Rijk Willemse gaat in een recente bijdrage in op de toepassing van sociale media in het (hoger) onderwijs. Daarvoor gebruikt hij een zelf ontwikkeld model, dat hij illustreert met een voorbeeld. Een bruikbare poging, waar volgens mij wel wat op af te dingen is.
Volgens Rijk zijn sociale media erg geschikt voor het faciliteren van delen (vertellen, helpen), luisteren (onderzoeken, reputatiemanagement) en activeren (sturen, meedoen). Deze drie activiteiten vormen de basis van zijn zijn model.
Volgens hem vindt leren plaats waar delen en luisteren elkaar ontmoeten en versterken, terwijl ‘ervaren’ plaats vindt als delen en activeren elkaar ontmoeten en versterken. Stimuleren vindt tenslotte plaats als luisteren en activeren elkaar ontmoeten en versterken. In de kern van het model -daar waar delen, luisteren en activeren elkaar overlappen- vinden samenwerking, groei en verbinding plaats.
Rijk illustreert dit aan de hand van een ‘leerzame veldweek’ waarin lerenden diverse sociale media gebruiken om te delen, te luisteren en te activeren.
Ik ben dol op dergelijke modellen. Ze bieden mij een bril om naar de werkelijkheid te kijken, om na te denken en om over leren van gedachten te wisselen. Ik wil echter wel een aantal kanttekeningen maken bij deze indeling.
In kan me op zich wel vinden in de indeling delen, luisteren en activeren (creëren, samenwerken). Het valt me daarbij wel op dat Rijk geen onderscheid maakt tussen datgene wat een docent doet, en dat wat een lerende doet. Ik heb verder moeite met Rijk’s benamingen van de overlap. Hij lijkt ‘leren’ synoniem te stellen met cognitieve kennisontwikkeling. Je ziet duidelijk het onderscheid ‘kennis, gedrag, attitude’ in zijn indeling terug. Leren is wat mij betreft echter veel breder. Dale Schunk definieert leren in ‘Learning Theories’ (2012) bijvoorbeeld als een duurzame verandering in gedrag, of in het vermogen om je op bepaalde manier te gedragen, als resultaat van oefenen of van andere vormen van ervaringen.
Leren kan wat mij betreft dus niet zonder, wat Rijk noemt, ‘Activeren’. Dat betekent dat leren in het hart van het model thuis hoort. Leren is een sociaal proces dat gericht is op groei. Wat dat betreft vind ik ook de digitale taxonomie van Bloom toepasbaar (zie ook paragraaf 10.3 van mijn boek: E-learning. Trends en ontwikkelingen).
Tenslotte valt mij op dat in Rijk’s voorbeeld van de veldweek delen, luisteren en activeren naast elkaar plaatsvinden, en niet geïntegreerd.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Wow, Wilfried. Dank voor je reactie. Ik zie dat het leidt tot mooie inhoudelijke discussies. Goed!
Bedenk wel dat ik dit model heb gebruikt om ‘absolute beginners’ in sociale media warm te maken en een eerste stapje op weg te brengen. Daarbij hoort altijd een zekere vereenvoudiging van wat er aan de orde is.
Bovendien vond ik een analyse nodig, en dat betekent altijd dat zaken uiteengenomen moeten worden en dat wezenlijke verbanden even ontbreken: die komen bij de synthese weer bij elkaar. Je moet eerst het apparaat (ruw) uit elkaar halen om te begrijpen hoe het werkt.
Goed, niettemin, dat je er zo diep op ingaat!
Dank voor je toelichting, Rijk. Ik zou echter juist bij ‘absolute beginners’ meteen duidelijk maken dat leren meer is dan cognitieve ontwikkeling.
Ik heb dit model behoorlijk uit zijn context gehaald en gebruik het als coachingstool om teamleden bewust te maken van hun manier van communiceren. Daarbij laat ik ze zelf een plek markeren in het model. Iemand die vaak dominant is in een groep zal zichzelf dan ergens bovenin markeren (de persoon stuurt en vertelt voornamelijk). Maakt mooi visueel waar een mogelijk leerpunt zit!
Het is hier niet voor bedoeld zie ik, maar werkt heel fijn, waarvoor dank!