Online Educa Debate: Kan kunstmatige intelligentie docenten vervangen? #OEB16

Vanavond ging het Online Educa debat onder leiding van de Britse oud-parlementariër Harold Elletson over de vraag of kunstmatige intelligentie docenten kan en zal vervangen (en dat dit ook zou moeten).

Opmerking vooraf: ik heb verleden jaar van Pedro de Bruyckere begrepen dat de debaters een standpunt krijgen, en hierin geen keuze mogen maken. Mogelijk wijken de stellingnames dus af van de werkelijke standpunten. Harold Elletson benadrukte dit vanavond ook. Maar goed: het gaat om de argumentatie.

Donald Clark en Christoph Benzmüller mochten de stelling verdedigen. Andrew Keen en Nell Watson waren tegen.

Argumenten voor

  • Robots worden nooit ziek, vergeten niet wat ze hebben geleerd, werken 24/7 en werken overal zo lang er sprake is van een internetverbinding.
  • Geloven we dat advocaten en accountants kunnen worden vervangen, maar geen docenten? Kom op. Kunstmatige intelligentie is een internationale technologische trend. Kan het onderwijs daar aan ontsnappen.
  • Er zijn 10 redenen waarom hersenen slechte docenten zijn. Mensen hebben sociale en cognitieve biases, zij vergeten.
  • Mensen hebben technologie ontwikkeld, die oorspronkelijke functies (zoals vliegen) hebben verbeterd.
  • Er zijn zes functies van docenten waar technologie veel beter in  is (zoals informatie vinden en vragen beantwoorden, studenten ondersteunen (feedback geven, wat bijvoorbeeld met de robot als onderwijsassistent gebeurd), vakkennis, cursussen plannen en docenten (een online cursus samenstellen, spaced practice), aanpassen aan de behoeften van lerenden (individuele lerenden in de gaten houden) en beoordelen (o.a. papers beoordelen).
  • AI kan tien dingen die docenten niet kunnen. Bijvoorbeeld: het is neutraal wat betreft geslacht, ras, etc. Het vergeet nooit, het kan automatisch cursussen verbeteren, het wordt alleen maar beter.
  • Het gaat niet om de huidige vormen van kunstmatige intelligentie, maar om de toekomstige toepassingen. Die worden steeds krachtiger (leren door te doen, etc).
  • Kunstmatige intelligentie zal banen vernietigen, maar dat is een politiek probleem. Weerstand is nutteloos.
  • Dankzij kunstmatige intelligentie houden ouders tijd over die zij kunnen besteden aan de mentorrol. Waarom is dat een rol voor docenten? Die rol hoeft een docent dan niet meer te vervullen.
  • Ondanks alle bezwaren en beperkingen, zal kunstmatige intelligentie zeer snel worden doorontwikkeld. Kunstmatige intelligentie kan nu al het onderwijs versterken, en bovendien is deze 24/7 beschikbaar.
  • Je kunt kunstmatige intelligentie gemakkelijker aanpassen dan dat docenten veranderen.
  • Kunstmatige intelligentie kan argumentatie beoordelen, ook formatief. Dat scheelt docenten veel werk, en is objectief. Je houdt dan tijd over voor mentoring. Metacognitie: dat zal nog even duren, maar is gezien de snelle ontwikkelingen is het niet ondenkbaar.
  • Het is een kwestie van tijd dat kunstmatige intelligentie menselijke eigenschappen kan hebben, die we nu nog niet voor ogen houden.
  • Kunnen de niet zo goede docenten ook niet vervangen worden?
  • Onderwijs zou meer toegankelijk, goedkoper en aantrekkelijker moeten worden. Beschouw deze ontwikkeling als een ‘wake up-call’ voor ander onderwijs.

Argumenten tegen

  • Kunstmatige intelligentie heeft een enorme potentie. Machines kunnen prima coaches zijn, wellicht beter dan mensen. Het is echter niet realistisch dat zij ooit de rol van mentor kunnen vervullen. En die rol staat centraal in de relatie tussen docenten en lerenden.
  • De rol van mentor is een holistische rol. Machines zijn niet in staat om op een holistische manier naar lerenden te kijken.
  • Docenten zijn te vergelijken als tuinmannen, niet als fabrieksarbeiders. De menselijke cognitie is heel divers. Mensen denken heel divers, interpreteren verschillend. Ons brein bestaat uit tal van pakketjes. Mensen kunnen strategieën bedenken en rekening houden met anderen, wat anderen bezighoudt. Docenten houden zich bezig met ingewikkelde vragen over hoe lerenden leren.
  • Machines geven vaak verkeerde antwoorden. Ze houden geen rekening met hoe mensen tot antwoorden komen.
  • Op algoritme gebaseerde biases bestaan wel degelijk. Deze biases zijn vaak gebaseerd op voordelen. je krijgt dan technologie-gedreven sociale problemen. Er wordt overigens wel aan gewerkt dat kunstmatige intelligentie vrij wordt van biases. Maar algoritmes zijn lang niet altijd transparant.
  • Docenten stellen lerenden in staat na te denken over keuzes ten aanzien van ‘waarom’. Dat zijn vragen die een machine niet kan beantwoorden.
  • We vinden kunstmatige intelligentie belangrijk, en docenten belangrijk. Maar weten we wel waar we het over hebben? Ze werken samen. Onze tegenstanders hanteren een een simplistische logica. Zij gaan uit van een karikaturaal beeld van onderwijs. Machines kunnen onderwijs verzorgen zoals dat in het industriële tijdperk gebruikelijk was. Maar onderwijs gaat ook over ‘mens worden’ .
  • Computers hebben geen doelen, ze hebben geen logica van zichzelf, geen autonomie of ‘agency’. Mensen moeten gaan doen wat computers niet kunnen doen.
  • Docenten zijn in staat om echt vragen te stellen. Daar gaat het om. Niet om informatie te geven. Docenten kunnen geen humor gebruiken om mensen te overtuigen.
  • CEO’s van ICT bedrijven sturen hun kinderen naar Waldorf-scholen waar geen technologie wordt gebruikt.
  • Je kunt de mentorrol niet scheiden van de inhoudelijke rol.
  • Gebruik kunstmatige intelligentie om het onderwijs te versterken, om docenten te attenderen op lerenden die achterlopen. Maar niet om docenten te vervangen.

De meerderheid van de zaal stemde tegen  de stelling.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *