“Wijze lessen. Twaalf bouwstenen voor effectieve didactiek” van Tim Surma cs is een groot succes. De relatie met leertechnologie kan deze bouwstenen echter verder versterken. In een aantal blogposts beschrijf ik daarom hoe je leertechnologie kunt gebruiken in het kader van deze bouwstenen. Vandaag bouwsteen 7: ondersteun lerenden bij moeilijke opdrachten met behulp van leertechnologie (Wijze Lessen).
Over deze bouwsteen schrijven de auteurs:
Leerlingen begeleiden is een belangrijk kenmerk van goed les geven. Wanneer leerlingen opdrachten nog niet zelfstandig aan kunnen, is tijdelijke, individuele en aanpasbare steun van de leraar noodzakelijk. Dat proces wordt ook wel ‘scaffolding’ genoemd. Naarmate de leerling bekwamer wordt, vermindert de ondersteuning van de leraar.
Deze bouwsteen gaat over het begeleiden van lerenden in het maken van opdrachten. Deze stap volgt op de eerste vier bouwstenen die gericht zijn op het presenteren van nieuwe leerstof. Nu gaat het erom dat lerenden worden ondersteund in het zelfstandig kunnen uitvoeren van opdrachten. Daarbij ondersteun je lerenden eerst intensief, maar bouw je daarna de begeleiding geleidelijk af (‘scaffolding’). Je blijft lerenden wel monitoren.
De auteurs geven ook voorbeelden van ‘scaffolds’. Zoals geheugensteuntjes in de vorm van vragen (‘Wat moest je eerst doen bij het oplossen van vraagstuk X?)’, hints, stappenplannen aanbieden, checklists geven of uitgewerkte voorbeelden aanbieden. Sociale interactie speelt hierbij ook een belangrijke rol.
Hoe kun je dit met leertechnologie faciliteren?
- Educatieve content kan ‘scaffolds’ bevatten (zoals de genoemde vragen, hints, stappenplannen, etc). Daarbij kunnen lerenden er dikwijls zelf voor kiezen of zij deze ‘scaffolds’ -in de vorm van tekst, animaties, afbeeldingen, video of geluid- nodig hebben. Onderstaande afbeelding is afkomstig uit een online cursus van de Open Universiteit over ‘Blended learning als onderwijsinnovatie‘. In een opdracht wordt aangegeven wat van een deelnemer wordt verwacht. Door op > voor ‘Behoefte aan een voorbeeld?’ te klikken, kan de deelnemer een illustratie hiervan opvragen (in de vorm van een tekst en video).
Je kunt als docent van een cursus dergelijke ‘scaffolds’ vrij eenvoudig binnen je content toevoegen (in dit geval via een ‘accordeonfunctionaliteit’). - Chatbots kunnen ook gebruikt worden om lerenden vragen te stellen en hints te geven. Lerenden beslissen of zij de conversatie aangaan met chatbots. Ik heb hier meerdere keren over geblogd. Zie bijvoorbeeld: De toegevoegde waarde van chatbots voor leren, opleiden en onderwijs.
- De meeste leertechnologieën bevatten functionaliteiten waarmee een begeleider lerenden individueel en groepsgewijs kan monitoren. Een voorwaarde is wel dat lerenden hierbij online leeractiviteiten uitvoeren. Daar komt bij dat instellingen steeds vaker over tools voor learning analytics beschikken die meer rijke inzichten in de voortgang bieden.
- Er is ook een ontwikkeling gaande waardoor je face-to-face leeractiviteiten online kunt registreren in een zogenaamde ‘learning record store’ (dankzij xAPI). Als begeleider kun je hier analyses van maken. Verder biedt ook een digitaal portfolio docenten de mogelijkheid om zicht te krijgen op de ontwikkeling van een lerende. Een snel inzicht in de ontwikkeling van de lerende vereist wel een meer uniforme structuur.
- Zeker als het gaat om begeleiding, geven de meeste mensen de voorkeur aan face-to-face interactie. Leertechnologie kan echter ook worden ingezet om sociale interactie mogelijk te maken. Daarvoor beschikken we over synchrone en asynchrone tools. Je kunt bijvoorbeeld via toepassingen als BlueJeans online vragenuren organiseren, tussen bijeenkomsten door. Maar je kunt vragen ook via messaging beantwoorden. Waak er daarbij wel voor dat je lerenden niet juist meer intensief gaat begeleiden. Omdat de tools zeer laagdrempelig zijn, en het mogelijk maken om 24/7 te interacteren.
Online interactie kan ook voordelen hebben boven face-to-face interactie. Je hebt bijvoorbeeld bij asynchroon communiceren meer gelegenheid om na te denken over de bijdragen die je wilt leveren. Daarnaast kunnen non-verbale signalen ook afleidend werken. Daarnaast kom je vaak sneller to the point.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie