Vandaag heb ik in het kader van de eendaagse masterclass “Innovatie van het mbo-onderwijs door digitaal leiderschap” een college verzorgd over de versterking van het middelbaar beroepsonderwijs door middel van het doordacht gebruiken van leertechnologie. Daarbij heb ik ook betoogd dat de invoering van ICT in het onderwijs vooral en in meerdere opzichten een kwestie van ‘mensenwerk’ is.
Ik ben gestart met een introductie van de begrippen e-learning en blended learning. Vervolgens ben ik ingegaan op de redenen die je kunt hebben om ICT in het onderwijs in te zetten. De deelnemers noemden vooral redenen die te maken hebben met de kwaliteit van het onderwijs, met flexibilisering en met het efficiënt organiseren en faciliteren van onderwijs. Deze redenen komen ook in mijn top 5 voor. Het zoeken bij aansluiting bij de doelgroep noem ik zelf niet snel. Deze doelgroep is namelijk erg divers van karakter, en ‘digital natives’ blijken niet te verstaan. Wel merk je dat studenten vaak vragen om een mix van online en face-to-face leren.
Tijdens de discussie zijn we ook ingegaan op het belang van samenwerking en communicatie tussen ‘ICT’ en ‘Onderwijs’. Naar mijn ervaring is het van belang dat vooral ‘de werkvloer’ met elkaar in gesprek is (en niet alleen informatiemanagers, opleidingsmanagers, etc). Daarnaast werkt het goed als de ICT-ers en vertegenwoordigers van het onderwijs aan een gezamenlijke opdracht werken die faciliterend is voor het onderwijs (zoals de selectie van een digitale leeromgeving).
Aan de hand van het Trendrapport van SURF ben ik ingegaan op voorbeelden op manieren waarop leertechnologie het middelbaar beroepsonderwijs kan helpen versterken. Ik ben daarbij ook op beperkingen ingegaan. Het is bij learning analytics bijvoorbeeld de vraag of alle belangrijke leeractiviteiten binnen het MBO wel gemonitord worden.
Daarna ben ik kort ingegaan op de ‘menselijke factor’ die wat mij betreft cruciaal is voor de succesvolle toepassing van leertechnologie in het MBO. Het zijn immers onderwijsontwikkelaars die curricula ontwikkelen (op meerdere niveaus), het zijn docenten die in staat moeten zijn de didactische mogelijkheden van leertechnologieën te onderkennen en te benutten, het zijn de ICT’ers die in staat moeten zijn servicegericht en in dialoog met het onderwijs ervoor te zorgen dat ICT ‘gewoon’ gebruikt kan worden, en het zijn leidinggevenden die via gedrag (inclusief facilitering) sturing moeten geven aan de inzet van leertechnologie. En dan hebben we het nog niet eens gehad over de student.
Tenslotte had ik stil willen blijven staan bij enkele valkuilen bij de invoering van ICT in het onderwijs. Zo is bij de invoering van nieuwe technologie vaak sprake van een “Processie van Echternach”. Dat komt omdat we de invoering ervan onvoldoende integraal benaderen. Verder is vaak sprake van “toolgedrevenheid”, waarbij technologie vaak doel op zich lijkt te worden. Een bekend voorbeeld is het gebruik van laptops in de klas. Als lerenden een lange tijd in de klas individueel via een laptop moeten leren, dan is de kans groot dat zij op een gegeven moment heel andere dingen gaan doen, dan studeren. Daarom is het belang om integraal te kijken naar leerdoelen, leerinhouden, didactiek en leertechnologie, en om goed na te denken over een eigen model voor ‘blended learning’ waarbij vooral het leren voorop staat. Helaas hebben we geen tijd gehad om over deze valkuilen met elkaar te spreken.
De masterclass was weer georganiseerd door Wielinq, en vond plaats in het stijlvolle Nyenrode.
Hieronder vind je mijn slides.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie