David Merrill’s First Principles of Instruction versterken met behulp van leertechnologie. Principe 4: leren wordt bevorderd als lerenden worden aangemoedigd om de nieuwe kennis of vaardigheid in hun dagelijks leven te integreren

Eind 2019/begin 2020 heb ik twaalf blogposts gewijd aan het versterken van “Wijze lessen. Twaalf bouwstenen voor effectieve didactiek” met behulp van leertechnologie. Er zijn echter meer effectieve ‘instructieprincipes’. In een tweede reeks blogposts illustreer ik daarom hoe je David Merrill’s First Principles of Instruction kunt versterken met leertechnologie. In deze laatste blogpost in deze serie komt het principe aan bod: leren wordt bevorderd als lerenden worden aangemoedigd om de nieuwe kennis of vaardigheid in hun dagelijks leven te integreren.

Eigenlijk is dit het vijfde ‘first principle’. De eerste vier principes zijn:

  1. Betrek lerenden in het oplossen van realistische taken of problemen
  2. Leren wordt bevorderd als relevante voorkennis wordt geactiveerd. Over dit tweede principe heb ik geen aparte blogpost geschreven. Dit principe bespreek ik uitgebreid in de blogposts: Activeer relevante voorkennis met leertechnologie (Wijze Lessen). Verder benadrukt Merrill in dit kader het opdoen van ervaringen, van actief leren (zie Laat de leerstof actief verwerken met leertechnologie (Wijze Lessen)) en het belang van structuur dat uitgebreid aan bod komt in: Geef duidelijke, gestructureerde en uitdagende instructie met leertechnologie (Wijze Lessen).
  3. Leren wordt bevorderd als nieuwe kennis wordt gedemonstreerd aan de lerende.
  4. Leren wordt bevorderd als nieuwe kennis wordt toegepast door de lerende.

Volgens Merrill (pdf) is het integreren van nieuwe kennis en vaardigheden in hun dagelijkse leven de kern van motivatie. Als je in staat bent te laten zien dat jouw vaardigheden zijn verbeterd , dat je nieuwe kennis kunt verdedigen en dat je nieuwe kennis kunt gebruiken in je dagelijks leven.

De volgende drie elementen spelen hierbij een rol, en weer kan leertechnologie hierbij een faciliterende en versterkende rol spelen.

Lerenden hebben de mogelijkheid om te laten zien wat zij hebben geleerd (‘watch me‘).

Een beperking van face-to-face onderwijs is dat lerenden vaak maar beperkte gelegenheid hebben om te demonstreren wat zij hebben geleerd. Tijdens stages, beroepspraktijkvorming en andere vormen van leren hebben zij daar meer gelegenheid voor. Maar daar zijn docenten en mede-lerenden vaak niet bij.

Dankzij leertechnologie kunnen lerenden video-opnames maken van de wijze waarop zij kennis en vaardigheden in de praktijk toepassen. Ook kun je het uitvoeren van handelingen via een ‘live stream’ rechtstreeks demonstreren. Een mooi voorbeeld is de student die in coronatijd thuis een vis fileert terwijl de docent via de webcam meekijkt en feedback geeft.

Lerenden kunnen video-opnames inleveren via platforms zoals Pitch2Peer. Vervolgens kunnen andere lerenden daar feedback op geven. Uiteraard kunnen docenten tijdens lessen ook enkele voorbeelden laten zien, of bepaalde fragmenten uit verschillende video’s.

Merrill schrijft ook dat serious games hiervoor kunnen worden gebruikt, waarbij lerenden taken met een steeds grotere moeilijkheidsgraad kunnen uitvoeren. Ik vind dit echter meer een vorm van toepassen van kennis (het vorige principe) omdat je nog de transfer moet maken naar het dagelijks leven.

Elektronische portfolio’s kunnen eveneens een rol spelen bij het verzamelen en selectief toegankelijk maken van video’s. Wellicht bieden foto’s ook al voldoende zicht op handelingen die een student in de praktijk uitvoert. Ik denk bijvoorbeeld aan foto’s van kniptechnieken van een kapper in opleiding. Een andere toepassing is het gebruik van ’testimonials’. Anderen -bijvoorbeeld een opdrachtgever- vertellen hoe de lerende opdrachten heeft uitgevoerd. Dat kan bijvoorbeeld via een podcast of een schriftelijk verslag.

Bij dit element is het volgens Merrill ook belangrijk ook een rol dat lerenden hun voortgang kunnen zien. Je kunt hiervoor learning analytics in de vorm van een monitor gebruiken waarmee lerenden zien welke vorderingen zij maken (bijvoorbeeld ook in vergelijking met de gemiddelde student). Competentiemeters en uiteraard weer een e-portfolio kunnen hier ook voor worden ingezet.

Reflectie

Paulo Freire schreef het al in 1972:

Action without Reflection = activism (acting  without thinking). Reflection without Action = verbalism = “blah”

Met andere woorden het toepassen van kennis en vaardigheden en het reflecteren op je handelen moeten hand in hand gaan. ‘Reflectie’ staat weleens in een kwaad daglicht. Lerenden zouden er een hekel aan hebben, er zou relatief veel tijd aan op gaan, en het zou onvoldoende bijdragen aan leerresultaten. Dit hangt m.i. echter af van de vormgeving van reflectie. Ik heb hier eerder over geblogd.

Je kunt leertechnologie inzetten om reflectie te faciliteren. Je kunt lerenden aan de hand van vragen terug laten kijken op bepaalde ervaringen, bijvoorbeeld op een overlegsituatie op de werkvloer. Lerenden gebruiken dan een e-portfolio, een blog of vlog om te reflecteren. Bij ROC De Leijgraaf hebben ze ooit een reflectietoolbox samengesteld.

Een belangrijk aandachtspunt bij het gebruik van leertechnologie is de mate van vertrouwelijkheid die tools bieden, als reflectie ook betrekking heeft op de persoonlijke ontwikkeling of het delen van informatie over een arbeidsorganisatie waar een lerende stage loopt.

Creëren

Het is belangrijk dat lerenden op basis van ontwikkelde kennis en vaardigheden iets nieuws kunnen ontwikkelen. Bij het creëren horen dan ook reviseren, wijzigen, synthetiseren -denk aan het aanbrengen van verbanden- en het opnieuw aanbrengen van focus.

Er zijn zeer veel leertechnologieën beschikbaar die lerenden in staat stellen om te creëren zoals het maken van online posters, diagrammen, tijdslijnen, video’s, podcasts, enzovoorts. Zie bijvoorbeeld deze categorieën uit de Reisgids Digitaal Leermateriaal.

Vanzelfsprekend gebruiken lerenden ook op de werkvloer en in hun dagelijks leven digitale tools om mee te creëren. Variërend van een tekstverwerker, een presentatieprogramma tot een intranet waar informatie gedeeld kan worden. Aangezien digitalisering van grote invloed is op elke branche, zal elke lerende op de werkvloer in meer of mindere mate in aanraking komen met technologieën waarmee zij het geleerde moeten toepassen.

Slotopmerkingen

Tot zover mijn blogposts waarin ik heb geprobeerd te laten zien hoe je David Merrill’s First Principles of Instruction kunt versterken en faciliteren met leertechnologie. In vergelijking met de Wijze Lessen legt Merrill meer de nadruk op het oplossen van realistische problemen, het toepassen van kennis en op het integreren van nieuwe kennis en vaardigheden in het dagelijks leven.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *