Leert de Nederlander liever online dan klassikaal?

“If we built it, will they come?” Deze vraag werd rond de eeuwwisseling regelmatig gesteld. De vragensteller twijfelde dan of lerenden wel online wilden leren. Inmiddels zou er geen reden meer zijn om te twijfelen. Als we het onderzoek van Markteffect mogen geloven, dat vandaag is gepubliceerd.  Maar is dat echt zo?

Marktonderzoeker Markteffect ondervroeg in opdracht van e-learning bedrijf GoodHabitz ruim duizend Nederlanders in de leeftijd van 25 t/m 55 jaar met een diploma. Ik heb de tien pagina’s tellende monitor vanavond bestudeerd.

Enkele opvallende conclusies:

• 80% van de respondenten blijkt leren in het algemeen (zeer) belangrijk te vinden. Carriere maken en een ruim inkomen scoren lager.
• Respondenten van 25 tot 35 jaar en van 35 tot 45 jaar vinden leren in het algemeen vaker belangrijk dan oudere respondenten.
• Bijna 4 op de 5 respondenten wil leren voor het verbeteren van eigen kennis en vaardigheden. Leren uit carriereperspectief is minder belangrijk.
• We zouden klassikaal leren beu zijn, terwijl online leren en blended learning steeds populairder worden. Ik licht dadelijk toe waarom je deze conclusie m.i. op basis van dit onderzoek niet kunt trekken.
• 83% van de respondenten is het eens met de stelling ‘ik ben zelf verantwoordelijk voor mijn leertraject’. Ruim 69% van de respondenten zegt vooral in eigen tijd te leren. Tweeëndertig procent van de ondervraagden meent dat de werkgever de kosten voor het leren moet betalen.

GoodHabitz concludeert op basis van dit onderzoek dat online leren de toekomst heeft, en het traditionele klassikale leren snel naar de achtergrond zal verdrijven. De kop van hun persbericht luidt zelfs: “Nederlander leert liever online dan klassikaal”. Verder stelt men dat Markteffect de respondenten gevraagd heeft naar hun leergedrag.

GoodHabitz geeft m.i. hiermee een te optimistische draai aan dit onderzoek:

• Markteffect heeft niet gevraagd naar leergedrag, maar naar opvattingen over leren. Als je je wat verdiept in onderzoek weet je dat er een groot verschil kan zijn tussen opvattingen en gedrag. Het onderzoeken van gedrag is ook veel complexer.
• Markteffect heeft respondenten gevraagd hoe men in het verleden heeft geleerd, wat zij nu de prettigste leermethode vinden en welke manieren van leren de toekomst hebben. Dat zijn drie verschillende vragen die je niet op één hoop kunt vegen (gedrag of herinnering, opvatting, opvatting)!
• De termen ‘verleden’ en ‘toekomst’ zijn niet nader gespecificeerd.
• De oudere generatie kon ‘vroeger’ uiteraard niet online leren.
• Gezien de grotere diversiteit aan ‘typen leren’ is het niet verbazingwekkend dat het aandeel puur klassikaal leren ten opzichte van het verleden -wat dat ook moge zijn- zal afnemen. Bovendien klagen volwassenen al vele jaren over klassikaal leren (ik kan me een Intermediair-artikel uit 1999 herinneren).

37% van de ondervraagden zegt nu online te leren, 33% zegt nu via blended learning te leren. Dit vind ik zelf de meest interessante constatering. Het eerste cijfer vind ik hoog, het tweede cijfer valt me wat tegen. Dat kan echter ook liggen aan de gehanteerde definitie of aan de perceptie van de ondervraagden van blended learning.
Ik hoop dat Markteffect elk jaar een representatieve groep zal ondervragen naar de huidige manier van leren. Pas dan zul je een trend kunnen waarnemen.

Zelf twijfel ik niet aan een gestaag groeiende populariteit van online en blended learning. In mijn boek baseer ik me daarbij voornamelijk op Brits en Amerikaans onderzoek (bij gebrek aan Nederlands onderzoek). Volwassenen zijn ook steeds meer gewend om internettechnologie voor tal van doeleinden te gebruiken.  Vermoedelijk ook voor leren. Bovendien zie je dat internettechnologie grote invloed heeft op tal van branches. Post-initiële opleidingen blijven echt niet achter.