Keer op keer voorspellen voornamelijk Angelsaksische vertegenwoordigers van de e-learning industrie dan wel publicisten dat een nieuwe technologie, of een door ICT-gefaciliteerde verandering, een revolutie zal veroorzaken in het onderwijs. Eind 2011-2012 was het de beurt aan massive open online courses. Dat blijkt -zoals zo vaak- weer erg tegen te vallen.
Audrey Watter’s The MOOC revolution that wasn’t is een duidelijke illustratie van de verdwijning van het hype-karakter rond MOOCs. En dat is maar goed ook. Watter’s laat de ontwikkeling van MOOCs in een leesbare notendop de revue passeren. Eerst waren er de door grote deelnemersaantallen aangewakkerde overspannen verwachtingen over goedkoper en meer toegankelijk hoger onderwijs. Vervolgens was er de kritiek op de uitval en het feit dat 80% van de deelnemers al in het bezit was van een diploma hoger onderwijs.
Rather than providing opportunities for the educational “have-nots,” MOOCs seem just as likely to further the opportunities of the educational “have-alreadys.”
Aldus Audrey Watters.
Op dit moment profileren MOOC-aanbieders als Udacity en Coursera zich volgens Watters vooral als aanbieders van “job training” (zie ook mijn bijdrage De gevolgen van micro-certificering voor het onderwijs). Daarbij valt dus op dat met name technologiebedrijven MOOC-certificaten wel waarderen, maar traditionele instellingen voor hoger onderwijs nog niet.
Bovendien passen ambitieuze werknemers van deze technologiebedrijven in het profiel van de succesvolle MOOC-student: zelfsturend, intrinsiek gemotiveerd, met weinig behoefte aan ondersteuning. Deze doelgroep verschilt volgens Watters sterk van de ‘gewone groep studenten’. Dat bleek ook uit een remediërende wiskundecursus die Udacity in 2013 verzorgde voor de San José State University. Niet meer dan 51% van de studenten aan de drie cursussen rondde deze af (normaliter slaagt 74%). Watters merkt daarom op:
This gulf between the autodidacts and everyone else is readily apparent in MOOC philosophy and design.
Zij suggereert dat MOOCs positief zullen werken voor een selecte doelgroep, zoals de werknemers uit Silicon Valley. Daarbij is het de vraag of de samenleving er als geheel baat bij heeft als juist deze groep zichzelf goedkoop kan professionaliseren. Massive Open Online Courses zijn daarentegen niet geschikt voor de invulling van een meer brede functie van hoger onderwijs, precies zoals ik ook in De gevolgen van micro-certificering voor het onderwijs heb betoogd.
Vullen MOOCs dan wel het gat op dat reguliere instellingen voor hoger onderwijs ogenschijnlijk laten vallen op het gebied van een leven lang leren? Volgens Watters valt dat ook mee. Zij meent dat instellingen voor hoger onderwijs al in toenemende mate volwassen deelnemers bereiken, ook dankzij reguliere vormen van online leren en afstandsleren (denk aan de Open Universiteiten). Uiteraard kan dit -voeg ik er graag aan toe- altijd beter. Watters meent dat veel MOOC-platformoprichters vooral voorstander zijn van het faciliteren van goedkope arbeidskrachten, met hachelijke arbeidsvoorwaarden. Het is de vraag of reguliere instellingen voor hoger onderwijs zich daarvoor moeten lenen.
Dit maakt ook dat MOOCs niet zullen leiden tot maar 10 universiteiten in de VS (zoals Sebastian Thrun ooit beweerde), en niet zullen leiden tot een revolutie binnen het hoger onderwijs.
Ik heb al eerder betoogd dat MOOCs het hoger onderwijs pas drastisch op hun kop gaan zetten als de wijze van beoordelen gaat veranderen en als er sprake zal zijn van een breed ’civiel effect’ van MOOC’s (zie bijvoorbeeld De toenemende diversiteit van massive open online courses (MOOC-bloemlezing 21) #elearnmooc van 6 januari 2014 en Impact nieuwe technologie wordt niet bepaald door tempo van 2 februari 2015) . Op dit moment is daar geen sprake van (reguliere diploma’s blijven leidend, ook al leiden ze niet vanzelf tot een betaalde baan). Erkenning van MOOC-certificaten door een selecte groep technologiebedrijven is daarvoor onvoldoende.
Ik wil echter ook wijzen op andere voordelen van MOOCs zoals kwaliteitsverbetering dankzij feedback van grote groepen lerenden, de mogelijkheid om te experimenteren met didactiek, de data die wordt verzameld en mogelijkheden om onderzoek te doen naar didactische experimenten. Verder moeten we ons realiseren dat het percentage deelnemers zonder hoger onderwijs-diploma (20%; veelal uit ontwikkelingslanden) een grote groep “have-nots” representeert, gezien de grote aantallen deelnemers aan MOOCs.
Ook MOOCs luiden dus geen revolutie van het onderwijs in. Het wachten is op de volgende technologie “that will revolutionize education” 😉
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Wilfred, waag je je aan een gokje wat het dan wel wordt? Volgens het NMC Horizon report ‘are MOOC’s likely to happen from one to three years from now’, dus geef het misschien nog wat tijd. Zeker nu ik dit schooljaar voor het eerst met mijn leerlingen Frans een MOOC ga volgen van zeven weken. Ben benieuwd hoe ze dit gaan ervaren.
Technologie heeft tot nu toe nog nooit voor een revolutie geleid. Daar zal meer voor moeten gebeuren. Ik waag me dus niet aan een gokje.