Fases in het gebruik van een leermanagementsysteem

Leermanagementsystemen bevatten vaak een overweldigend aantal functionaliteiten. Om deze systemen op een goede manier te gaan inzetten moet je niet technologisch gedreven zijn, maar tegelijkertijd wel oog hebben voor de didactische eigenschappen van het systeem. Verder gaat het erom dat je een leermanagementsysteem consistent gebruikt en dat je het systeem geleidelijk meer gaat gebruiken.

Zowel docenten als lerenden lopen anders het risico door de bomen het bos niet meer te zien. James Clay gebruikt daarom een stappenplan waarbij de derde stap uit drie keuzes bestaat. Professionalisering en ondersteuning richten zich dan op die drie fases. De overgang van de ene fase naar de andere fase is volgens Clay een kleine verandering die betrekkelijk makkelijk omarmd kan worden. Docenten moeten eerst vertrouwd zijn met de ene fase voordat zij over kunnen stappen naar de volgende fase.

  1. Fase 1. Gebruik de leeromgeving om er informatie naar te uploaden (zoals planning, informatie over de cursus en de docent, het handboek). Ook plaats je er nuttige links.
  2. Fase 2. Gebruik de omgeving om presentatie en andere cursusmaterialen (inclusief opdrachten). Voor veel docenten, die niet bekend zijn met een leermanagementsysteem, is dit het startpunt. Als je hen nu confronteert met veel functionaliteiten, raken ze overdonderd. Als docenten echter veel documenten als ‘downloadables’ aanbieden, dan kunnen lerenden geconfronteerd worden met bestanden die zij niet kunnen openen (bijvoorbeeld op mobiele apparaten). Maak daarom gebruik van standaarden, als je hier voor kiest.
  3. Fase 3. Hierbij heb je drie keuzes.
    3.1. Bevorder engagement door het gebruik van online discussies (via fora, Twitter, Slack, etc).
    3.2. Voeg geleidelijk meer content toe (foto’s, video’s, Prezi’s, audio, RSS, etc).
    3.3. Voeg interactiviteit toe door quizzes en feedback te gebruiken.

Eerlijk gezegd herken ik wel fases in het gebruik van een leermanagementsysteem die van eenvoudig (en basaal) naar meer complex gaan. Ik herken het toevoegen van rijkere content en de verschuiving van content naar interactie.

Toch mis bij deze indeling de relatie met modellen voor blended learning en met onderwerpen als geleidelijk invoeren van zelfsturing. Verder verschillen toepassingen ook wat betreft complexiteit. Over het faciliteren van peer feedback of echt samenwerkend leren met behulp van een leermanagentsysteem moet je bijvoorbeeld goed nadenken.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *