Vandaag zijn de Onderwijsdagen van start gegaan. Sander Breur van de LSVB ging met Wim Liebrand van Surf tijdens de opening in op de digital natives (helaas), en op de betekenis daarvan voor het onderwijs. Bijvoorbeeld dat je Layar kunt gebruiken om te zien waar je collegezaal is. Ook ging men in op de moeizame adoptie van technologie door docenten. Verbeterpunten: probeer niet alles te centraliseren als het gaat om ICT. Niet elke opleiding heeft dezelfde behoefte. Sander gaf terecht aan dat je je moet realiseren dat social media er niet alleen is om te zenden. Anderen moeten er ook wat aan hebben.
Daarna was het de beurt aan Curtis Johnson. Johnson is één van de auteurs van het zeer inspirerende boek Disruptive class. De belangrijkste vooronderstelling van dit boek is dat nieuwe technologie, die ontwrichtend is voor andere branches, nu het onderwijs bereikt. Dat werkt verontrustend, maar biedt ook veel kansen voor het onderwijs.
In elk ontwikkeld land 'verliezen' wij ongeveer de helft van de kinderen. De huidige kennissamenleving kan dat niet hebben. "We cannot continue to lose..", gaf Johnson aan. Ontwrichtende technologie kan daarbij helpen. Bijvoorbeeld omdat je met behulp van deze technologie kinderen kunt bereiken die nu uitvallen (o.a. intelligente leerlingen die zich nu vervelen).
Johnson ging in op het fenomeen disruptive innovation. Bijvoorbeeld op de gevolgen van digitale fotografie.
Ontwrichtende innovaties kenmerken zich volgens de spreker door een vast ontwikkelingsproces:
- De eerste producten zijn kwalitatief niet goed.
- De tweede generatie neemt de organisatie over.
- Ontwrichtende innovaties halen schakels uit de waardeketen (denk aan het reisbureau). Disintermediation, noemt Johnson dit.
Het 'oude' krijgt vaak een ander doel (paard niet meer als vervoersmiddel, maar voor vermaak).
Is het onderwijs vergelijkbaar te maken met industrieën die te maken hebben met ontwrichtende innovaties? Zeker, ook al is het onderwijs verschillend. Het operating model is sterk verouderd. Rijp voor ontwrichting. Veel kennis is bijvoorbeeld alom tegenwoordig. Er is geen sprake van een performance probleem, maar van een motivatieprobleem. Johnson verzette zich ook tegen de vergaande standaardisering van het onderwijs, daar waar radicale personalisering noodzakelijk is.
E-learning heeft zich volgens Johnson zo sterk ontwikkeld, dat het zich kwalitatief kan meten met 'gewoon' onderwijs. Maar is het aandeel niet heel klein? Via de S-curve liet Johnson dat dit een kwestie van tijd is. In 2018 zou zelfs de meerderheid van het leren online plaats vinden.
Als gevolg van deze ontwikkeling zal de aard van scholen sterk veranderen. Johnson adviseerde de aanwezigen zich niet te verzetten tegen deze ontwikkeling, maar mee te doen. Daarbij is het belangrijk dat je je bevindt in een aparte omgeving, met radicale autonomie (zie de parallel met De broedfactor van Peter Camp).
Eén van de vragen was: gaat het hele onderwijs op z'n kop, en verliezen we daarmee niet de lerenden die we nu wel bereiken? Curtis Johnson gaf aan dat degene die nu succesvol leren, dat zouden moeten blijven kunnen doen. Hij pleitte voor differentiatie, ook wat betreft de manieren van leren.
Johnson gaf wat mij betreft een mooi, kernachtige samenvatting van zijn zeer relevante boek.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie