Bevordert de coronocrisis innovatie van onderwijs en opleiden of juist niet?

Ik krijg deze vraag regelmatig, als ik met mensen in gesprek ben over de gevolgen van de coronacrisis voor leren, opleiden en onderwijs. Een eenvoudig antwoord is m.i. niet te geven.

Binnen de cursus Innoveren binnen het onderwijs van de Open Universiteit gebruiken we de volgende definitie van een onderwijsinnovatie:

  • een nieuw of significant verbeterd product, proces, organisatiemethode of organisatie
  • die zelf is ontwikkeld door of die een significante impact heeft op
  • de activiteiten van een onderwijsinstelling en/of andere belanghebbenden uit het onderwijs.

Een onderwijsinnovatie heeft ook een positief effect op het uitvoeren van de wettelijke opdracht van de onderwijsorganisatie. Een onderwijsinnovatie reduceert daarmee problemen voortkomend uit het niet volledig (kunnen) uitvoeren van de wettelijke opdracht.

Onderwijsinnovaties kunnen op meerdere niveaus worden geïnitieerd (beleid, organisatie, curriculum, leersituatie). Verschillende ontwikkelingen kunnen onderwijsinnovaties bevorderen.

Als gevolg van COVID-19 zijn veel onderwijsinstellingen en opleidingsinstituten (noodgedwongen) over gegaan op online en blended learning. Met name het gebruik van synchroon, live, online leren heeft een hoge vlucht genomen. Docenten maken gebruik van technologieën die zij eerder niet of nauwelijks inzetten.

Uiteraard levert dit de nodige ‘leerervaringen’ op. Zowel ten goede, als ten kwade. En voor alle betrokkenen (ook de ed tech-bedrijven).

Deze ervaringen kunnen daarmee een impuls vormen voor onderwijsinnovaties. Je leert wat goed werkt, en wat beter kan.  Je leert bijvoorbeeld dat je ook ‘op afstand’ nieuwe kennis kunt ontwikkelen of dat het juist heel complex is om bepaalde begeleidingsgesprekken online te voeren zonder dat je goed zicht hebt op de lichaamstaal van lerenden. Deze ervaringen kunnen bijdragen aan betere producten (zoals leertechnologieën) en betere processen (zoals het geven van feedback).

COVID-19 kan echter ook negatief van invloed zijn op onderwijsinnovaties:

  • Leertechnologie wordt niet op een goede manier ingezet waardoor geen sprake is van een verbeterd proces (zoals het geven van instructie), maar van een verslechtering. Met bijvoorbeeld slechtere leerresultaten als gevolg.
  • Negatieve ervaringen kunnen als een boemerang werken: “dit nooit meer”. Online en ook blended learning kunnen dankzij ‘remote emergency teaching’ een negatieve connotatie krijgen.
  • Organisaties hebben op dit moment alleen oog voor het verbeteren en optimaliseren van de bestaande manier van online onderwijs (‘remote emergency teaching’). Er is geen tijd en ruimte om te investeren in het ontwerpen en ontwikkelen van goed doordachte vormen van online en blended learning.
  • We nemen straks onvoldoende gelegenheid om daadwerkelijk te leren van de ervaringen met online en blended learning tijdens deze pandemie.
  • We focussen ons te veel op bestaande technologieën, en investeren onvoldoende in onderzoek naar nieuwe technologieën met een mogelijk positieve impact op leren, opleiden en onderwijs (zoals artificiële intelligentie).

Heeft ‘corona’ een positieve of negatieve impact op onderwijsinnovatie? De munt kan nog alle kanten op vallen.

 

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *