Gilde Opleidingen kiest voor Fronter

Na een uitgebreid selectieproces heeft het College van Bestuur van Gilde Opleidingen besloten  over te gaan tot de aanschaf en implementatie van de elektronische leeromgeving Fronter. Het CvB heeft hiermee het unanieme advies van de werkgroep ICT in het onderwijs van Gilde Opleidingen gevolgd.

Fronter zal samen met het ontwikkelde onderwijsmanagementsysteem 'Copernicus' en de toetsapplicatie Questionmark/Perception dé elektronische leeromgeving voor Gilde Opleidingen vormen.

Het College van Bestuur denkt dat Fronter voor Gilde Opleidingen de  beste keuze is om competentiegericht onderwijs op een goede manier met behulp van technologie te  ondersteunen. Gilde Opleidingen richt zich daarbij vooral op een mix van contactonderwijs en leren via ICT. Fronter zal worden gebruikt voor de informatievoorziening binnen Gilde Opleidingen, voor het verstrekken van elektronische leerstof, voor samenwerkend leren en voor de onderlinge communicatie. Fronter wordt gebruikt binnen het onderwijs en als intranet.

De werkgroep ICT in het onderwijs van Gilde Opleidingen heeft op basis van marktontwikkelingen een lijst van vijf potentiële elektronische leeromgevingen opgesteld. Vervolgens zijn gebruikerservaringen met deze elektronische leeromgevingen geïnventariseerd. Daarna is een studiedag georganiseerd waarop leveranciers van de elektronische leeromgevingen een door Gilde Opleidingen opgestelde casus binnen hun product demonstreerden. Bij deze studiedag waren vertegenwoordigers van alle sectoren en doelgroepen binnen het regionaal opleidingencentrum aanwezig (college van bestuur, sectordirecteuren, onderwijskundigen, teammanagers, docenten en leerlingen). Aan het eind van deze dag konden de aanwezigen hun voorkeur uitspreken voor een elektronische leeromgeving.

Casus en criteria staan op de website van Gilde Opleidingen.

Een vertegenwoordiging van de werkgroep ICT in het onderwijs heeft daarop met twee leveranciers een uitvoerig vervolggesprek gevoerd.

Deze werkgroep heeft vervolgens gekeken naar:

– De functionaliteiten van beide producten in relatie tot de behoeften van Gilde Opleidingen.
– De betrouwbaarheid van de leveranciers, en hun marktpositie.
– De inpasbaarheid van de producten binnen de ICT-infrastructuur van Gilde Opleidingen.
– De relatie van de producten met bestaande ICT-applicaties.
– De verwachte inspanningen met betrekking tot implementatie, migratie en functioneel beheer.
– De verwachte kosten.

Op basis van deze afwegingen heeft de werkgroep het College van Bestuur geadviseerd een overeenkomst af te sluiten met Fronter, voor de aanschaf en implementatie van de elektronische leeromgeving Fronter. De werkgroep adviseert het College van Bestuur eveneens het huidige e-portfolio (gebaseerd op Sakai) uit te faseren. Beide adviezen zijn door het College van Bestuur overgenomen. Daarnaast wordt Fronter ook de opvolger van het bestaande intranet (Gilde Campus).

Fronter is één van de marktleiders op het gebied van ICT in het onderwijs, en diverse keren bekroond. Fronter is één van de slechts tien leveranciers van leerplatformen die in het Verenigd Koninkrijk zijn gecertificeerd door de British Educational Communications and Technology Agency (Becta).

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

10 reacties

  1. *huh* is dit een reclame-praatje? Wilfred ik ben een meer kritische stijl met meer inhoud van je gewend. Wat ik lees lijkt op het verdedigen van een / het keuzeproces en de keuze. En dit voelt voor mij als lezer alsof er ergens iets niet klopt…? Zou dat kunnen? Zo ja, wat is dat dan? Twijfels, onzekerheden, zwakke kanten,…???

  2. @JoG : Nee, het is niet mijn bedoeling geweest om reclame te maken. Ik ben zelf nauw betrokken geweest bij het opstellen van dit advies. Een aantal lezers van mijn blog wist dat Gilde Opleidingen bezig was met dit selectieproces. Het ging mij er hier vooral om het selectieproces te beschrijven. Omdat ik dit -subjectief als ik ben- een goed voorbeeld vind. En daar heb ik ook(o.a. via Twitter) positieve reacties op gehad. De keuze voor Fronter is bij Gilde Opleidingen doordacht gemaakt. Ik zeg daarmee niet dat Fronter ‘de beste’ leeromgeving is. Wel dat Fronter voor Gilde Opleidingen, voor de komende jaren de beste oplossing is (o.a. gezien de didactiek, de populatie docenten, deelnemers).
    Ik heb bewust geen reflectie geschreven op dit proces, aangezien ik er te nauw betrokken bij ben. Dat is aan anderen (dit keer).

  3. Het proces is zoals beschreven is de klassieke “koninklijke weg”. Ik zie weinig terug van het verhaal dat jij met passie neerzet, de mens centraal zetten in zijn gebruik en keuze van ICT middelen om het eigen onderwijs vorm te geven. De nieuwe Gilde leeromgeving lijkt mij zo web 1.0 – 1.5. Zijn de leerlingen van de Gilde Opleidingen wel gebaat bij een dergelijke systeem technische benadering van hun leeromgeving ……

  4. @Frank Benneker: Dank voor je reactie. Paar dingen. In de eerste plaats heeft Fronter als voordeel dat je als gebruiker à la de persoonlijke pagina van Google ook eigen applicaties kunt integreren. Op de tweede plaats roep ik ook altijd met passie dat je moet aansluiten op de technologische en didactische zone van naaste ontwikkeling van je doelgroep (leerlingen en onderwijsgevenden). Leerlingen binnen het MBO gebruiken -zo toonde onderzoek i.o.v. Kennisnet onlangs aan- amper web 2.0. Daarnaast stellen veel leerlingen het niet op prijs om onderwijsgevenden toegang te geven tot de tools die zij wel gebruiken (mn. Hyves en MSN). Ik bespeur ook -ook bij veel van onze leerlingen- de nodige aversie ten opzichte van het gebruik tal van applicaties voor leerdoeleinden.
    Ik denk dat Fronter aansluit bij die zone van naaste ontwikkeling van beoogde gebruikers.

  5. @Wilfred, een interessante reactie. Jouw stelling dat leerlingen in het MBO (en waarschijnlijk dan ook vmbo) nauwelijks web 2.0 kinderen zijn heeft mijn inziens gevolgen hoe wij de maatschappelijke impact van een web2.0 internet moeten duiden. Het MBO en VMBO vertegenwoordigt het grootste deel van de kinderen die onderwijs volgen. Als deze doelgroep wezenlijk anders met het internet omgaan dan de hbo/wo doelgroep hebben we te maken met gescheiden werelden. In een recente presentatie spreek jij over de bijdrage die web2.0 achtige functionaliteiten kunnen bijdragen aan inspreek en democratische processen in de samenleving. Indien deze mogelijkheden niet worden benut door het grootste deel van onze samenleving wat zegt dat dan over de aard van de gegenereeerde bijdragen uit de web20 wereld. Kan een leerling uit het vmbo en mbo zich hierin wel herkennen ?
    En over de keuze van Fronter, de meeste ELO’s (ook Sakai) zijn toolsilo’s. En je kiest een model dat goed bij de organisatie past. Een kritische kanttekening, de hoofdpunten waar de werkgroep nakeek (nav jouw blog) geven open source gebaseerde oplossing zonder sterke commerciele implementatiepartners een achterstand. Maar ook dat is een keuze

  6. @Frank Benneker: er zijn grote verschillen in de tools die jongeren gebruiken. Ik durf niet eens te zeggen dat jongeren met een hbo/wo achtergrond gebruik maken van andere web 2.0-tools dan vmbo/mbo-leerlingen. Wel maken -generaliserend gesproken- jongeren gebruik van andere tools dan ouderen. Social networking sites als Facebook en Hyves zijn populair bij jongeren. Idem YouTube en de ‘oude’ tool MSN. Facebook werd ook in Moldavië gebruikt. Opvallend is echter dat Twitter in Nederland volgens mij door ‘mij generatie’ wordt gebruikt. Jongeren kennen deze applicatie vaak niet eens, of beschouwen Twitter als een tool voor ‘nerds’ (heb ik begrepen; ahum). Dat jongeren op dit moment niet bloggen of LinkedIn gebruiken, wil nog niet zeggen dat zij deze applicaties op latere leeftijd ook niet gaan gebruiken.
    Wat betreft OSS: we hebben ook gekeken naar OSS. Gilde Opleidingen gaat hier pragmatisch mee om. Bij de casus-presentaties kwamen de OSS-oplossingen niet als 1 en 2 naar voren.

  7. Het is interessant te lezen, dat grote onderwijsinstellingen, zoals Gilde Opleidingen, de Universiteit van Wenen en anderen na grondige afwegingen voor Fronter kiezen. Op projectbasis wordt, zoals ik eerder eens vermeldde, aan het VUmc Amsterdam sinds eind 2008 voor de studiegang Geneeskunde jaar 4 en 5 regulier Fronter ingezet. De reacties van de studenten en docenten (eindgebruikers) zijn zeer positief en laten zien, dat er blijkbaar naast of ipv de bekende leeromgevingen (Blackboard) behoefte is aan een vernieuwing. Juist het “eigenaarschap” van de docent, waardoor hij/zij zelf de leeromgevimg (klasruimte) zonder hulp van een niet inhoudsdeskundige beheerder in kan richten verhoogt de acceptatie bij de eindgebruikers. Ik wens Gildeopleidingen veel succes. Ik zelf werk sinds 1,5 jaar met veel plezier (als projectleider en hoofdbeheerder voor verschillende vakken) met Fronter en ervaar een duidelijke ondersteuning van mijn eigen onderwijstaken (als docent KNO).
    Jochen Bretschneider
    KNO-arts, VUmc Amsterdam

  8. Mijn tweede reactie is bij het schrijven op 3 april verloren gegaan. Nu alsnog een poging.
    Het eerste waar ik nog aan moet denken is het eerder door jou genoemde Stockholmsyndroom. Dat treed zoals ik het lees erg snel in werking. En dat herken ik overigens uit eigen ervaringen.
    In algemene zin denk ik dat te veel gezocht wordt naar één oplossing voor liefst ‘alles’.
    De vrijheid van de data en het gebruik van open standaarden voor opslag en uitwisseling is in de basis het meest essentieel. En qua functionaliteit is het heerlijk als je die tools er bij kunt pakken die voor jou het meest prettig werken en die jou ‘handen’. Lees voor jou, leerling / student of docent. En dat pleit wat mij betreft meer voor het gebruik van slimme componenten / modules van verschillende aanbieders of bijvoorbeeld community’s. En die denkwijze lees ik eigenlijk ook vrijwel altijd in de strekking van alles wat jij doet en schrijft.
    Weet je, jouw verhaal blijf ik te veel een promo / verdediging vinden. Op het keuzeproces valt niet direct veel aan te merken. Ik sluit me aan bij een vorige reactie. Ik vind het ook ‘klassiek’. Ergens had ik op meer vernieuwing / innovatie gehoopt in zowel het proces als de uitkomst gelet op al jouw activiteiten.
    Vraag die bij mij opkomt: Ligt het niet naar voren komen van OSS als 1 of 2 aan de software of aan de presentatie(s) volgens jou?
    En verder:
    – Is de vrijheid van de data gewaarborgd?
    – En het gebruik van open standaarden getoetst?
    – Meer praktisch geformuleerd zijn import en export van data op basis van open standaarden goed geregeld / beschikbaar?

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *