Hoe kunnen docenten omgaan met misinformatie?

Misinformatie kan ontwrichtend zijn voor de samenleving. David Nally, onderzoeker aan de Universiteit van Newcastle, stelt dat recente gebeurtenissen, zoals de bijeenkomst tussen Zelensky en de regering Trump, dit duidelijk illustreren. Hij onderzoekt hoe docenten met dit verschijnsel kunnen omgaan in het onderwijs.

A photo of a computer monitor displaying an article with a false headline and misleading information in the text, accompanied by an image supporting the false information. The headline of the article could be something sensational like 'Scientists Discover Earth is Flat', and the accompanying image could show a manipulated view of the Earth to make it appear flat. The text of the article contains clear misinformation and exaggerations to support the sensational headline. On the side of the monitor, there is an image of an AI logo, indicating that the content has been generated by a generative AI application.Uit de meest recente nationale toetsen voor burgerschapsonderwijs in Australië blijkt dat lerenden zich zorgen maken over klimaatverandering, racisme en discriminatie. Misinformatie, desinformatie en ‘malinformatie’ ontbreken volgens Nally opvallend genoeg in deze lijst. Hij ziet in de nieuwe leerplannen die de komende jaren worden ingevoerd kansen om hieraan te werken.

Desinformatie betreft onjuiste informatie die doelbewust wordt verspreid om te misleiden. Misinformatie is onjuiste informatie die onbedoeld wordt gedeeld door mensen die niet weten dat het onjuist is, bijvoorbeeld bij het delen van geruchten voordat ze als onwaar zijn ontmaskerd. Malinformatie is op waarheid gebaseerde informatie die wordt gedeeld met schadelijke bedoelingen, zoals het publiceren van privégegevens of het manipuleren van de context van echte inhoud. Deze ‘informatiestoornissen’ ondermijnen het publieke vertrouwen en vereisen kritische evaluatie van informatiebronnen.

Uit Nally’s onderzoek naar informatiestoornissen blijkt dat verschillende factoren in samenhang moeten worden aangepakt:

  • Gemeenschapsvormende opvattingen, zoals de duurzame ontwikkelingsdoelen, moeten geïntegreerd worden in het curriculum.

  • De handelingsbekwaamheid van de docent moet in balans zijn met de expertise om deze effectief in te zetten.

  • Het is van belang dat kennis waardevol en doelgericht gebruikt wordt.

  • Klassen en cohorten moeten behandeld worden als microgemeenschappen, waarin docenten en lerenden samen een leerklimaat creëren met een specifiek doel voor ogen.  

Deze benadering beschouwt informatiestoornissen als een potentiële bedreiging voor een goed opgeleide samenleving, zonder andere burgerschapsvraagstukken te verdringen. Bij het herzien van leerplannen heb je volgens de auteur de mogelijkheid om deze kwesties te behandelen via onderzoekend en gemeenschapsgericht leren.

Nally stelt dat de plaats van individuen tussen grotere mondiale overwegingen vaak als onbeduidend wordt voorgesteld. De roep om onderwijsinitiatieven tegen informatiestoornissen is echter toegenomen door groeiend antisemitisme, het verwijderen van factcheckers op sociale media en de neiging van desinformatie om viraal te gaan. Hij citeert onderzoeker Nikki Brunker die stelt dat mensen altijd keuzevrijheid hebben. De keuze is of ze ervoor kiezen om het te geloven, of dat ze worden wijsgemaakt dat ze het niet hebben.

Voor de ontwikkeling van lokale aanpakken tegen desinformatie is volgens de auteur nieuwsgierigheid, reflectie en volharding nodig. Strategisch denken is vereist om beoordelingstaken af te stemmen op gemeenschapsbehoeften en transparantie, om zo vertrouwen en samenhang te creëren.

David Nally stelt ook dat het een uitdaging voor docenten zal zijn om leerervaringen te ontwerpen die relaties opbouwen met gemeenschaps-, culturele en zakelijke contexten. Al zijn er volgens hem wel al Australische praktijkvoorbeelden te vinden. Nally concludeert dat zowel strategieën als gemeenschappen gecoördineerd moeten samenwerken om concepten, taal en modellen te ontwikkelen voor een “betere” samenleving die de uitdagingen van huidige en toekomstige generaties aanpakt. Dan wordt burgerschapsvorming niet alleen getoetst, maar worden de resultaten gemeten aan factoren die de verandering mogelijk maken die lerenden, docenten en gemeenschappen in de wereld willen zien.

Mijn opmerkingen

Ik vind dit een relevant en interessant betoog. Maar wel nogal abstract. Daarom heb ik Claude 3.7 Sonnet gevraagd:

Jij bent een ervaren onderwijskundige. Je staat bekend om je vermogen om het meest gedetailleerde inzicht te presenteren aan een breed publiek dat door iedereen begrepen kan worden. Ook ben jij uitstekend in staat om concepten op het gebied van digitale geletterdheid te vertalen in concrete tips die docenten morgen in het onderwijs kunnen inzetten. In de bijlage vind je het artikel What teachers can do when misinformation goes viral. Auteur David Nally schrijft hierin onder meer dat docenten leerervaringen moeten ontwerpen gericht op het bestrijden van misinformatie en desinformatie. Benoem nu op basis van dit artikel drie voorbeelden van leerervaringen die docenten kunnen ontwerpen gericht op het bestrijden van misinformatie en desinformatie, en die zij morgen in hun onderwijs kunnen toepassen. De leerervaringen moeten relevant zijn voor de eerste twee leerjaren van het mbo en de bovenbouw havo. Besteed maximaal twee zinnen aan elke leerervaring. Formuleer kort en zakelijk. Schrijf in het Nederlands. Houd rekening met culturele en taalkundige eigenheden van Nederland zoals directheid, en een pragmatische, nuchtere en realistische toon.

De resultaten heb ik geredigeerd:

  • Laat lerenden in kleine groepen werken als kritische “redactieteams” die actuele nieuwsberichten beoordelen op betrouwbaarheid door gebruik te maken van een door hen ontwikkelde checklist met criteria zoals bronvermelding, belangen en bewijsvoering. De groepen presenteren vervolgens hun analyses aan elkaar en bespreken hoe dezelfde informatie op verschillende platforms anders wordt weergegeven.
  • Nodig professionals uit verschillende sectoren uit (zoals een journalist, wetenschapper en ondernemer) om praktijkvoorbeelden te bespreken van hoe misinformatie hun vakgebied beïnvloedt en welke concrete methoden zij toepassen om deze te herkennen. Lerenden werken daarna aan een praktijkopdracht waarbij ze zelf een specifiek voorbeeld van misinformatie binnen een voor hen relevante beroepscontext analyseren en een strategie ontwikkelen om deze tegen te gaan.
  • Laat lerenden in tweetallen misleidende grafieken en statistieken uit actuele nieuwsberichten verzamelen en vervolgens herontwerpen tot eerlijke representaties van dezelfde gegevens. De opdracht vereist dat lerenden de oorspronkelijke databronnen opzoeken, kritisch beoordelen wat weggelaten of overdreven is, en hun verbeterde visualisaties presenteren met een toelichting over hoe getallen en visuele weergaven kunnen worden gemanipuleerd.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *