Hoe studenten ICT gebruiken

Ik ben twee berichten tegen gekomen over onderzoeksresultaten met betrekking tot het gebruik van ICT door jongeren. Graham Attwell schrijft in het eerste bericht over een onderzoek naar de verwachtingen die jongeren hebben over het gebruik van technologie binnen het hoger onderwijs. In dit onderzoek is gekeken naar de verwachtingen die jongeren hadden vóór dat zij gingen studeren, in vergelijking met de situatie nu zij daadwerkelijk studeren.

Attwell schrijft dat social networking sites (sns), die jongeren sowieso gebruiken, steeds vaker worden ingezet ten behoeve van de studie. De jongeren in dit onderzoek zijn social networking sites ook intensiever gaan gebruiken, naar mate zij ouder werden. Van de jongeren die sns voor leerdoeleinden gebruiken, is driekwart van mening dat deze tools het leren daadwerkelijk versterken. Volgens deze studenten denken docenten heel wisselend over het gebruik van sns voor leerdoeleinden. Een minderheid voelt zich gestimuleerd om sns te gebruiken. Graham schrijft ook

Evidence shows that using these sites in education are more effective when the students set them up themselves; lecturer-led ones can feel overly formal

Volgens Graham Attwell is de studie niet op de website van JISC te vinden, maar dat klopt niet (meer). De studie zelf biedt nog meer inzicht in het gebruik van ICT door jongeren. Zo zijn jongeren nog behoorlijk onbekend met wiki's en weblogs. Ook opvallend: slechts een kleine meerderheid van de studenten verkent graag nieuwe technologieën ten behoeve van het leren. Verder gaat de voorkeur van studenten nog steeds uit naar face-to-face leren, waarbij ICT -mits goed ingezet- een belangrijke ondersteunende rol kan spelen. Onderstaand schema geeft de uitdagingen weer waar onderwijsinstellingen voor staan als zij ICT in het onderwijs willen introduceren.

Jiscondz  

De samenstellers van het rapport schrijven hierover:

it shows the areas where students are currently pushed beyond their comfort zones to use technology. This can help universities to develop the inclusion of ICT in teaching and course design; to appreciate which elements of technology are likely to be groundbreaking and new for students, and hence the support structures which need to be in place to encourage students to adopt new technologies.

Overigens stelt de studie ook dat je jongeren niet zo maar over één kam kan scheren.

Het tweede bericht is van Niall Sclater. Sclater schrijft over een veel grootschaliger onderzoek, in opdracht van de Educause, naar het gebruik van ICT door undergraduate studenten (het rapport zelf verschijnt in oktober van dit jaar). Uit deze onderzoek blijkt onder meer dat deze studenten massaal de beschikking hebben over een eigen computer. In meer dan 80% van de gevallen is dat een laptop. Het gebruik ten behoeve van het onderwijs is redelijk traditioneel te noemen: bezoek website bibliotheek, gebruik van powerpoint en een elektronische leeromgeving (82%). Over het gebruik van deze elektronische leeromgeving wordt overigens wisselend gedacht, schrijft Sclater. Ook uit dit onderzoek blijkt dat jongeren massaal sns gebruiken (meer dan 80%), al maakt men nauwelijks gebruik van een 'serieuze' sns als Linkedin.

Bijna de helft van de studenten communiceert via een sns overigens met anderen over opleidingsgerelateerde onderwerpen.

This is significant as it is by-passing institutional systems but maybe it’s just a modern version of the student coffee bar where the conversations were never controlled or monitored by the institution anyway, stelt Sclater.

Uit zijn bijdrage kun je verder opmaken dat een minderheid van de jongeren gebruik maakt van podcasting, maar nauwelijks voor leerdoeleinden. Online video-opnamen van colleges zijn ook erg populair. Wel geeft 17% van de studenten aan in dat geval college's over te slaan. 83% doet dat dus niet.

Beide onderzoeken onderstrepen de diversiteit in gebruik van technologieën. Social network sites als Facebook of MySpaces zijn populair en worden -vaak op initiatief van jongeren- ook gebruikt om over de opleiding te communiceren. Andere social software, zoals wiki's en podcasting, zijn beduidend minder populair onder jongeren.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *