Al vele eeuwen lezen we verhalen over de verloedering van de jeugd. Opvoeding, televisie en andere omgevingsfactoren zouden er debet aan zijn. Tijdens ‘zomertijd, komkommertijd’ woedde er online een fel debat over de smartphone en sociale media als verdelgers van de jeugd. Zullen we afspreken voortaan op voorhand de nuance op te zoeken?
Begin augustus verscheen online een bijdrage van Jean M. Twenge, met de titel “Have Smartphones Destroyed a Generation?”. Volgens deze auteur zou een complete generatie op de rand van een geestelijke gezondheidscrisis verkeren. Jongeren zouden veel minder persoonlijke sociale contacten met elkaar hebben dan vorige generaties (inclusief daten en seksuele activiteit), ze zouden meer afhankelijk zijn van ouders (omdat zij minder geneigd zijn het huis te verlaten) en minder betaald werk doen. Overigens heeft deze generatie minder contact met de ouders ondanks dat men meer afhankelijk van hen is, meent Twenge.
Twenge neemt de grote veranderingen waar sinds de brede adoptie van de smartphone. Zij stelt daarom de retorische vraag of de smartphone een hele generatie -de zogenaamde iGen- aan het vernietigen is. De impact gaat volgens de auteur verder dan het hebben van een beperkte aandachtsboog:
The arrival of the smartphone has radically changed every aspect of teenagers’ lives, from the nature of their social interactions to their mental health.
Ondanks dat jongeren minder auto-ongelukken krijgen, minder problemen hebben met alcohol en anderszins fysiek veiliger zijn, is de huidige generatie jongeren psychisch volgens Twenge meer kwetsbaar. Dat uit zich in meer eenzaamheid, zich ongelukkig voelen, depressie en suïcide. Jongeren slapen ook slechter doordat zij hun smartphone mee naar bed nemen. Twenge schrijft eveneens:
There is compelling evidence that the devices we’ve placed in young people’s hands are having profound effects on their lives—and making them seriously unhappy.
Jongeren zouden langer wachten met volwassen verantwoordelijkheden op zich te nemen. Volgens Twenge heeft dit meerdere oorzaken, zoals een kennissamenleving die hoge eisen stelt aan opleiden. Maar ook, meent zij, doordat hun sociale leven via hun smartphone plaatsvindt.
In een reactie stelt hoogleraar Sarah Rose Cavanagh dat het allemaal wel mee zal vallen met de jeugd. Zij stelt dat Twenge alleen artikelen en onderzoeken heeft gekozen die haar ideeën ondersteunen. Onderzoeken die geen relatie leggen tussen smartphone en eenzaamheid, of die juist op positieve uitkomsten wijzen, zijn door Twenge genegeerd. Daarnaast wijst Twenge volgens Cavanagh alleen op correlaties. Het kan best zijn dat depressieve jongeren meer gebruik maken van smartphones in plaats van dat smartphones depressies bevorderen. Tenslotte negeert Twenge volgens Sarah Rose Cavanagh sociale contexten en hoe mensen verschillen (bijvoorbeeld in hoe mensen smartphones gebruiken).
Volgens Cavanagh laten diverse onderzoeken zien dat smartphones en sociale media negatieve en positieve effecten hebben. Volgens haar moeten we alle dingen met mate toepassen, dus ook digitale technologie. Verder is meer onderzoek nodig, waarbij we volgens haar ook open moeten staan voor de data. Bovendien moeten we onderzoek doen naar wat depressies bij jongeren veroorzaakt. En we zouden bij tijd en wijle inderdaad onze smartphone op zij moeten leggen ‘om een boswandeling te maken’.
Het zal duidelijk zijn dat ik in dit debat de nuchtere kant van Cavanagh kies. Het heeft weinig zin om hel en verdoemenis af te roepen over een medium als je niet daadwerkelijk weet dat het medium negatieve effecten heeft.
Bij de opkomst van andere media, zoals de televisie, is aanvankelijk ook gesproken over de mogelijk negatieve impact. Uiteindelijk blijken de positieve effecten groter dan de negatieve kanten. Bovendien kunnen ook volwassenen smartphones en sociale media ‘mateloos’ gebruiken. We gaan de ‘digital native’-mythe toch niet vervangen door de iGen, mag ik hopen.
Ik irriteer me er aan bijdragen zonder nuance. Ze trekken uiteraard de aandacht, zeker in komkommertijd (en zeker ook van de populaire pers). Maar worden we er ook wijzer van? Of vallen we steeds in herhaling?
Ja, we moeten ons bewust zijn van mogelijk negatieve aspecten van smartphones en sociale media. En we moeten ons ervan bewust zijn dat ‘Silicon Valley’ ‘internetverslaving’ bewust wil bevorderen. Waar het om gaat is dat we deze technologieën slim en met mate gebruiken. Een smartphone is geen wapen.
Wat dat betreft hebben jongeren en volwassenen nog veel te leren.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie