Moeten we meer humor bij (online en blended) leren gebruiken?

Humor trekt aandacht, houdt de aandacht vast en roept positieve gevoelens op. Waarom gebruiken we humor daarom niet vaker bij het ontwerpen van leerervaringen?

Die vraag probeert Connie Malamed te beantwoorden in Does Humor Enhance Learning? Zij stelt dat humor uiteraard niet altijd gepast is. Sommige onderwerpen lenen zich er niet voor. Ook kan humor afleiden. Daarnaast is humor vaak cultuurgebonden.

Een correct gebruik van humor kan echter de cohesie binnen een groep verbeteren. Door te lachen komen ook endorfines vrij waardoor binding bevorderd wordt. Spanningen worden door humor eveneens gereduceerd. We vinden dingen grappig als we ze niet verwachten. Denk ook aan de Plakfactor.

Positieve humor kan -in tegenstelling tot negatieve of denigrerende humor- positief van invloed zijn op leren. Malamed heeft verschillende onderzoeksartikelen bestudeerd, en formuleert op basis daarvan de volgende bevindingen:

  • Humor creëert een positieve, plezierige en motiverende leeromgeving. Daardoor kan de angst om moeilijke vakken te bestuderen worden verminderd. Lerenden voelen zich meer op hun gemak om te interacteren met anderen (online en offline). Als je humor echter te vaak toepast, nemen lerenden het onderwerp niet serieus.
  • Humor verhoogt de aandacht en interesse. Dankzij humor kan een onoplettende lerende veranderen in een matig oplettende lerenden. Dit kan de leerprestaties ten goede komen.
  • Humor kan de relatie tussen docent en lerende versterken. De psychologische afstand tussen docent en lerende verkleint hierdoor. De docent is meer benaderbaar waardoor de interacties leiden tot een meer betekenisvolle relatie tussen lerenden en docent.
  • Humor kan ertoe bijdragen dat lerenden zich het geleerde beter herinneren. Humor kan ertoe bijdragen dat lerenden informatie beter kunnen ophalen. Je onthoudt beter. Daarbij moet je wel aan een aantal criteria voldoen (zoals relevant, niet te vaak, grappen als illustratie, humoristisch geformuleerde toetsvragen).
  • Humor bevordert divergerende denkvaardigheden. Dit is vooral belangrijk voor creativiteit.

Connie Malamed formuleert tenslotte ook enkele richtlijnen voor het gebruik van humor bij leren.

  • Zorg ervoor dat lerenden je humor goed begrijpen. Als humor wordt begrepen, verhoogt het de aandacht. Als humor leidt tot verwarring, dan bevordert dit het leren niet.
  • Denk goed na over waar je humor gebruikt, bijvoorbeeld aan het begin of juist einde van een online module.
  • Als je doel is lerenden te interesseren en te motiveren, dan kun je humor het beste aan het begin of einde van een leerervaring gebruiken. Maar niet bij de kern van de instructie. Als het doel is dat lerenden iets beter onthouden, dan kun je humor meer aaneengesloten gebruiken.
  • Denk na over hoe je met humor leerdoelen kunt helpen bereiken. Welke doelen wil je met humor bereiken? Wat voor type humor draagt bij aan die doelen (satire, ironie, etc). Voorkom dat humor niet overheerst of afleidt van de boodschap. Houd je doelgroep voor ogen, ook als het gaat om het gebruik van humor.

Mijn opmerkingen
Bij de ontwikkeling van online modules kun je goed nadenken over humor. Je kunt bijvoorbeeld humoristische illustraties laten ontwikkelen. Bij face-to-face leeractiviteiten moet je humor alleen inzetten als het bij je past. Goede humor is best moeilijk.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Een reactie

  1. Humor is een lastig gebied. Je begeeft je op glad ijs en de opmerkingen die aanhaalt zijn volkomen terecht. Ik wil er nog een paar details aan toevoegen.
    Humor in geschreven taal is extra lastig omdat je zowel de interactie als de intonatie mist. En sommige opmerkigen zijn in wisselende contexten, serieus, grappig of beledigend.

    INTERACTIE. Cabaretiers testen niet voor niets hun grappen uit in try-outvoorstellingen. Wat er op papier geweldig uitziet, gaat in de zaal in doodse stilte voorbij en een terloops geplaatste opmerking blijkt een dijenkletser te zijn. Dat kan per avond verschillen.
    En de grappige opmerkingen in de les van een collega klinken uit mijn mond helemaal niet zo leuk…

    INTONATIE. Een eenvoudig zinnetje ter illustratie: ‘Jij bent gek!’
    Op elk van de drie woorden kun je de klemtoon leggen en daarmee verschilt de betekenis. Afhankelijk van de toon kan de zin zowel als feitelijke contatering of vraag worden uitgelegd. En de ironie (bijvoorbeeld in de context: al te goed is buurmans gek) komt in die zin al helemaal niet over.

    In mijn e-learninglessen beperk ik me over het algemeen tot een enkele cartoon. Meestal is dat een veilige vorm van (illustratieve) humor.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *