De mogelijke betekenis van “The Exponential Age” voor het online leren van de toekomst

‘The Exponential Age’ is een recent verschenen boek van Azeem Azhar. Volgens Joshua Kim is deze uitgave een prima startpunt om na te denken over de toekomst van het (hoger) onderwijs.

Azhar stelt in The Exponential Age dat de technologieën van de 21e eeuw exponentieel veranderen, terwijl de instellingen die onze samenleving structureren zich incrementeel ontwikkelen, in kleine stappen. Volgens Zaeem Azhar is daarom sprake van een “exponentiële kloof”: het verschil tussen de snelheid waarmee de technologie vooruitgaat en ons vermogen om te veranderen, hoe we denken en handelen.

Volgens Kim gaat de auteur nauwelijks in op de gevolgen van deze kloof voor het onderwijs. Kim verkent wel de gevolgen van een 100 keer zo snellere computerkracht in 2030 voor het onderwijs. Daarbij maakt hij de vergelijking met een elektrische auto. In vergelijking met een auto met een traditionele verbrandingsmotor heeft een elektrische auto voordelen en nadelen. Hetzelfde geldt voor online leren in vergelijking met face-to-face leren.

Online leren is veel flexibeler omdat je plaatsonafhankelijk en meer in eigen tempo kunt leren. Dat is vooral voor werkende professionals van belang. Tegelijkertijd missen veel lerenden veel van de elementen die face-to-face leren zo krachtig maken. Deze lerenden missen structuur en begeleiding om effectief te leren. Verder is het ‘sociale element’ bij online leren lastiger te realiseren. Online leren is ook niet goedkoper dan face-to-face leren.

Joshua Kim verwacht echter dat exponentieel veranderde technologie elektrische auto’s in 2030 superieur en goedkoper heeft gemaakt, in vergelijking met traditionele auto’s. Zal exponentieel veranderde technologie een vergelijkbare invloed hebben op online leren?

De integratie van kunstmatige intelligentie (AI) in grootschalige online onderwijsplatforms zal het wellicht meer mogelijk maken dat leerervaringen volledig sociaal, interactief en immersief zijn.

Volgens Azhar zijn wij mensen echter slecht in staat om exponentieel te denken. We kunnen de impact van nieuwe technologie slecht inschatten (deze video van Frans Bromet is in dit verband nog steeds zeer illustratief). Het kader van ‘The Exponential Age’  biedt volgens Joshua Kim echter hulp voor het realiseren van een agenda voor onderzoek, ontwikkeling en experimenten.

Kim concludeert dat grootschalig online leren wellicht nooit zo intiem, relationeel, interactief en meeslepend zal worden als traditioneel onderwijs. Hij voorspelt echter dat online leren dankzij exponentieel veranderde technologie wel veel sneller beter worden dan we denken, en goedkoper. Investeringen met experimenten met nieuwe grootschalige online manieren van leren kan volgens hem ook leiden tot verbeteringen van het face-to-face onderwijs.

Mijn opmerkingen

Internettechnologie en computers zijn in de afgelopen 25 jaar steeds krachtiger geworden. Dit is m.i. een redelijk geleidelijk proces geweest. Mede dankzij breedband-internet, cloud computing en veel snellere (en mobiele) apparaten kunnen we nu activiteiten online uitvoeren die 25 jaar geleden ondenkbaar waren. Dit heeft ook geleid tot meer mogelijkheden voor leren, opleiden en onderwijs (denk aan interactieve video). De komende tien jaar zal dat niet anders zijn. Wellicht zal de kracht van technologie nog sneller toenemen, met meer educatieve mogelijkheden tot gevolg.

We moeten m.i. echter niet vergeten dat leren, opleiden en onderwijs niet alleen veranderen als gevolg van technologische ontwikkelingen. Sociaal-economische en sociaal-culturele ontwikkelingen en inzichten op het gebied van didactiek beïnvloeden ook de manier waarop leren, opleiden en onderwijs vorm krijgen. Zo heeft de individualiseringstrend geleid tot meer pleidooien voor maatwerk. De invloed van de cognitieve psychologie is van invloed op het meer toepassen van activiteiten zoals voorkennis activeren en gespreid oefenen.

Onderwijs en opleiden zijn sowieso lastig te vergelijken met, bijvoorbeeld, elektrische auto’s. Er spelen aspecten een rol die lastig en mogelijk niet te digitaliseren zijn (zoals empathie tonen bij begeleiding of improviseren tijdens een les). Maar er zal inderdaad meer mogelijk zijn doordat interacties dankzij krachtige technologie bijvoorbeeld meer soepel verlopen.

Daar komt bij dat het veel moeilijker is om de kosten van onderwijs te reduceren, dan de kosten van een de productie van een elektrische auto. Bij onderwijs wordt de kosten vooral bepaald door personeelskosten en kosten voor gebouwen. Ook kijk je niet alleen naar prijs en kwaliteit, maar ook naar toegankelijkheid.

Maar wie weet bereiken we op een gegeven moment een punt waarbij we concluderen dat de kosten van online leren lager zijn dan de kosten van face-to-face leren, terwijl de kwaliteit ruim voldoende is en ook de toegankelijkheid van onderwijs niet in het geding is als we veel meer online leren gaan toepassen.

 

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *