Dankzij de Bitcoin is blockchain-technologie een ware hype. Een dergelijke ontwikkeling hebben we vaker gezien, inclusief de teleurstelling die daarop kan volgen en het herstel. Ik wil dat aan de hand van een persoonlijke ervaring illustreren.
Eind jaren negentig moest je lange tijd uitleggen wat e-mail was. Hetzelfde heb je nu met blokchain-technologie. Hierbij gaat het om een soort digitaal grootboek waarin digitale transacties op een transparante manier binnen een gedistribueerde –peer-2-peer– database worden opgeslagen. Elk ‘blok’ is voorzien van een cryptografische handtekening. Transacties worden op tal van computers wordt opgeslagen. Dat maakt fraude plegen met transacties praktisch onmogelijk. Het kan hierbij om financiële transacties gaan (denk aan de Bitcoin), maar ook om andere waardetransacties.
De ontwikkeling van deze technologie heeft hype-achtige trekken. Dat geldt vooral voor de Bitcoin, waarvan de koers tot astronomische hoogte stijgt. Pieter Klok maakte de afgelopen week daarom de vergelijking met de 17de-eeuwse tulpengekte:
Een product dat van zichzelf geen of weinig waarde heeft en ineens ten prooi valt aan wilde speculatie, om na een aantal jaar net zo snel weer waardeloos te worden.
Klok schrijft dat telkens als beleggers denken dat bestaande economische wetten dankzij internet niet meer gelden, dit keihard wordt afgestraft. Een explosieve koersstijging geldt dan veelal als voorbode van een fikse koersval.
Eerlijk gezegd moet ik ook al een poos terug denken aan de periode rond de millenniumwisseling, als ik aan blockchain-technologie denk. Ik werkte toen bij Siennax, een consultancybedrijf dat binnen korte tijd transformeerde tot application service provider. Het bedrijf was in die tijd vooral afhankelijk van investeringen. Er ging namelijk veel meer geld uit, dan er via opdrachten binnenkwam.
In die tijd werd echter dankzij mensen als Kevin Kelly geloofd dat de waarde van een onderneming niet zo zeer meer bepaald werd door zaken als winst of omzet, maar door het menselijk kapitaal waarover een onderneming beschikt. Op een gegeven moment kreeg ook ik de vraag of ik wilde investeren in het bedrijf. Dat voelde om een aantal redenen niet goed. In de eerste plaats snapte ik niets van het verhaal over de nieuwe economie. Maar dat kon je natuurlijk niet zeggen.
Op de tweede plaats hadden we thuis een flinke lekkage en moesten we ons dak opnieuw bedekken. Ik vertelde de grote baas – die uiteraard CEO werd genoemd- dat ik mijn spaargeld daarvoor moest aanwenden. Zij reactie: “Wacht drie maanden en je kunt je dak met goud bedekken.” Op dat moment drupte de regen echter letterlijk op mijn dekbed waardoor ik een goed argument had om mijn spaargeld niet in het bedrijf te stoppen.
En dat was maar goed ook. Ongeveer een jaar nadat wij een nieuw dak kregen, barstte de internetbubbel uiteen. Op dat moment werkte ik overigens al niet meer bij Siennax.
Nu kennen we dus de hype rond de Bitcoin en blockchain-technologie. Dit is ook een concept dat ik lastig te begrijpen vind. Bovendien zitten er nog de nodige haken en ogen aan deze technologie. Ik heb dan ook regelmatig een ‘déjà vu’ waarbij ik terugdenk aan de periode rond de eeuwwisseling. Het zou mij niets verbazen als ook de Bitcoin-bubbel binnenkort barst.
Het uiteen barsten van de ‘internetbubbel’ heeft echter niet geleid tot marginalisering van internettechnologie. Integendeel. Dat zou met blockchain-technologie ook het geval kunnen zijn. Schrijf deze ontwikkeling dan ook niet af als grote groepen mensen hun investeringen in de Bitcoin binnenkort als sneeuw voor de zon zien verdwijnen.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie