Cognitief psychologen benadrukken vaak dat je beter aantekeningen kunt maken met pen en papier dan met behulp van een laptop. Ik pleit hier vaak ook voor (de afgelopen week nog). Volgens Donald Clark is dat een mythe. Hij baseert zich hierbij op nieuw onderzoek.
Clark stelt terecht dat goede aantekeningen maken leerzaam is. Hij verbaast zich erover dat veel congres-deelnemers vaak geen aantekeningen maken. Ik deel die mening. Daarom probeer ik altijd live te bloggen.
Nu pleiten veel cognitief psychologen ervoor om aantekeningen vooral met papier te maken. Met behulp van een laptop schrijven mensen letterlijk over wat de spreker vertelt. Als je pen en papier gebruikt, verwerk je de uitleg in je eigen woorden. Dat is leerzamer. (Aangezien ik met twee vingers typ, typ ik vrij traag en probeer ik ook de gesproken tekst in eigen woorden te vertalen.)
Het onderzoek dat uitwijst dat aantekeningen maken met pen en papier leerzamer is dan aantekeningen op een laptop maken is volgens Donald Clark uit 2014. Dit onderzoek is vijf jaar later gerepliceerd.
In de tweede studie gebruikten de onderzoekers dezelfde video’s als in het eerdere onderzoek. Zij breidden de onderzoeksopzet zelfs uit. Er waren in de tweede studie deelnemers die aantekeningen met pen en papier maakten, deelnemers die een laptop gebruikten, deelnemers die een eWriter gebruikten en deelnemers die geen aantekeningen maakten. De onderzoekers hebben na twee dagen onderzocht wat het effect was van de verschillende manieren van aantekeningen maken op het onthouden van de inhoud van de video’s.
In één versie van het experiment lieten de onderzoekers volgens Clark deelnemers hun aantekeningen vóór de test bestuderen. Daarmee wilden de onderzoekers beter imiteren hoe lerenden aantekeningen gebruiken, voorafgaand aan een beoordeling.
Deze onderzoekers concludeerden dat lerenden niet beter of slechter presteren bij conceptuele vragen als zij schrijven of typen. In één van de tests bleek de groep deelnemers die aantekeningen met pen en papier maakte zelfs het slechtste van alle groepen te presteren. Als lerenden hun aantekeningen mochten bestuderen, was er geen verschil tussen de media.
Er is dus geen significant verschil tussen het medium dat wordt gebruikt voor het maken van aantekeningen. Het gaat er volgens Clark om dat je aantekeningen in je eigen woorden schrijft, en dat je de aantekeningen later bestudeert:
This makes sense, as the cognitive efforts involved in studying are likely to outweigh the initial method of capture. It is not note taking that matters but effortful learning.
Het is wel belangrijk je te realiseren dat de onderzoekers niet hebben gekeken naar het afleidende karakter van de technologie. Tijdens congressen en lessen zie je aanwezigen vaak hele andere dingen met hun laptop doen dan aantekeningen maken.
Als je aantekeningen met pen en papier maakt, dan word je niet afgeleid door inkomende mails of andere notificaties. Je kunt echter ook geen aanvullende informatie zoeken die jouw aantekeningen kunnen verrijken. Maar ook dit heeft te maken met hoe slim je omgaat met de technologie die je tot je beschikking hebt.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Bedankt Wilfred. Drie dingen:
1. Voor de zoveelste keer sinds Dick Clark in 1983, het is niet het medium maar de methode. Als je verbatim/letterlijke aantekeningen maakt (makkelijk te doen op een laptop indien je een goede typist bent wat veel/meeste middelbare en hogere scholieren zijn) en haast onmogelijk met pen, potlood of stylus (behalve als je ongeveer zo oud bent als ik en steno leerde op Schoevers), verwerk je de info niet; gaat de oren in en de vingers uit.
2. Ja, indien de leerstof zeer hoog gegrepen is of de spreker niet in staat is om een begrijpelijke les te geven kan er zeer veel cognitieve belasting worden veroorzaakt die een negatief effect op leren kan hebben, maar de vraag is wat het effect op zulk leermateriaal is op het leren überhaupt is.
3. Let op de worden “under controlled conditions”. Wij leren niet “under controlled conditions”.
Voor de rest, interessant.
Dag Paul,
Je vraagt je wel af waarom Mueller en Oppenheimer in 2014 kozen voor de titel “The pen is mightier than the keyboard: Advantages of longhand over laptop note taking”. We leren inderdaad niet onder gecontroleerde condities. Dat maakt onderzoek waarbij je onderzoekt of X beter werkt dan Y binnen het onderwijs ook zo complex.
Dit onderzoek doet me wel denken aan andere onderzoeken naar effecten van bepaald gedrag op het leren:
– Het andere studenten uitleggen van de lesstof: positief
– De lesstof binnen twee weken opnieuw bestuderen: positief
– Het formuleren van vragen over lesstof: positief
– Het stellen van vragen door de docent over de lesstof tijdens de les: positief
– Het aanbieden van lesstof in verschillende vormen: positief
Het onderzoek dat Donald Clark aanhaalt, bevestigd eigenlijk deze andere onderzoeken: Het verwerken van lesstof is positief voor het leerproces. Waarbij verwerken uitgelegd moet worden als actief bezig zijn met de lesstof en niet slechts consumeren als een bruine boterham met kaas.
Waarmee het advies van het Chinese gezegde ook duidelijk wordt: Als ik het hoor vergeet ik, Als ik het zie onthoud ik, Als ik het doe weet ik.
Het hangt dus niet alleen af van de manier waarop je technologie inzet, maar ook van de taak die je te doen hebt. Bij het leren van een vreemde taal zou schrijven met de pen wel beter werken, zie https://scientias.nl/een-nieuwe-taal-leer-je-het-best-met-ouderwets-pen-en-papier/
Interessant. Dank je. Nota bene: deze discussie staat ook los van de vraag of kinderen sowieso met pen en papier moeten gaan schrijven (ja, wat mij betreft).