Hebben geavanceerde leertechnologieën de potentie om leren, opleiden en onderwijs te verbeteren?

Page Yousey verkent in deze bijdrage een aantal geavanceerde leertechnologieën en beschrijft de potentie ervan om de ontwikkeling van werknemers een drastische impuls te geven en de groei van organisaties te bevorderen.

Per technologie beschrijft zij wat de technologie is, geeft zij een (fictieve) casus en somt zij enkele overwegingen op.

• AI-gestuurde adaptieve leerplatformen personaliseren bijvoorbeeld de leerervaringen op basis van de behoeften van individuele werknemers door middel van complexe algoritmen die prestatiedata analyseren en real-time feedback geven. Hierdoor kun je toekomstige behoeften op het gebied van bekwaamheden voorspellen en inspelen op de manier waarop inhoud wordt aangeboden, zodat werknemers betrokken blijven en bijblijven op hun vakgebied. Verder verkrijgen organisaties waardevolle inzichten in de effectiviteit van trainingen. Dit stelt hen in staat stelt om strategieën aan te scherpen en voortdurende verbeteringen door te voeren. Zij geeft als voorbeeld een fictief bedrijf dat op deze manier erin slaagt verhoogde betrokkenheid, betere bekwaamheidsontwikkeling en  productiviteit onder werknemers te bereiken. Bij de implementatie van dergelijke systemen moet volgens haar echter rekening worden gehouden met kosten-batenanalyse, databeveiliging, ethisch gebruik van AI en integratie met bestaande systemen.
• Chatbots, die werken als virtuele trainingsassistenten, zijn een ander voorbeeld van geavanceerde leertechnologie. Deze bots, die gebruik maken van AI zoals Natural Language Processing (NLP), beantwoorden vragen van werknemers op elk moment. Ze veranderen alledaagse vragen volgens Yousey in momenten van leren en ontdekken. Het fictieve NationalTech Corp introduceert dan bijvoorbeeld “QueryBuddy”, een chatbot die werknemersvragen in realtime begrijpt en beantwoordt. Dit leidt tot het beantwoorden van vragen in korte tijd en meer werknemerstevredenheid. Belangrijke overwegingen bij het implementeren van chatbots omvatten ethische overwegingen, NLP-capaciteiten, schaalbaarheid en de beschikbaarheid van trainingsdata.
• Gamified onboardingprogramma’s vernieuwen en verbeteren de introductie van nieuwe medewerkers op een meer ‘meeslepende’ manier. Dit leidt volgens de auteur tot snellere kennisretentie en vaardigheidsontwikkeling. Volgens Yousey zijn gamified onboarding programma’s een belangrijke sleutel tot het ontsluiten van het potentieel van nieuwe werknemers vanaf het allereerste begin. Het fictieve BrightSolutions bijvoorbeeld, gebruikt “BrightStart”, een programma dat nieuwe werknemers betrekt door middel van interactieve uitdagingen die de bedrijfscultuur en -waarden overbrengen. Toegankelijkheid, afstemming met de organisatiecultuur, en het meten van de effectiviteit zijn volgens haar van belang voor het succes van dergelijke programma’s.
• Mobiele apps voor leren stellen werknemers in staat om bekwaamheden te ontwikkelen op elk gewenst moment en vanaf elke locatie. Deze apps bieden een interactieve leerervaring door quizzen, multimedia-inhoud en gepersonaliseerde leerpaden te combineren tot een naadloze ontdekkingsreis, schrijft Yousey. Dankzij microlearning modules kunnen drukbezette professionals zich ontwikkelen zonder dat zij weg moeten van hun werk. Het fictieve Global Logistics Solutions (GLS) gebruikt “LearnHub”, een app die werknemers toegang geeft tot trainingsmaterialen via hun mobiele apparaten. Dit verbetert volgens de auteur het vermogen om on-the-go te leren. Belangrijke aspecten om te overwegen bij mobiele apps voor leren zijn toegankelijkheid, kosten, offline toegang en dataveiligheid.
• Draagbare technologieën zorgen ervoor dat inzichten direct beschikbaar zijn en begeleiding naadloos verloopt. Deze technologieën bieden een gedetailleerde kijk op prestatie-indicatoren zoals nooit tevoren. Hierdoor kunnen docenten en trainers hun ondersteuning realtime aanpassen. Volgens Yousey draagt het gebruik van deze technologieën bij aan meer betrokkenheid, de ontwikkeling van bekwaamheden en betere leerresultaten. De data afkomstig van deze apparaten zijn meer dan alleen cijfers; ze bieden volgens haar waardevolle inzichten die trends en patronen aan het licht brengen. Dit helpt bij het vormgeven van toekomstige trainingsstrategieën en -interventies. Het fictieve SecureGuard gebruikt bijvoorbeeld “GuardWear”, een draagbaar apparaat dat data verzamelt over de bewegingen en besluitvormingsprocessen van de drager. Dit leidt tot directe feedback en verbeterde paraatheid voor echte operaties. Overwegingen hierbij omvatten batterijduur, ethische en juridische aspecten, en gebruikerservaring.

Mijn opmerkingen

Op zich is dit een mooi en bondig overzicht van de potentie van belangrijke geavanceerde digitale technologieën voor leren, opleiden en onderwijs. Ook mooi dat de auteur verder kijkt dan AI. Wel jammer dat zij alleen fictieve bedrijven opvoert als casus. Helaas mis ik ook de nuance als het gaat om de effectiviteit van gamification. Ook is het de vraag over mobiele apps voor leren wel bijdragen aan het ontwikkelen van kennis, of juist behulpzaam zijn bij het opfrissen van kennis en voor het oplossen van vraagstukken. Zij erkent ook onvoldoende de complexiteit van de vraag welke data daadwerkelijk iets zeggen over hoe lerenden effectief leren en presteren. Wetgeving stelt ook terecht grenzen aan het gebruik van bepaalde (biomedische) data. De toonzetting van de bijdrage is ook allesbehalve nuchter, en het onzin argument van ‘leerstijlen’ komt helaas ook weer terug.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.