De middag van dag twee van de Online Educa Berlijn heb ik enkele stands op de beurs bezocht, deels sessie Aspects of Loving e-Learning met consultants Iva Matasic en Craig Weiss (een vragenuurtje over trends en ontwikkelingen), en een deels sessie over robotisering. Daarbij zijn tal van trends voorbij gekomen. Deze wil ik hier in vogelvlucht samenvatten.
- Volgens blogger en consultant Craig Weiss kun je alles wat je in de klas kunt doen, ook online doen en dan beter. Volgens hem is daar veel onderzoek naar gedaan. Bronnen noemde hij niet (ik twijfel ook sterk aan de geldigheid van zijn bewering). Ja, ook op het gebied van medisch onderwijs, meende hij. Via augmented en virtual reality leren studenten bijvoorbeeld al opereren. Niet op afstand, maar wel met ICT. Al zal er nog een tijd over heen gaan voordat deze technologieën breed zijn geadopteerd.
- Met uitzondering van rubrics en plagiaatcontrole kun je volgens Craig leermanagement systemen zowel in corporates als in onderwijsinstellingen gebruiken.
- Het duurzame gehalte van open source leeromgevingen is afhankelijk van de kracht van de gemeenschap. Universiteiten in Europa nemen volgens Weiss steeds vaker afscheid van Moodle.
- Er zullen 3 of 4 open source leeromgevingen duurzaam blijken te zijn, omdat de gemeenschap van anderen niet sterk genoeg blijkt te zijn.
- Weiss noemt Instructure Canvas momenteel de meest veelbelovende leeromgevingen.
- Leeromgevingen zullen niet verdwijnen, maar het is lastig om te voorspellen hoe de markt er over 5 jaar uit ziet.
- API’s worden in toenemende mate van belang om applicaties binnen leeromgevingen te kunnen gebruiken.
- Binnen bedrijven ligt de nadruk op asynchroon leren, binnen onderwijsinstellingen op synchroon leren.
- Interactiviteit en mobiel video worden steeds belangrijker. Ook stemherkenning.
- Mobiele devices ondersteunen het gebruik van ‘touch’. Daar zullen steeds meer toepassingen van komen.
- Audiotranscripties worden meer toegankelijk.
- Binnen bedrijven zal leren in de nabije toekomst voor 90% online zijn, 10% face-to-face. Het onderwijs adopteert ICT in een trager tempo. Over een jaar of tien zullen zij voor 80% online onderwijs verzorgen, en voor 20% face-to-face. Universiteiten zullen ook meer gaan samenwerken om opleidingen aan te kunnen bieden. Dit zijn in elk geval de verwachtingen die vandaag werden geschetst.
- Systemen zullen steeds meer gericht zijn op persoonlijke leerervaringen.
- Dankzij sensortechnologie kunnen we beter stress bij studie meten.
- De toekomst van MOOCs zijn SPOCs, werd gesteld. MOOCs zijn ‘dood’ omdat maar een kleine groep die cursus afmaakt. Mensen stoppen niet snel als ze 200 dollar moeten betalen voor een cursus.
- Uiteraard kwam ook het gebruik van big data aanbod. Analytics wordt in toenemende mate belangrijk. Wat betreft standaarden blijven vooral de open standaarden van IMS relevant, en niet de standaarden die leveranciers zelf ontwikkelen. xAPI is vooral ‘work in process’. IEEE is bezig met een vergelijkbare standaard. Dat is een veelbelovende ontwikkeling. SCORM zal geen relevante standaard meer zijn. Cursusstandaarden blijven belangrijk.
- Ik heb gewerkt met een simulator die kan worden gebruikt om complexe machines van bedrijven te leren onderhouden. De content van de simulator wordt door de organisatie bepaald (maar door de leverancier 4system ingevoerd). De feedback die het systeem gaf op gemaakte fouten was beperkt van aard.
- In vergelijking met andere jaren waren er nu meer aanbieders van ‘online surveilleren’ (online proctoring) op de beurs aanwezig. Sowieso was op de beurs relatief veel aandacht voor online toetsen (inclusief plagiaatcontrole). Uiteraard stonden er ook diverse aanbieders van contentontwikkeltools. Van de grote leermaangement systemen, heb ik alleen Desire2Learn en Instructure Canvas gezien. Moodle heb ik nooit op de beurs gezien (voor zover ik me kan herinneren). In vergelijking met andere jaren waren BlackBoard en Pearson de grote afwezige.
- Ik heb een demonstratie gekregen van de Nederlandse toepassing Revisely. Dit is een toepassing waarin teksten van leerlingen op plagiaat kunnen worden gecontroleerd (via een integratie met Urkund), waarin de tekst op taalfouten en waarbij docenten via een database met bekrachtigende en kritische feedback terugkoppeling kunnen geven op zaken als inhoud en structuur van de tekst. Ik ben vooral gecharmeerd van de database met feedback die docenten kunnen gebruiken. Ze kunnen zelfs bepaalde feedback als favoriet bestempelen om deze snel te kunnen vinden in de database. Bovendien kun je de voortgang van lerenden in het systeem prima volgen.
- Artificiële intelligentie wordt al toegepast door Google, Facebook of Netflix.
- Werk dat vervangen kan worden door een robot, zal vervangen worden door een robot.
- Robots worden minder technisch en meer menselijk: humanoids. Nu zijn robots nog erg duur om te bouwen, maar er zijn ook open source initiatieven. De community daarvan groeit. Deze humanoids lopen en gedragen zichzelf steeds meer als mensen (wat betreft bewegen). Er is veel geïnvesteerd in lopen, balanceren en zicht. Ook kunnen zij objecten leren herkennen, en manipuleren. Op dit moment is het nog ingewikkeld om robots iets te leren, maar er wordt momenteel veel geïnvesteerd in robotisering. Ook consumeren ze nog veel energie.
- Voor 15 euro aan benodigdheden per persoon kun je al in 2-3 uur met kinderen een eenvoudige robot maken.
- Je kunt zichtbaar maken wat zich in een robot afspeelt, en je kunt reflexen bij robots opwekken (zodat ze bijvoorbeeld gaan staan).
- Als je lerenden kennis wilt laten maken met robots, is Lego Mindstorms een goed begin.
- Aangezien robotics nog vrij kostbaar is, komen betrekkelijk weinig studenten ermee in aanraking.
- Het programmeren van robots wordt ook steeds meer toegankelijk.
- Een menselijke hand is complex, mede aan de hand van de vele vrijheidsgraden in bewegen. Daarom is het maken van een robotsimulatie van een hand, die kan interacteren met de echte wereld, ingewikkeld.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Ik zie steeds weer die drift tot “bewijzen dat het werkt , het beter wordt”. Dat is de dood in de levenslange ontwikkelingspot”. Geloof en ergens voor gaan, durf toch! En ja wie weet kijken ze over een paar jaar lachend er op terug, nou en? Spreek nu maar eens ver Ai tegen een gemiddelde docent… Go go innovatoren!!! Laat je niet afleiden, volg je idealen zoals Mark Z. ea. Ja hoor commercieel ingezette resources lijkt me heel prima….
Natuurlijk moet je er voor gaan, durven te experimenteren. Maar uiteindelijk moet je wel checken of een nieuwe benadering of leertechnologie daadwerkelijk heeft bijgedragen aan effectiever, efficiënter en/of meer aantrekkelijk leren.