Hoe effectief is ‘flipped learning’ nu echt?

Het concept van ‘flipped learning’ is één van de modellen van blended learning, dat inmiddels alweer meer dan tien jaar wordt toegepast. Het EdSurge-artikel Does ‘Flipped Learning’ Work? A New Analysis Dives Into the Research gaat over een recente meta-analyse van onder andere Manu Kapur en John Hattie naar de effectiviteit van dit concept. De onderzoekers kraken een aantal kritische noten over ‘flipped learning’.

flippedBij ‘flipped learning’ bestuderen lerenden instructies thuis (bijvoorbeeld via video), en verwerken zij het geleerde op een actieve manier in de klas. Manu Kapur, John Hattie, Irina Grossman en Tanmay Sinha hebben 46 meta-analyses met betrekking tot dit concept onderzocht. Zij vonden daarin opvallend verschillende algemene effecten. Vervolgens hebben de onderzoekers zelf een meta-analyse uitgevoerd van 173 studies die specifiek de aard van de implementatie van het concept hebben onderzocht. Interessante bevindingen zijn:

  • Bij veel voorbeelden van de toepassing van flipped learning wordt meer tijd besteed aan passief leren dan bij ’traditioneel onderwijs’. Dat komt omdat de docenten zowel korte videocolleges gebruiken, maar ook tijdens de les enige tijd aan het geven van instructies besteden, ter voorbereiding van de lesactiviteiten.
  • In de praktijk worden veel verschillende versies van flipped learning toegepast.
  • Voorstanders van flipped learning stellen dat dit concept meer actief leren tijdens de les faciliteert. Dat zou bijdragen aan betere ‘academische’ resultaten (cijfers en resultaten bij testen en examens).
  • Naarmate actief leren meer bij ’traditioneel onderwijs’ werd toegepast, bleek flipped learning in vergelijking met ’traditioneel onderwijs’ niet effectiever of zelfs minder effectief te zijn. Dat komt omdat veel docenten niet checken of lerenden de video’s daadwerkelijk hebben bekeken en hebben begrepen. Lerenden komen nogal eens onvoorbereid naar de les.
  • De effectiviteit van aanpakken lijkt vooral beïnvloed te worden door de mate waarin actief wordt geleerd, en niet door het al of niet ‘flippen’ van instructies en verwerkingsactiviteiten.
  • De onderzoekers stellen dat we ons dus vooral meer moeten richten op actief leren, en minder op het ‘flippen’.
  • Probleemoplossing als actieve leerstrategie, voorafgaand aan instructie, heeft een positief effect op het leren. Dat geldt voor ’traditioneel onderwijs’ als voor flipped learning, hoewel het effect groter was bij flipped learning. Problemen oplossen voorafgaand aan een les of college (online of in de klas) en aanpassingen op basis van dergelijk probleem oplossen kunnen effectief zijn. De onderzoekers pleiten daarom voor een specifieker model van ‘flipped learning’: “Fail, Flip, Fix, and Feed”. Daarbij worden lerenden gevraagd eerst oplossingen voor nieuwe problemen te genereren. Ook als zij er niet in slagen de juiste oplossingen te genereren, krijgen zijn daarna pas instructies.
  • Formatieve feedback en formatieve assessments zijn volgens de onderzoekers belangrijke elementen van actief leren.

Critici van deze studie stellen dat de onderzoekers bepaalde belangrijke studies niet hebben meegenomen in hun meta-analyse. Ook zouden de onderzoekers appels met peren vergelijken door zowel onderzoeken uit het hoger onderwijs als K12-onderwijs te betrekken in hun meta-studie. De onderzoekers stellen dat we in elk geval een meer gedetailleerd inzicht nodig hebben in welke onderdelen van flipped learning het beste werken.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *