Technologie ondersteund ‘gepersonaliseerd leren’ ligt onder vuur omdat het de kansenongelijkheid binnen het onderwijs vaak vergroot. Het zijn vooral de lerenden die makkelijker leren, die er baat bij hebben. Tony Bates beschrijft een casus waaruit blijkt dat deze aanpak kan leiden tot betere leerprestaties bij leerlingen uit sociaal-economisch achterstelde groepen.
Bates baseert zich hierbij op een rapport over het Lindsay Unified School District (K12). Meer dan 90% van de 4.000 leerlingen uit dit district zijn “socioeconomically disadvantaged“, 95% is “hispanic“. In 2007 is dit district over gestapt op een “a learner centered, personalized, competency-based” aanpak:
- Leerlingen werken individueel aan gemeenschappelijke leerdoelen. Zij krijgen betekenisvolle feedback over hun vorderingen en ondersteuning tot ze die doelen hebben bereikt. Er wordt bijvoorbeeld gewerkt met duidelijke deadlines. Op verschillende manieren laten zij zien dat zij een onderwerp beheersen, bijvoorbeeld via een werkstuk of project.
- Leerlingen krijgen voor elke competentie of elk leerresultaat een cijfer tussen 1 en 4. Een onvoldoende cijfer geeft aan dat de lerende meer werk moet verzetten om naar het volgende niveau te gaan.
- Leerkrachten stellen minstens twee keer per jaar met elke leerling een persoonlijk leerplan op.
- Er worden geen traditionele lessen verzorgd. Het grootste deel van het onderwijs vindt plaats via geïndividualiseerde minilessen. Binnen elke klas worden leerlingen gegroepeerd op basis van de leerdoelen die ze proberen te bereiken en de vooruitgang die ze daarbij boeken. De lessen duren 15 tot 20 minuten en gaan over over onderwerpen die voor de hele klas van toepassing zijn. De rest van de tijd werkt de leerkracht met leerlingen in kleine groepen of één-op-één.
- De aanpak heeft niet geleid tot een hogere werkdruk, maar tot ander werk.
- Bijna 90% van de leerlingen beschikt thuis over gratis internet. Verder krijgen zij apparaten te leen die nooit ouder zijn dan drie jaar. Zij beschikken thuis ook over individuele lesplannen en een digitale leeromgeving zodat zij ook in eigen tempo kunnen leren.
- Een leermanagementsysteem wordt gebruikt voor het ontsluiten van leermaterialen, voor het inleveren en beoordelen van opdrachten en voor het monitoren van de individuele voortgang.
De leerresultaten zijn volgens Bates sterk verbeterd, ook als je kijkt naar de ‘academische standaarden’ die de staat Californië hanteert. Het slagingspercentage is in zeven jaar tijd gestegen van 69% naar 90%. Ook stromen meer leerlingen door naar vervolgonderwijs. Bates schrijft ook:
During the pandemic the results were mixed, although younger students and more disadvantaged students still made more progress than their peers in other districts around the country with similar demographics.
Op basis van dit artikel kom je er niet achter wat de succesfactoren achter dit verhaal zijn. Het oorspronkelijke rapport verhaalt in elk geval over een flinke investering in professionalisering van docenten en een open “mindset” van docenten ten aanzien van deze aanpak.
De bijdrage laat in elk geval zien dat een alternatieve, ‘blended’, aanpak ook kan leiden tot goede leerresultaten bij leerlingen die normaliter minder kansrijk zijn.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie