken wil je een reguliere opleiding hoger onderwijs op deze manier af kunnen ronden. Synchroon online leren blijkt bijvoorbeeld erg geschikt te zijn om structuur te bieden.

Aangezien MOOCs wat betreft ontwerp sterk moeten verschillen van regulier hoger onderwijs, zijn ze dus vermoedelijk geen geschikt middel om potentiële studenten aan te trekken. Je wekt namelijk een verkeerd beeld van hoe binnen je instelling online leren wordt gefaciliteerd. Dit is overigens wel een argument voor sommige onderwijsinstellingen om MOOCs aan te bieden.

Donald Clark stapt wat mij betreft wel wat al te gemakkelijk over het belang van ’social presence’ heen. Hoeveel lerenden hebben in het verleden niet het bijltje erbij neergegooid omdat sprake was van ‘eenzaam’ leren? Hij heeft ook weinig oog voor de effectiviteit die samenwerkend leren toch echt kan hebben.

Uiteraard is het ideaal om een online cursus te ontwerpen waarmee je op diverse leervoorkeuren kunt inspelen. Maar dat is geen eenvoudige opgave.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *