Rond 2005 heb ik me -onder meer in het kader van een Europees project- intensief bezig gehouden met technologie-ondersteund samenwerkend leren (computer-supported collaborative learning; CSCL). Gisteravond heb ik dan ook met bijzonder veel belangstelling Pedro’s blogpost A meta-analysis on computer-supported collaborative learning (Best Evidence in Brief) gelezen. Deze bijdrage over een recente meta-studie van Juanjuan Chen Minhong Wang, Paul Kirschner en Chin-Chung Tsai wijst op verschillende positieve effecten van CSCL. Daarmee roept deze studie ook vragen bij mij op.
CSCL is bij mijn weten namelijk niet altijd effectief. Als je bijvoorbeeld over weinig kennis beschikt, kun je beter voor een andere aanpak kiezen. Daarnaast is de kwaliteit van de taak bij mijn weten een belangrijke factor die van invloed is op de kwaliteit van CSCL en is ook de te kiezen groepsgrootte mede afhankelijk van het doel dat je met CSCL wilt bereiken. Zie bijvoorbeeld Omgevingen voor computer ondersteund samenwerkend leren: Samen, samen leren en samenwerken (pdf).
Daarom heb ik de 45-pagina tellende meta-analyse zelf bestudeerd (helaas niet openbaar toegankelijk).
CSCL?
Er is sprake van samenwerkend leren als twee of meer lerenden samen leren om een gemeenschappelijk doel te bereiken of een taak op te lossen, meestal door middel van ‘peer directed‘ interacties. Lerenden nemen dan actief deel aan groepsleren, terwijl docenten meestal fungeren als facilitatoren. Bij CSCL worden informatie en communicatietechnologieën (ICT) gebruikt ter ondersteuning van samenwerkend leren, met name voor het mogelijk maken van groepsleren, kennisdeling en co-constructie.
Bij CSCL kun je verschillende leeractiviteiten, strategieën en leertechnologieën toepassen. Bij onderzoek naar CSCL wordt dikwijls gekeken naar de mate waarin individuele lerenden kennis verwerven, vaardigheden ontwikkelen, groepstaken uitvoeren en met elkaar interacteren.
Meta-studies
Juanjuan Chen cs hebben een uitgebreide meta-analyse uitgevoerd. Ze beschrijven onder meer hoe zij een groot aantal wetenschappelijke artikelen over CSCL hebben verzameld en op basis van selectiecriteria een keuze hebben gemaakt (425 artikelen). Een voorwaarde was o.a. dat sprake was van experimentele en controle-condities. Zij hebben vooral gekeken naar effectgroottes (ES). Een ES van 0.20 tot en met 0.49 is gering, een ES van 0.50 tot en met 0.79 is gemiddeld en een ES van 0.80 of hoger is groot.
De onderzoekers geven ook aan dat eerdere meta-studies -bijvoorbeeld van Lou- kleine effectgroottes van CSCL laten zien.
Juanjuan Chen cs hebben gekeken naar de effecten van samenwerkend leren, de effecten van het gebruik van een computer en het gebruik van extra leertechnologieën of ondersteunende strategieën (zoals het faciliteren door een docent) op:
- kennis ontwikkeling van individuen,
- de ontwikkeling van vaardigheden van individuen,
- de perceptie van individuen (o.a. tevredenheid en engagement),
- prestaties van de groep ten aanzien van de taak
- en sociale interactie (o.a. taak- en niet-taakgebonden).
Ze hebben ook gekeken naar beïnvloedende factoren zoals onderwijsniveau, onderwerp en doorlooptijd.
Positieve resultaten, geen wondermiddel
Zoals Pedro al schrijft zijn de effecten van CSCL op de diverse aspecten positief te noemen. In het artikel concluderen de onderzoekers onder meer:
Empirical studies examine the effects of CSCL in multiple measures concerning individual knowledge gains, individual skill acquisition, individual perceptions, group task performance, and social interaction. Based on the results of 425 empirical studies, all three elements have produced favorable effects. (…) Significant difference existed across different learning environments, tools, and strategies. Among them, Group Awareness Tools, Visual Representation Tools, and collaboration scripts appeared to be especially promising.
Zij geven aan dat we met name moeten kijken naar de wijze waarop we extra technologieën en strategieën kunnen inzetten om de effectiviteit van CSCL te versterken, en ook om uitdagingen zoals oppervlakkige interactie of een onvoldoende gevoel van collectieve verantwoordelijkheid het hoofd te bieden. CSCL is volgens hen geen wondermiddel voor al het leren. Je hebt activiteiten gericht op samenwerking nodig, evenals ondersteunende leertechnologie, extra leertools en strategieën (zoals ‘collaboration scripts‘) om CSCL met succes vorm te geven.
De auteurs van de meta-studie wijzen er overigens ook op dat in de betreffende studies er niet altijd rekening gehouden is met aanwezige voorkennis van respondenten en dat taken niet altijd zorgvuldig waren ontworpen, terwijl passende taken -bijvoorbeeld wat betreft complexiteit- wel belangrijk zijn.
Mogelijke verklaringen voor de veel positievere resultaten, in vergelijking met eerdere meta-studies, zijn
- Lerenden zijn nu meer vertrouwd met werken met ICT.
- Leertechnologieën zijn nu krachtiger (er wordt ook aanbevolen om meerdere leertechnologieën in onderlinge samenhang in te zetten).
Ik lees verder niets over de relatie met groepsgroottes en over de relevantie van CSCL voor lerenden met weinig kennis. Je zou bij CSCL wel rekening moeten houden met de voorkennis, schrijven Juanjuan Chen cs.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie