Vandaag is het dertig jaar geleden dat GroenLinks in de Beurs van Berlage werd gepresenteerd als nieuwe politieke formatie. Als één van de rechtstreekse leden van het eerste uur wil ik GroenLinks hiermee van harte feliciteren. Ter gelegenheid hiervan wil ik terugblikken op de eerste ervaringen van GroenLinks op internet.
Tijdens mijn studie sprak ik regelmatig met collega-studenten en docenten over de noodzakelijke krachtenbundeling van de betrekkelijk kleine partijen ter linkerzijde van de PvdA. Toen de Vereniging Groen Links werd opgericht, heb me dan ook onmiddellijk aangemeld als lid. In Nijmegen waren toen slechts acht mensen rechtstreeks lid van Groen Links (destijds nog van elkaar geschreven).
Ik besloot ook om actief te worden. De eerste jaren vooral lokaal, vanaf halverwege de jaren negentig landelijk. In 1995 ben ik verkozen tot secretaris publiciteit van het landelijk partijbestuur, onder leiding van Ab Harrewijn (geweldige kerel, veel te vroeg overleden). Na afloop van het congres kwam de toenmalige voorlichter van GroenLinks in het Europees Parlement op me af. Hij had een website voor GroenLinks opgezet. Maar het was niet zijn taak om deze ook te onderhouden. Ik moest deze maar onder mijn hoede nemen.
Internet was toen nog niet breed geaccepteerd. Intern hadden we de nodige discussie of GroenLinks hier wel veel energie in moest steken. Als partijbestuur moesten we flink bezuinigen. Mede dankzij een vacaturestop had het partijbureau geen voorlichter meer, laat staan een webmaster. Dat werd ik als secretaris publiciteit. Ik heb toen voorstellen gemaakt voor een opzet van de website. Eén van de stappen was het aanvragen van een domeinnaam. Ook ben ik toen een elektronische nieuwsbrief gestart (‘groene links’). Met de Tweede Kamerfractie heb ik discussies gevoerd over de zinvolheid van bereikbaarheid via e-mail. Men vreesde overvoerd te worden met vragen en reacties, terwijl er onvoldoende capaciteit was om hier op te reageren. Ook wilde men geen berichten aanleveren, omdat men weer vermoedde dat deze niet gelezen zouden worden. Medewerkers van het partijbureau heb ik geleerd hoe e-mail werkt.
Anno 2019 kun je je dit nauwelijks voorstellen. Maar toen -in 1995/1996- was het heel normaal om nut en noodzaak van internet te bediscussiëren. De houding van de Tweede Kamer-fractie veranderde overigens toen ik de toenmalige politiek coördinator van de fractie en het huidige Tweede Kamerlid Tom van der Lee een overzicht gaf van de website-statistieken, die een sterke groei lieten zien.
Daarna is GroenLinks steeds intensiever en beter gebruik gaan maken van internet. We konden een voorlichter aanstellen die ook meer werk ging maken van de online aanwezigheid van GroenLinks. Ook zijn we afdelingen gaan ondersteunen bij het gebruik van internettechnologie. Maar toen was ik geen secretaris publiciteit meer.
Een belangrijke verandering is ook de houding ten opzichte van (online) video.
In 1995 was ik ook verantwoordelijk voor de programma’s van GroenLinks in het kader van de zendtijd Politieke Partijen. We kregen daar, net als andere politieke partijen met zetels in de Tweede kamer, van het Ministerie van Binnenlandse Zaken subsidie voor. Eigenlijk wilden we die subsidie aan andere middelen besteden. Er keken namelijk maar weinig mensen naar deze uitzendingen. Het geld was echter geoormerkt. Dus investeerden we in de productie van video’s, voor een zeer selectief publiek. We hadden geen mogelijkheden om video’s online te delen. Bovendien hadden de meeste internetgebruikers geen mogelijkheden om deze beelden te bekijken.
Vandaag de dag speelt video een zeer belangrijke rol binnen de publiciteit van GroenLinks. Dat komt omdat het heel makkelijk is geworden korte video’s te maken en deze via sociale media te delen. Deze video’s worden nu op grote schaal bekeken.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie