Hoe ver willen we gaan met artificiële intelligentie binnen onderwijs en opleiden?

De opkomst van artificiële of kunstmatige intelligentie is haast niet meer te stuiten. Ook op het gebied van onderwijs en opleiden zien we steeds meer toepassingen. Het verzamelen, analyseren en gebruiken van data gaat steeds verder terwijl de verwachtingen hooggespannen zijn. Moeten we dat wel willen?

Ben Dickson stelt in How Artificial Intelligence Is Shaping the Future of Education dat nieuwe technologie het onderwijs tot nu toe niet wezenlijk heeft veranderd, maar dat artificiële intelligentie en machine learning dit de komende jaren ‘onder motorkap’ wel gaan doen.

In a few years, teachers will no longer be alone in shouldering the burden of training the young generation or the workforce at corporations.

In zijn bijdrage schetst hij de volgende voorbeelden:

  • Algoritmes helpen onderwijs en opleiden te verbeteren door elke interactie die plaatsvindt in fysieke en virtuele klaslokalen te verzamelen, analyseren en te correleren. Zij geven docenten informatie over specifieke pijnpunten van individuele lerenden om begeleiding daar op aan te passen.
  • Dankzij artificiële intelligentie verzamel je niet alleen data over online gedrag, maar ook over fysiek gedrag (aarzelingen, fronsen, etc.). Nu is dat ondoenlijk voor een docent.
  • Op basis van al die informatie ben je veel beter in staat leren te personaliseren. Dat betekent bijvoorbeeld dat lerenden die dat nodig hebben, meer oefeningen krijgen of juist sneller door de leerstof kunnen gaan. Lerenden die veel vragen hebben, hoeven deze niet buiten de les om te stellen.
  • Je bent beter in staat om na te gaan of lerenden leerstof hebben begrepen. Je ontdekt sneller lacunes.
  • Dankzij artificiële intelligentie krijgen lerenden een individuele digitale begeleider die merkt wanneer een lerende worstelt met het leren of zich juist verveelt, en wat daar de oorzaak van is.
  • Intelligente tutorsystemen bieden lerenden gepersonaliseerde leerstof op basis van hun sterktes en zwaktes.
  • Je krijgt beter inzicht over de voortgang tijdens het leren, en niet alleen tijdens beoordelingen.
  • Dankzij artificiële intelligentie kunnen rijke digitale profielen van lerenden worden opgesteld, ook op basis van micro-interacties zoals het bekijken van een bepaalde video of het plaatsen van een vraag op een forum. Op basis hiervan wordt een datamodel opgesteld dat gebruikt kan worden om patronen te vinden binnen groepen lerenden en voorspellingen te doen over hoe lerenden zullen presteren. Daarbij kan ook gebruik worden gemaakt van het analyseren van gezichtsuitdrukkingen waarmee een meer compleet beeld van een lerende wordt verkregen.
  • Je bent ook in staat data te verzamelen over docentgedrag en te analyseren welk docentgedrag leidt tot betere prestaties.
  • De data kunnen ook informatie geven over de kwaliteit van de lesmethoden, het lesmateriaal en het curriculum. Met Natural Language Processing ben je bijvoorbeeld in staat gebruikte taal te analyseren en verbeteren. Er wordt verwacht dat algoritmes binnenkort in staat zullen zijn taal te verbeteren en zelfs nieuw lesmateriaal te ontwikkelen .
  • Intelligente tutorsystemen kunnen docenttaken overnemen als sprake is van een gebrek aan docenten.
  • Artificiële intelligentie geeft feedback aan lerenden en bevordert zelfkennis en zelfregulering.
  • Deze technologie kan ook op het gebied van bedrijfsopleidingen bijdragen aan personalisering van leren (beter aansluiten op behoeftes van werknemers). Dickson schrijft over een casus waarin een AI-platform onder meer heeft geleid tot het meer succesvol afronden van cursussen.

In zijn bijdrage geeft Dickson ook voorbeelden van bedrijven die hier al software en platforms voor leveren.
Een deel van deze toepassingen zal in Europa op dit moment niet mogen worden toegepast. Het vastleggen en analyseren gezichtsuitdrukkingen leidt immers tot het verwerken van bijzondere persoonsgegevens, hetgeen haaks staat op de Algemene Verordening Gegevensbescherming. Het kan echter gebeuren dat deze verordening wordt aangepast als blijkt dat de begeleiding en onderwijsprestaties hierdoor worden verbeterd.

Ondanks deze positieve voorbeelden benadrukt Ben Dickson dat artificiële intelligentie minder impact zal hebben op onderwijs en opleiden dan op andere branches omdat het bij onderwijs en opleiden om sociale ervaringen draait die zeer moeilijk of zelfs onmogelijk te automatiseren zijn.

AI cannot replace teachers, because it has no self-awareness or metacognitive regulation, and it also lacks empathy.

Daarnaast kan artificiële intelligentie samenwerkend leren niet vervangen.
De verwachtingen zijn wel hooggespannen dat artificiële intelligentie de kwaliteit van het onderwijs zal verbeteren en docenten in staat stelt zich te focussen op wat zij het beste kunnen doen. Ook zou artificiële intelligentie een rol kunnen spelen bij het samenstellen van groepen lerenden (homogeen of juist heterogeen).

Vanzelfsprekend zijn de effecten van artificiële intelligentie sterk afhankelijk van wat instellingen en docenten ermee doen. Je kunt analyses immers ook negeren of verkeerd toepassen.

Eerlijk gezegd werd ik in toenemende mate onrustig bij het lezen van deze bijdrage. Ik zie zeker de potentie van het verzamelen van rijke informatie ten behoeve van begeleiding of het gebruik van robots voor het beantwoorden van veel vragen van lerenden. Artificiële intelligentie lijkt vooral zinvol te zijn voor de kwalificerende functie van het onderwijs. Het is echter de vraag wat de invloed van ‘AI-gedreven’ onderwijs is voor de socialiserende functie en voor persoonsvorming? Hebben deze functies niet te leiden onder de hoge mate van personalisering?

En in wat voor wereld leven we als alles wat je doet wordt geregistreerd en geanalyseerd? Willen we in een maatschappij leven waarin sprake is van permanent surveilleren? Wat doet dat men ons gedrag?

Ik moest sterk denken aan Om de wereld te redden, klik hier van Evgeny Morozov waarin bezwaar wordt gemaakt tegen de neiging om technologie te gebruiken om allerlei problemen op te lossen, waardoor mensen niet zelf hun verantwoordelijkheid nemen om problemen op te lossen (internetcentrisme). Zijn ‘AI-gedreven’ onderwijs en opleiden daar niet bij uitstek voorbeelden van?

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Een reactie

  1. Hallo Wilfred,
    Interessant post! Met name of de A.I. ook een rol gaat vervullen in de subjectivering en socialisatie van studenten.
    Groet,
    Frans

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *