Deze vraag krijg ik regelmatig tijdens (online) workshops die ik sinds het begin van de coronacrisis met grote regelmaat geef. Ik heb hier niet eerder over geblogd. Zac Woolfitt van Hogeschool InHolland wel. Hij geeft verschillende argumenten. In zijn advies kan ik me prima vinden.
Zac opent zijn blogpost Camera on? Camera off? met een herkenbaar beeld. Je start als docent een live online sessie, maar je ziet nauwelijks deelnemers in beeld. Je staart naar een beeldscherm met icoontjes. Ook is er nauwelijks geluid.
Your challenge is to pour enthusiasm into the little black hole of your lap-top camera lens and try to engage with your students during the lesson. How can you engage with student’s when you can’t see them? It is as if every student in the classroom is wearing a paper bag over their head. Or are listening in from outside the classroom, while you teach away to a room of empty chairs.
Als je lerenden vraagt de camera aan te zetten, dan is een aantal hiertoe bereid. Vervolgens zie je o.a. dat men nog gekleed is in een pyjama, of dat men in de tuin een sigaret is aan het roken tijdens de sessie.
Zac benoemt in zijn bijdrage een verschillende argumenten voor en tegen het verplicht aanzetten van een camera door lerenden.
Voor
- Het onderwijs wordt al snel eenrichtingsverkeer. Je ziet niet hoe lerenden reageren.
- Je bent wellicht ook meer geneigd te richten op lerenden die wel in beeld zijn. Dat kan de ongelijkheid bevorderen.
- ‘Social presence’ is belangrijk voor online leren. Elkaar kunnen zien helpt bij het bevorderen van ‘social presence’ (het ontwikkelen van een relatie met lerenden). Ik heb ooit in een blogpost van Ashwin Brouwer gelezen dat Microsoft de ‘Together mode’ heeft ontworpen omdat onderzoek zou aantonen dat dit leidt tot een betere beleving.
Tegen
- Lerenden kunnen legitieme redenen hebben waarom zij hun camera niet aan willen zetten. Zij worden gefilmd in een privésituatie waar zij anderen niet in willen toelaten (privacy). Of zij kunnen het zeer onplezierig vinden als zij de hele tijd in beeld zijn (dat speelt bijvoorbeeld vaak bij lerenden met een autisme spectrum stoornis), of als sessies worden opgenomen.
- Lerenden kunnen een verplichting makkelijk omzeilen door aan te geven dat de camera van de computer defect is. Wel kun je hen dan vragen deel te nemen met hun smartphone.
- Hoe goed zie je lerenden als zij allemaal in beeld zijn? Zij zijn maar heel klein in beeld. Vooral als je ook nog een presentatie verzorgt. Wat voegt dit toe?
- Als je lerenden via een beeldscherm ziet kan dit ook afleiden. In een klas kijk je lerenden ook echt aan, maak je echt oogcontact. In een live online sessie kijk je naar de camera, niet naar de lerenden. Je maakt geen oogcontact.
- Je kunt ook afgeleid worden door je eigen gezicht. Binnen een applicatie als Zoom kun je trouwens instellen dat je je eigen gezicht niet ziet, terwijl anderen jou wel kunnen zien.
- Je kunt ‘social presence’ ook op andere manieren bevorderen, dan door elkaar te zien. Bijvoorbeeld via betekenisvolle interacties.
Dus?
Zac Woolfitt stelt dat we niet moeten proberen face-to-face interactie online opnieuw te creëren. Je kunt bijvoorbeeld geen lerenden vooraan laten zitten als je merkt dat zij snel afgeleid zijn. Lerenden moeten dus ook zelf meer doen om geconcentreerd deel te nemen. Als docent kun je wel interacties op gang brengen, via de chat of door lerenden individueel en onverwacht vragen te stellen.
Zac verplicht lerenden niet om de camera aan te zetten bij live online sessies. Er zijn wel situaties waarin hij lerenden vraagt de camera aan te zetten. Dat doet hij als hij werkt met kleine groepen. Hij communiceert deze verwachting vooraf. Hij kondigt ook aan als hij een break out room bezoekt. Verder doet hij er niet moeilijk over als lerenden hun camera ook dan niet aanzetten:
The students need to be comfortable and feel safe. I can still interact via audio or chat.
Als lerenden zelf een presentatie verzorgen, dan verwacht hij wel dat zij de camera aanzetten. Als een gastspreker deelneemt, dan vraagt Zac de studenten de camera aan te zetten als zij een vraag stellen. In situaties waarin sprake is van veel vertrouwen en een hoge mate van intrinsieke motivatie, zijn lerenden eerder geneigd de camera aan te zetten.
Zac benadrukt ook dat synchrone online sessies vooral gericht zouden moeten zijn op het werken aan opdrachten en interacties. Voor inleidingen kun je ook korte online video’s gebruiken. Zac concludeert:
Back in March I started out by asking and expecting all students to turn their cameras on. Now my approach is more nuanced and flexible. Based on the teaching circumstances, the size of the group and goals of the lesson.
Mijn reactie
Ik ben het eens met deze benadering. Als veel lerenden deelnemen aan een live online sessie dan heeft het aanzetten van de camera m.i. weinig toegevoegde waarde. Lerenden kunnen bij live online sessies ook prima andere dingen doen als zij de camera aan hebben.
Samenvattend:
- De leersituatie, de groepsgrootte en de doelen zijn van invloed op de vraag of het wenselijk is dat lerenden de camera aanzetten.
- Communiceer in welke situaties je het wel wenselijk vindt dat zij de camera aanzetten, en waarom. Bij een omvangrijke sessie kon je bijvoorbeeld bij de start de camera aanhebben, als begroeting. Daarna kan deze uit. Zie verder wat Zac hierover schrijft.
- Realiseer je dat lerenden gegronde redenen kunnen hebben om de camera uit te zetten. Het is belangrijker dat zij zich op hun gemak voelen dan dat zij de camera aan hebben.
- Bespreek met hen individueel wat maakt dat zij de camera niet aan willen zetten, als dat wel zeer gewenst is.
- Wij lerenden op de mogelijkheid om hun achtergrond te ‘blurren’. Binnen veel applicaties is dit mogelijk. Daarmee kun je je privacy afschermen.
- Benadruk dat het belangrijk is dat zij bij live online sessies een ‘leerhouding’ aannemen. Dus: ‘normaal’ gekleed en rechtop achter een computer zitten. Geef daarbij ook zelf het goede voorbeeld.
- Bevorder ‘social presence’ door het uitvoeren van activiteiten die leiden tot meer betrokkenheid.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie