Leerobjecten

Deze week heb ik de presentatie bijgewoond van de lectoren van de Educatieve faculteit van de Hogeschool Arnhem-Nijmegen. Mijn oud-collega Marijke Kral is hier aangesteld als lector "Leren met ICT".
De middag bestond uit korte presentaties en twee workshoprondes.
De eerste sessie, die ik bijwoonde, ging over het gebruik van video bij intervisie van leraren in opleiding. Lessituaties worden gefilmd. Filmfragmenten kunnen dan tijdens intervisiegesprek worden gebruikt voor de analyse. Daarnaast kan het intervisiegesprek ook worden gefilmd om na te gaan wat goed en fout ging in het intervisiegesprek. Het voordeel van een digitale videocamera, boven een gewone videocamera, is het gemak. Je hebt minder apparatuur nodig en je kunt veel sneller fragmenten bekijken, bijvoorbeeld via een laptop, PDA of tablet PC. Ook kun je fragmenten later bewerken voor je digitaal portfolio (hoewel dat nog niet gebeurde). Het viel me wel op dat een onervaren filmer (dat was ik in dit geval) minder oog had voor de inhoud van het gesprek. Ik was vooral bezig met het apparaat. Waarschijnlijk is dat een kwestie van wennen.
In de tweede sessie stonden leerobjecten centraal. Na een presentatie over leerobjecten en het werken met een leerobject, vond discussie plaats.
Het viel me op dat aanwezigen optimistisch waren over het terugkunnen vinden van leerobjecten in kennisbanken. Een aantal globale categorieën zou voldoende zijn. Dus ook een beperkte hoeveelheid metadata.
Ik vraag me dat af. Als je maar een beperkte hoeveelheid leerobjecten hebt, kun je volstaan met enkele categorieën. Maar als je veel leerobjecten hebt, dan zul je op een verfijnde manier moeten zoeken. Je zult dan veel metadata moeten invullen. En dat kost tijd. Het is een illusie om te denken dat "iemand" dat voor je doet. Je zult dat als docent zelf moeten doen. En gezien de klachten over werkdruk zie ik de bui dan al hangen. Bovendien zullen docenten zich moeten houden aan de zelfde taal. Bovendien zijn bepaalde keuzes (denk aan doelgroep) arbitrair. Al met al zal het lastig zijn om als docent leerobjecten te ontwikkelen, ontsluiten en terug te vinden.
Bovendien: gaan we niet toe naar onderwijs waarin deelnemers zelf leerobjecten gaan zoeken (en ontwikkelen)? Zij moeten dan ook om kunnen gaan met metadata.
Al met al ben ik redelijk sceptisch over een effectieve toepassing van leerobjecten.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

5 reacties

  1. Hallo Wilfred,
    Misschien ken je me nog? Ik zat in dezelfde workshops, waarvan in de laatste met jou en mijn collega Marion achter dezelfde PC.
    Ik wilde graag even reageren op jouw stelling, dat niemand de metadata voor de docent invoert. Ik ben zelf moderator van de HAN kennisbank voor ICT&Onderwijs. Wanneer anderen een kennisbijdrage aanleveren, voeg ik als moderator de trefwoorden (metadata) toe. Van tevoren is het hele domein van de site in een boomstructuur van trefwoorden uitgewerkt. In de zoekfunctie zit de mogelijkheid om direct op deze voorgedefinieerde trefwoorden te zoeken. Mijn taak als moderator is dus om ervoor zorg te dragen, dat opgeslagen kennis weer vindbaar is. Een kennisbijdrage is niet hetzelfde als een learning object, maar zou het moderatorschap niet ook bij learning objects kunnen worden toegepast?
    Daarnaast deel ik jouw mening, dat je je onderwijs zodanig moet inrichten, dat studenten zelf de nieuwe kennis produceren en publiceren, eerst via het digitaal portfolio, de beste producten op het kennisportaal van de opleiding. E-learning plaza (staat bij jouw links) is daarvan een mooi voorbeeld. Alle kennis wordt ontwikkeld door studenten van de e-learning opleiding van Citowoz. Alleen de beste bijdragen worden geplaatst. Studenten besluiten hier zelf over. http://www.onderwijsplein-anton.nl/ is een ander voorbeeld.
    Wel tegenstrijdig, dat ik beide opties verdedig: aanleveren van kennis door de expert en aanleveren van kennis door de expert-in-spe. Zou er misschien een plekje zijn voor de twee alternatieven naast elkaar?
    Groetjes,
    Ageeth

  2. Dag Ageeth,
    Natuurlijk kunnen beide mogelijkheden naast elkaar bestaan.
    Ik vind het boeiend om te zien dat jij als moderator van een kennisbank tot taak hebt om metadata toe te voegen. Gebeurt dat nog op meer plaatsen? Welke expertise hebben moderatoren daarvoor nodig (ook vakinhoudelijke)?
    Volgens mij wordt e-learning plaza overigens onderhouden door een bedrijf en niet door een opleidingsinstituut.

  3. Ik ben bij het opzetten van HANovatie begeleid door Citowoz, het bedrijf achter e-learning plaza. Citowoz geeft ook de e-learning opleiding (HBO-niveau), die ik noemde. Het feit, dat studenten het kennisportaal van hun opleiding vullen met de beste producten is onderdeel van het door Jos Baeten uitgewerkte onderwijsleerconcept Virtual Action Learning.
    Het bedrijf Yacht heeft kennismanagement geimplementeerd in hun gehele organisatie. Voor het vullen van hun kennismanagementsysteem zijn kennisteams o.l.v. een kenniscoordinator aangesteld en gefaciliteerd. Iedere kennisbijdrage aan de knowledgebase wordt door hun zonodig aangevuld met voorgedefinieerde trefwoorden. Voor demo van het kennismanagement systeem zie http://www.yachtgroup.com/_uploads/flash/intro.html.
    Bij Yacht hanteert men dus de term kenniscoordinatoren ipv moderatoren. Zowel bij de HAN (inmiddels zijn we de kennisbank aan het uitbreiden de thema’s flexibilisering en leren&kwaliteit, en heeft de faculteit Economie en Management interesse getoond) als bij Yacht gaat het om inhoudsdeskundigen.

  4. Het heeft niets met onderschatten te maken maar met gefaciliteerd worden en verantwoordelijk gesteld worden. Het kost tijd om kennis te borgen middels een kennisbank en metadata toe te kennen. Leden van het kennisteam krijgen hier tijd voor.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *