‘Simultaan onderwijs’ -onderwijs waarbij een deel van de lerenden online deelnemen en een deel fysiek aanwezig is, stelt hoge eisen aan ontwerp en faciliteiten. In het artikel “The Design of Hybrid Teaching Environments: 10 Questions Answered” bespreekt James Rutherford aan de hand van tien vragen waar je aan moet denken als je hiermee aan de slag gaat.
Rutherford gebruikt overigens de term ‘hybride leren’, een term die we in het Nederlands onderwijs al jaren gebruiken voor leren waarbij de beroepspraktijk centraal staat. Lerenden voeren afwisselend school- en werkgerichte taken uit, bij voorkeur op een praktijklocatie.
James Rutherford bespreekt tien vragen over het ontwerp en de organisatie van simultaan onderwijs, de term waaraan in ieder geval ik en Fifi Schwarz de voorkeur geven:
1. Wat zijn de belangrijkste principes voor het creëren van simultane leeromgevingen?
2. Wat is de beste manier om technologie voor simultaan onderwijs te configureren?
3. Hoe moeten interne teams simultaan onderwijs ondersteunen?
4. Hoe moet docenten ondersteund worden bij simultaan onderwijs?
5. Kan simultaan onderwijs gebruikt worden voor zowel kleine als grote groepen?
6. Hoe kan de betrokkenheid van lerenden bij simultaan onderwijs worden gestimuleerd?
7. Waarom is simultaan onderwijs zo belangrijk voor inclusiviteit en toegankelijkheid?
8. Wat kan het onderwijs doen om de overgang van afstandsonderwijs naar persoonlijk onderwijs te ondersteunen?
9. Welke soorten leeromgevingen moeten ontwikkeld worden na de pandemie?
10. Hoe kan simultaan leren zorgen voor een nieuwe set vaardigheden voor afgestudeerden?
Smultaan onderwijs biedt lerenden volgens de auteur een op maat gemaakte leerervaring waarbij ze in hun eigen tempo kunnen werken en toegang hebben tot diverse online bronnen. Tegelijkertijd kunnen ze deelnemen aan persoonlijke discussies en activiteiten met mede-lerenden en docenten. James Rutherford benadrukt dat simultane onderwijsmodellen de toegang tot onderwijs kunnen vergroten en dat onderwijsinstellingen ruimtes moeten ontwikkelen voor op de lerende gericht, sociaal en actief leren. Rutherford identificeert sleutelprincipes voor het creëren van simultane leeromgevingen, waaronder inclusiviteit, aanpak en planning, sociale verbindingen, gevoeligheid voor ‘aanwezigheidsongelijkheid’, flexibiliteit en betrokkenheid. Hij benadrukt het belang van flexibiliteit in leeromgevingen, toegankelijkheid voor alle lerenden en het gebruik van hoogwaardige technologie om effectieve communicatie en samenwerking te ondersteunen.
Bij het opzetten van technologie voor simultaan onderwijs moet rekening worden gehouden met zowel het cursusmateriaal als de behoeften van zowel fysiek aanwezige als online lerenden. James Rutherford adviseert om minimaal twee camera’s in het klaslokaal te hebben en benadrukt het belang van duidelijke audio en zichtbaarheid van online studenten. De plaatsing van camera’s, microfoons en schermen is cruciaal voor een effectieve simultane leerervaring. Technische teams spelen een essentiële rol bij zaken zoals het ondersteunen van simultaan onderwijs, van het opzetten en onderhouden van apparatuur en het waarborgen van toegankelijkheid en privacy. De auteur onderstreept verder het belang van ondersteuning van docenten bij deze aanpak. Dit vereist onder meer professionele ontwikkeling, toegang tot technologie, samenwerking en netwerkmogelijkheden, en regelmatige feedback. Rutherford benadrukt dat docenten de vaardigheden moeten ontwikkelen om te voldoen aan de behoeften van zowel fysiek aanwezige als online lerenden en pleit voor een benadering waarbij de lerende centraal staat. Bij dat laatste noemt hij helaas ook het aansluiten op de vermaledijde leerstijlen.
