Gisteravond heb ik in het kader van de FCe Postbachelor opleiding e-Learning weer een gastcollege verzorgd over trends op het gebied van ’technology enhanced learning’. Ik onderscheid momenteel dertig trends. Deelnemers hadden vooraf, al dan niet met behulp van generatieve AI, zelf trends in kaart gebracht. Hun voorwerk was leidend tijdens dit college.
Ik had deelnemers vooraf gevraagd:
Ik wil jullie vragen zelf trends te verkennen, een overzicht te maken van de vijf trends op het gebied van e-learning die volgens jou het meest belangrijk zijn, en dit overzicht mee te nemen. Beschrijf de trends, geef aan waarom de trends belangrijk zijn en licht toe met een voorbeeld. We gebruiken dit overzicht tijdens dit gastcollege.
Voorbeeld (dit mag je dus niet meer gebruiken)
Microcredentials
Niet iedereen heeft zin of tijd om een volledige opleiding te volgen, terwijl het wel belangrijk is om te blijven investeren in je ontwikkeling. Ook willen lerenden graag een tastbaar ‘bewijs’ van aangetoonde bekwaamheid. Daarom zijn microcredentials relevant. Dit zijn compacte leermodules die betrekking hebben op specifieke vaardigheden of kennis. Een microcredential wordt ook gecertificeerd. Over de omvang van een microcredential bestaat discussie. Reguliere opleidingsinstituten denken al snel aan een studiebelasting van 140 uur. Denk aan een digitaal badge of certificaat voor het beheersen van Excel-formules of het leiden van effectieve vergaderingen. Het mooie van microcredentials is dat ze flexibel en gericht zijn. Werknemers kunnen precies die vaardigheden ontwikkelen die ze nodig hebben, zonder overbodige ballast. Voor werkgevers bieden ze een duidelijk beeld van wat iemand echt kan. Neem bijvoorbeeld een zorginstelling die een microcredential aanbiedt voor ‘omgaan met agressie’. Medewerkers die deze badge behalen, tonen aan dat ze deze cruciale vaardigheid beheersen.
Probeer voor jezelf ook een antwoord te formuleren op de vraag wat het verschil is tussen een trend en een hype.
Je kunt dit overzicht op verschillende manieren samenstellen:
- Gebruik een generatieve AI-toepassing zoals ChatGPT 4o of Claude 3.5 Sonnet. Neem de prompts, die je hebt gebruikt, op in je overzicht. Check de output.
- Gebruik Google Notebook LM. Upload relevante artikelen en stel hier vragen over. Check de output. Vermeld de gebruikte bronnen.
- Gebruik bijv. de zoekmachine op https://www.te-learning.nl/blog om informatie te zoeken. Verwerk de informatie in eigen woorden. Vermeld de gebruikte bronnen.
- Verzamel literatuur over dit onderwerp. Bestudeer de literatuur en stel het overzicht met de vijf trends samen. Vermeld de gebruikte bronnen.
Na de voorstelronde, de introductie van de verwerkingsopdracht aan het eind van de sessie en twee vragen, ben ik ingegaan op het fenomeen ’trends’. Trends zijn ontwikkelingen met een lange aanlooptijd en een duurzaam karakter. Ze komen pas na verloop van tijd aan de oppervlakte. Hypes komen razendsnel op, maar verdwijnen ook weer snel. Tools zijn ook geen trends, hooguit representanten van trends. Zo is ChatGPT een representant van de opkomst van (generatieve) AI.
Trends op het gebied van technology enhanced learning ontstaan ook vaak als gevolg van een samenspel van diverse factoren. Hierover heb ik laatst al geblogd. Gepersonaliseerd leren wordt bijvoorbeeld beïnvloed door individualisering en mogelijk gemaakt door adaptieve technologie (en nu ook door de combinatie van big data en AI). Inzichten op het gebied van formeel en informeel leren hebben ook hun invloed op technology enhanced learning (bijvoorbeeld zelfgeorganiseerd leren via media als YouTube). Ter voorbereiding op de afsluitende sessie van de komende Online Educa hebben Gilly Salmon, Rod Angood en ik maar liefst 80 technologische trends geïnventariseerd die van invloed waren en zijn op leren, opleiden en onderwijs.
Vervolgens heb ik met de deelnemers gesproken over de resultaten van de voorbereidende opdracht. Alle deelnemers hadden deze met behulp van generatieve AI gemaakt. We spraken op basis daarvan over een groot aantal trends zoals AI, learning analytics, immersive learning (inclusief VR, AR en de Metaverse), adaptief leren, microlearning en performance support.
Daarna ben ik ingegaan op de veranderende aard van e-learning. Vroeger werd e-learning geassocieerd met het bestuderen van relatief platte online contant. Inmiddels is de aard van e-learning sterk verbreed. Dat is ook een belangrijke trend. Clive Shepherd onderscheidde in 2013 bijvoorbeeld de volgende vormen:
- Zelfstudie lessen waarbij lerenden individueel, tijd- en plaatsonafhankelijk, online cursussen volgen en deze eventueel afronden met een test.
- Virtual classrooms waarbij instructies en verwerking online plaatsvinden en waarbij de opleider en lerenden op hetzelfde tijdstip achter hun laptop/tablet zitten en synchroon online zijn (plaatsonafhankelijk en tijdgebonden).
- Simulaties en virtuele werelden. Hiertoe behoren ook serious games, virtual reality en augmented reality.
- Online bronnen raadplegen en verwerken (bijvoorbeeld via zoekmachines, performance support systemen en nu ook via ChatGPT).
- Online samenwerken. Dit kan live online plaatsvinden of plaats- en tijdsonafhankelijk.
Ik heb ChatGPT o1-preview naar aanleiding van deze sessie ook gevraagd:
Hieronder vind je mijn slides (die dus niet allemaal aan bod zijn gekomen).
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie