Ervaringen met SecondLife

Vandaag heb ik niet alleen twee keer een workshop verzorgd tijdens het symposium over social software van de studievereniging Babylon, maar heb ik ook met genoegen andere bijdragen bijgewoond. Pierre Gorissen gaf een goede intro over social software. Raymond Reesink stelde terecht dat er nog één en ander aan social software te verbeteren is als het gaat om visualisatie. Verder viel me op dat studenten in mijn workshops het fenomeen ‘net-generation’ herkenden, met name ook bij jongere broers en zussen (en studenten).

Maar de twee bijdrages over Second Life zijn me het meest bijgebleven omdat deze het meest informatief voor mij waren.
David de Nood van EPN vertelde over een onderzoek naar het gebruik van Second Life onder ‘heavy users‘ (10-40 uur per week).
De Nood introduceerde hierbij het begrip ‘interrealiteit’: de hybride totaalbeleving van fysieke en virtuele werkelijkheid. Volgens hem is SL een ‘play‘ en geen ‘game‘ omdat directe doelen binnen SL ontbreken.

Wat mij bij dit onderzoek opvalt, is dat de ‘net-generation‘ amper op SecondLife te vinden is. Het zijn vooral de 25-40 jarigen die hier een account hebben. Dit beeld werd bevestigd toen De Nood vroeg wie er een account op SL heeft. De handen van de aanwezige studenten bleven praktisch allemaal omlaag.

Bij de motieven om ‘op SecondLife’ te gaan, vallen ‘sociale’ motieven op: ‘voor het plezier’, ‘om vrienden te maken’ en ‘voor de inspiratie’ scoren het hoogst. ‘Leren’ staat opvallend genoeg op de vijfde plek. Ik vind dat hoog.  De Nood vertelde ook dat mensen die zich in ‘real life‘ gelukkig voelen, zich ook in SL gelukkig voelen. 40% van deze heavy users voelt zich verslaafd, maar dat uit zich niet in negatief gedrag (zich ongelukkig voelen, geen sociale contacten in ‘real life‘).

De Nood liet zien dat er veel gehandeld wordt op SL. Je kunt er bijvoorbeeld huizen kopen. Vertaald in US Dollars wordt er jaarlijks 0,8 miljard binnen SL besteed. Overigens wordt bijna 13% hiervan daadwerkelijk omgewisseld in èchte dollars. Het valt me wel op dat de bestedingen op SL momenteel stabiel blijven, ondanks de explosieve groei van SecondLife.

Opvallend is ook dat 52% van de ondervraagden aangeeft wel eens lastig gevallen te zijn, maar dat 90% zich veilig voelt op SL.

De tweede bijdrage over SL was van Daan Josephus Jitta van de ABN AMRO. Hij benadrukte dat het vooral belangrijk is om de toegevoegde waarde van SL te ontdekken en te gebruiken. Eén van de zinvolle toepassingen die Josephus Jitta liet zien was een vakantiewoning die je van binnen kunt bekijken. Een 2D website biedt die mogelijkheid vaak niet (of je moet al QuickTime o.i.d. inzetten).

Hij had een indrukwekkende presentatie over activiteiten van zijn bank binnen SL. Zij hebben met een beperkte investering (10 duizend euro bij de start) veel free publicity gekregen omdat zij de eerste Europese bank met een filiaal binnen SL waren. Hun belangrijkste argument hierbij was ongeveer een jaar geleden: aanwezig zijn (‘presence‘), het ontwikkelen van een kennisvoorsprong, leren wat werkt en wat niet werkt. De ABN AMRO vindt tot nu toe dat dat transacties het beste via het ‘gewone’ web afgehandeld kunnen worden. Maar ze hebben bij het drie dimensionele sociale web hoge verwachtingen wat betreft innovatieve, ‘diepe’ vormen van klantinteractie. Een voorbeeld hiervan is het beleggerscafé. Merk op dat men spreekt of een 3D sociale web. Men verwacht in feite dat SecondLife op zich eindig is. En ik ben dat met het eens.

Josephus Jitta vergeleek de scepsis die SL vandaag de dag vaak ontmoet, met de opmerkingen die ongeveer 15 jaar geleden over het wereldwijde web gemaakt werden. En ook dat herken ik. Tot slot gaf deze spreker ook enkele ‘issues’ rond SL aan. Je kunt nog geen grote groepen op één plek ontvangen (max. 40 personen). Daarnaast zijn -zeker voor een bank-  zaken als identificatie, encryptie en belastingen van belang.

Sceptici zouden dankzij dergelijke bijdragen wel eens wat nuchterder over 3D omgevingen mogen oordelen. Je kunt wel cynisch doen over het ‘eenzame’ karakter van SL (je komt er weinig anderen tegen). Of over het feit dat veel bedrijven op dit moment bezig zijn met substitutie binnen SL: het plaatsen van folderteksten etc. Maar je kunt het ook positiever benaderen: gelukkig zijn er bedrijven en instellingen die leerervaringen opdoen met 3D sociale webomgevingen. Leerervaringen waar anderen ook wat aan kunnen hebben, ook al leer je "autorijden pas als je zelf achter het stuur zit". Want het web wordt vroeg of laat 3D en dat vraagt om een andere expertise dan nu het geval is.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *