Martijn Wijngaards heeft een fraaie blog post geschreven over hoe je je als docent op sociale media dient te gedragen. Hij onderscheidt daarbij drie elementen: rolmodel, erkenning en toepassing. Deze blog post is bedoeld als reactie.
Martijn spreekt zelf van een speelveld met drie hoeken.
Onder rolmodel verstaat hij dat je je op sociale media altijd als een leraar zult moeten gedragen. Ook privé heb je een voorbeeldfunctie. ‘Erkenning‘ is het serieus nemen van het gebruik van mobiele technologie en sociale media. Je moet dus open staan voor vernieuwingen, leerlingen serieus nemen en weten wat (de impact van) sociale media zijn. Zelfs als je er zelf geen gebruik van wilt maken. Tenslotte kun je sociale media binnen je onderwijs gebruiken of om contacten met je leerlingen te onderhouden (Toepassing). Martijn beschouwt sociale media daarbij als voedsel of zuurstof: het is voorhanden en je gebruikt het. Hij geeft bij elk element ook tips.
Martijn Wijngaards illustreert hiermee dat het gebruik van sociale media vooral een kwestie van gedegen pedagogiek is. Ik ben het heel erg met hem eens dat je als docent een speciale rol hebt, die verder gaat dan een ‘gewone’ volwassene ten opzicht van jongeren (zie ook de reactie van Karin Winters). Je kunt een docent vergelijken met een politieagent of politicus. Als deze personen ‘privé’ dronken tegen een lantarenpaal aanrijden, dan worden zij daar ook in hun functie op aangesproken. En dat is mijns inziens terecht. ‘Mark Rutte privé’ is niet te scheiden van ‘Mark Rutte de MP’. Sociale media hebben dat fenomeen ook versterkt. Het is bijzonder lastig, met name voor bekende mensen, om gedrag in het openbaar ‘privé’ te houden.
Het heeft m.i. dan ook geen zin om een tweede account op Facebook te zetten (reactie Pieter Vorstenbosch). Ook dat account maakt deel uit van je identiteit. Als je materiaal alleen met peers wilt delen, kun je m.i. beter een ander medium kiezen dan Facebook. Of delen afschermen met een wachtwoord (heb ik ooit bij Flickr gedaan). Wil je niet het risico lopen dat artefacten in handen vallen van willekeurige derden? Plaats dan het materiaal niet online (ook niet besloten).
Betekent dat dan dat je niets privé’s via sociale media mag delen, of dat je leerlingen altijd toegang moet geven tot je Facebook-account? Wat mij betreft niet. In de klas vertel je immers ook over je privésituatie. Je leerlingen weten wellicht ook wat jouw politieke of sexuele voorkeur is. Stel je bent nudist: dat mogen je leerlingen ook best weten. Maar je gaat dan -hoop ik- toch ook in de klas je vakantiefoto’s niet laten zien. In mijn situatie: iedereen mag weten dat ik de zondag voor de carnaval naar de Heresietszóng in Kerkrade ga. Maar ik wil niet dat na afloop foto’s worden gemaakt die op Facebook verschijnen. Zie ook: Houd greep op je digitale identiteit (#in).
En als je er voor kiest om Facebook niet voor je onderwijs te gebruiken, hoef je leerlingen niet als ‘vriend’ toe te laten. Doe je dat wel, dan heeft dat gevolgen voor hoe je je presenteert op dit medium. Leerlingen zijn immers niet je vriend. Het zijn je leerlingen. Met het gebruik van Facebook-pagina’s ondervang je dit overigens (wel Facebook gebruiken, zonder dat leerlingen je ‘vriend’ moeten worden).
Zoals Martijn terecht aangeeft: je kunt hierover geen zwart-wit regels opstellen. Het gaat vooral om de dialoog hierover. Met je leerlingen, maar ook met je collega’s (en ouders).
Wat betreft ‘erkenning’ ben ik het volledig met Martijn eens. Je inleven in de belevingswereld van je leerlingen en het tonen van betrokkenheid en empathie is sterk verbonden met je pedagogische opdracht. Dat geldt voor de muzieksmaak van je leerlingen en andere aspecten van de jeugdcultuur. Vermanende vingers werken, in tegenstelling tot dialoog, averechts. Zie ook: Empathie maakt het verschil tussen goed en slecht onderwijs en Combineer kritisch denken met empathie, begrip en feedback.
Ten aanzien van ’toepassing’ ben ik geneigd af te wijken van Martijn’s opvatting. Je kunt sociale media niet vergelijken met zuurstof of voedsel. Zonder sociale media kun je ook overleven. Ik vind het onvoorstelbaar als docenten geen gebruik willen maken van ICT (onderwijs is geen ICT-loze haven in een ICT-rijke wereld). Maar ik kan me voorstellen dat je als docent er niet voor kiest om sociale media binnen het onderwijs te gebruiken, bijvoorbeeld omdat je je op enkele toepassingen wilt focussen. Als daar een bewuste keuze aan ten grondslag ligt, kan ik me daar in vinden (ook al mis je dan wel mogelijkheden om krachtige leeractiviteiten mee vorm te geven).
Ik heb ook nog nagedacht of Martijn geen element vergeet. Maar eerlijk gezegd kan ik er geen bedenken. Martijn Wijngaards benadrukt terecht de didactische en vooral pedagogische aspecten van sociale media. Zijn blog post zou binnen elke leraaropleiding en studiebijeenkomst over mediawijsheid gebruikt moeten worden.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Ik ben het niet met je eens op het gebied van vrienden worden met studenten. Dit hangt ervan af hoe je het medium gaat gebruiken. je kunt best vrienden zijn daarom heb ik ook en profiel waar heb ik met studenten dingen bekijken discussieer eventueel wil er antwoorden kan geven op vragen en event wil een informatie uitwisselen
Je kunt Facebook voor interactie met lerenden gebruiken, maar dan heeft dat gevolgen voor wat je er mee doet. Verder blijf ik er bij dat je niet moet denken dat zaken voor lerenden verborgen blijven, ook als je sociale media ‘privé’ gebruikt. Daarom hebben meerdere accounts vanuit die optiek m.i. geen zin.
Ik zou helemaal van dat Facebook afzien. Spaart een hoop tijd en gedoe.