Simultaan onderwijs is volgens de auteur geschikt voor zowel kleine als grote groepen, hoewel de implementatie kan verschillen. James Rutherford stelt dat in kleine klassen simultaan onderwijs meer gepersonaliseerde leerervaringen en interacties mogelijk maakt. In grotere klassen kan deze benadering het traditioneel hoorcollege-onderwijs aanvullen door meer interactiemogelijkheden te bieden. Simultaan onderwijs is volgens hem essentieel voor inclusiviteit en toegankelijkheid, omdat simultaan onderwijs flexibiliteit biedt, de toegankelijkheid verhoogt en gepersonaliseerd leren mogelijk maakt. Het bevordert ook de participatie en vermindert externe factoren die de aanwezigheid kunnen beïnvloeden (zoals ziekte of extreme weersomstandigheden).
Om de betrokkenheid van studenten in een simultane omgeving te stimuleren, zijn onder meer actief leren, duidelijke verwachtingen, interactieve technologie en feedback essentieel. Na de COVID-19-pandemie moeten onderwijsinstellingenvolgens de auteur lerenden ondersteunen bij hun overgang van afstandsonderwijs naar persoonlijk leren. Dit omvat het aanpakken van mentale gezondheidsproblemen, sociale aanpassing en educatieve uitdagingen -zoals wennen aan nieuwe planningen- die zijn ontstaan door de pandemie.
Nu de COVID-19-pandemie voorbij is, moeten we volgens Rutherford heroverwegen hoe leeromgevingen ontworpen worden. Hij benadrukt dat een toekomstbestendige leeromgeving niet alleen traditionele hoorcollegezalen moet repliceren (en volgens mij is daar ook geen sprake meer van, tenminste niet als dominante faciliteit). Belangrijke aspecten zijn volgens hem: veelzijdige ruimtes die zich kunnen aanpassen aan veranderende onderwijsbehoeften; sociale leeromgevingen voor samenwerking en gemeenschapsvorming; meer buitenruimtes voor frisse lucht en lichaamsbeweging; ruimtes die mentale gezondheid bevorderen; en ruimtes die gezondheid en veiligheid waarborgen. Rutherford merkt ook op dat simultaan onderwijs lerenden voorbereidt op de huidige arbeidsmarkt, met de nadruk op digitale geletterdheid, vaardigheden voor werken op afstand, veerkracht, interpersoonlijke vaardigheden en kritisch denken. Het integreren van simultaan onderwijs zou lerenden beter voorbereiden op de werkomgeving van de toekomst, meent hij.
Mijn opmerkingen
Simultaan onderwijs heeft niet mijn voorkeur vanwege het complexe karakter (ik vergelijk het met simultaan schaken), de extra investeringen in faciliteiten -zoals technologie- die dit vraagt en het risico dat lerenden ongelijk behandeld wordt (met als resultaat meer kansenongelijkheid). Als je volledig online onderwijs moet verzorgen, dan geef ik de voorkeur aan de combinatie van synchroon en asynchroon onderwijs. De combinatie van fysiek en online onderwijs heeft mijn voorkeur, waarbij alle lerenden tegelijkertijd (asynchroon of synchroon) online participeren of fysiek.
Er kunnen echter situaties zijn waarbij je moet kiezen voor simultaan onderwijs, bijvoorbeeld als de onderwijsinstelling vanwege problemen met het openbaar vervoer voor een deel van de lerenden lastig bereikbaar is geworden. James Rutherford’s bijdrage biedt dan de nodige handvatten, al is hij beperkt in de uitwerking van verschillende adviezen en tips. Daarnaast dicht de auteur simultaan onderwijs voordelen toe die ook met andere manieren van onderwijs gerealiseerd kunnen worden. Ik denk daarbij onder meer aan het realiseren van meer gepersonaliseerd onderwijs of het voorbereiden van lerenden op eisen die een toekomstige arbeidsmarkt stelt.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie